í a
í '
(i 4
''l'í
»'lili
1677.
(i) rmhof
Notic.S.R,
imp. Proc.
fol. 272.
(i)Hubn.
geflachtk.
tafel. 87.
Im p . Proc.
fol.,173.
Het gchamaüe borftbeeld van ’s Konings natuurlyken Broeder ftaat, mctde ordre van den Elefant
verfierd, op de voorzyde, omzoomd met deezc tytclcn ;
U L r i c u s F R a n c i s c u s G U L D E N L e e u w D a n i æ , C o m e s
L a r v i g æ , P R O R e x N O r v e g i æ , M A R E S C H a l l u s .
U L R I K F R X N CO I S G U L D E N L i E E U W V A N D E E N E M A R K E ,’
G R A A F V AN L A RWI G E , O N D E R K O N IN G V AN
N O O RWE E G E , MAARS CHALK.
Hy was een natnurlyke Zoon vanFrederik (i);den I I I , Koning van Deenemarke, enden vierden
van Zomermaand des jaars zeftienhonderdachtendertig gebooren. Zyne eerfte (z) Gemaalin was
Cecilia Gi-ubben, doch die, zonder kinderen gebaard le hebben, van hem fcheydde. Dc tweede
was Anronette Augufta, Dochter van den Graafvan Oldenburg, met welke hy in dit jaar trouwde,
en vier Dochters (3) en even zooveetc Zoonen geteeld heetc. Behalven decze heefc hy nog
buyten hcc huuwelyk, by eene adeiyke Jonkvrouw Sofie van Uhren, eenen Zoon Woldemar Baron
van Leeuwendaal gewonnen, en is zelf den zeventienden van Grasmaand des jaars zeventien-
honderdvier, in den ouderdom van zesenzeftig jaaren, overleeden.
.Dc tegenzydc verbeeldt het gewonnen eyland Maarftrand, met zyne ingenomene fterkten;
onder dit Hoogduytfche opfchrift:
E R O B R U N G v o n M A E R S T R A N D T . A N n O 1677.
V E R O V E R IN G VAN MA A R S T R AND. I N H E T J A A R 1677.
Met die geluk begunftigd befloot de
Graaf van Guldenlceuw hec Geweft Jemp-
terland, ’cgene eertyds aan Deenemarke
onderhoorig geweeft, doch by ’c Verdrag
van Bromsbroo aan Zwe ede, in ’ c jaar
zcftienhonderdvyfcnveertig, afgeftaan was,
thans rc herwinnen. Dit landlchap hcefc
geene ftedcn, maar behalven drie iloten
verfcheydenc dorpen in de valleijcn , cn
^4)^audr. legt tuffchen Angermanland , (4) Mcdcl-
Gcoar- padie, Helzingland , en Noorweege j van
foiSöj. welke landfchappcn het door zeer hooge
bergen gefcheyden is. Tot decze onderneeming
rukte hy , onder de Ovcrften van
Hoven en Schulczen , tweeduyzend man
zoo te voet als te paarde omtrciir Dront-
hcym byeen: vanwaar zy zich met dceze
manfchap, eenige ftukken gefchuts, en
den ligten naafleep, den clfden van Oogftmaand
, op weg begaaven, cn dus over
( 0 Holl.
Merkur.
IÓ77-
Dafoe en Fetibe langs het ftyle gcbergte by
de tien mylen wyd tot by Owinge door-
drongen; aiwaar vier Zweedfche benden
cc voet en even zoo veele ligtgcwapcnden
te paarde op eenen kerkhof . verfchanft laagen.
Om deeze aan te taften, trok de O-
verftc Schnitzen mec twee benden ce paarde
en eenig voetvolk, den vyfcncwincig-
ften, derwaart, en hebbende een huys omtrent
eene muskecfchooc van (y ) den ge- ( s) H o!1.
melden kerkhofin bezit genomcn, liet hy ¡077'fpas
de zelvc door eenen afgezonden Trompet- i77-
toreen eerlyk Verdrag aanbiedcn. Die ftoegen
de Zweeden a f, doch als z y des Pa-
ftoorstuyn, daarvan zyzichbediend hadden,
zaagen in brand ftceken, en dc Deenen
zich ten aanval vervaardigen, gaaven
zyzich op gcnade over, leyden Iiiin geweer
ncdcr, en leverden zeven vaandels den
Ovcrwinnaar in handcn. Die was ook oorzaak
zaak dac vierhondcrd Finnen, tot hunncn
onderftand in aantogt , ylings terug
weeken, evenals ook nog omtrent duyzend
andere Finnen, onder den Hoogbevelhebber
Karel Spar: om welken ce kon-
nen ( i j aantreften de Overfte van Hoven
zich ondertuiTchen mcc ecnige ligtgewapende
ruyteren , eclyke benden ce^ voer,
en verfchcydene ligte ftukken gefchuts,
aan de Noordzyde uaar Frofoe op weg
begaf; terwyl de overige Deenen aan de
Zuydzyde, onder dcn Overfte Schultzcn,
2 1 )
ook derwaart in aantogt waaren. Maar
tcr bcftemde plaatfe komende, vonden z y *
de Zweeden rqeds vertrokken, dc voorraadhuyzen
in brand geftooken, defchuy-
tcn medcgevoerd, alle bruggen afgebroo-
keti, en dus dat geheele geweft door dc
Zweeden (2.) verlaaten. Waarvan , raids-
gaders' v an , alle dc voorgaande cn an- Tromp?'
dere overwinningen in ’ t algcmccn , de
gedachtenis op deeze twee penningen
cot lof des Deenfchen Konings , bewaard
is.
e zyde verbeeldt eene opgercchte pronknaald, welke met verfcheydene zinncbeeldcn, dc (3) Jacob,
erwinningcn (3) betekenendc, is verfierd. In ’c verfchict ziet men te lande ccnigc
I. Dc eene 2^
bchnatde overwinningen bcLCKciicuuc,lavciuciu.iu «. >».tn.iiivu ¿n-i. niuu t*. lauuu '■''“ ‘ft'“ j)an foi ”
benden, cn te water eenige fchepen in onderling gevecht. Staande voorts, zoo op hcc punt van
de gemclde ecrzuyl, als in den rand dier zyde:
C H R I S T I A N U S V. N O N E S T M A JO R IB U S IM P A R .
C H R I S T I A A N D E V. I S N I E T M I N D E R D A N Z T N E
VOOROUDERS .
Op de andere zyde is een Gclofcefchild, voerende eene helderfchynende Zon', vcrbeeld : op
wier ftmlen de naamen der gewönne landen en fteden gemeld ftaan; te weeten, G O T L A N D ,
C A R L S B U R G , CH R 1S T IA N S T A d , M A R S T R A N D , L A N D S C R O N ,
V E N N E R S B U R G , W ISM A R cn J c,MT E R L AN D. WaartuiTchen nog toc omfchrifc
ftaat:
V E L O X I R E V IA M U L T E R IU S . iö77-
G E ZWIN D I N D E N WEG N O G V E R D E R A F TE L E G G E N . 1677.
II. Dc tweede heefc op de voorzyde, tuifchen eene Belegs- Muur- cn(4) Stcvcnkroon, driemaals (
dooreengevlochten dcn naam van dcn Deenfchen Koning
C h r i s t i a a n d e n V.
Hhh %
(4 )A .G e l!.
N o d . A n .
lib. V-
cap, 6 ,
Op
...
■
■ A
" ’ i' '
'. r i f o '