S :
r i " , I 1
l i ? ; .
LO DEWT K D E X I F , DOOR GODS G E N A D E KON IN G F A N
F R A N K R T K , E N N A F A R R E .
(i ) O v i d . Limburg gewonnen was, terwyl Koning Lodewyk aan’t verbonden heir het hoofd
Mctoid. boodt, ’ t gene uyc dricderhande volken, te weecen Dnytfchcrs , Spanjaards cn Nederlanders be-
lip .IX . ilondt, ziet men dien Koning, op de andere zyde, als eenen Herkules verbeeld, welke mcc zyne
knots dcn driehoofcügen Geryon (i) beilrydc; onder dit randfchrift:
,ib”vii[. U N U S T E R G E M IN U M . iSyy,
Ti.lOl&C
^03- A L L E E N { B E F E C H T HY) E E N E N D R I E FO U D I G E N . 1677.
Scdcrc trok hct Franfche leger naar Brabant,
en wicrdt hec overige van den veld-
rogc, mids het zich in gcenen veldflag
wildc inlaaten, met elkanders beweegingen
waar te neemen gefleeten. T e Meflina
waaren ondertuflchen zaaken voorgevallen,
wclke, mids hec part CD dcel datde Vereenigde
Geweften in ’c vervolg daarin naamcn,
ik my verpligc oordeel hier te melden.
Decze ftad, vau overlang misnoegd
tegens den Spaanichen Stedevoogd Lode-
wyk del Ho-jo, had een- en andermaal
haare klagten gedaan by den Koning, doch
gccnc voldoening erlangende, beftondt dc
AnnJuS Raad der zelve, welke uyt vier (2) Leden
I ' l o v ^ u n i c s van den Adel en twee van dc Gemeente beltoo
]m.5e4 7II.. ßy j j j j g voorvallen hec voorneemen
des StcdevQOgds tc dwarsboomeu, en dees
weder alles aan te wenden, om dien Raad
re vcrnietigcn, mcc den Adel by ’c Gemeen
verdacht te maaken, alsof die de oorzaak
dcr diertc van ’c graan waare, het gene hy
in ’c geheym zelf verboodt dcrwaarc te
brcngcn. Die bragt de noodlydendc gemeente
eyndelyk op de been, aan wier
hoofd zich de Stedevoogd ftelde; zulks
derRaadsheercu huyzen in brand wierden
geftoken, z y zelfs ter venfteren van ’c
Raadhuys uytgefmeeten, en eenige be-
vcclen, toc begunftiging der Burgeren, als
onderanderen dac de Raad voortaan uyt
drie Edellicden en drie der Gemeente zoude
beftaan, afgekondigd. Maar de dierte
blyvende duuren, zoo vereenigde zich
eyndelyk de Adel en de Gemeente onderling
tegens den Stedevoogd, invoege de
hiervoorgemelde Prins van Ligne, Ondcrkoning
(’') van Si9ilie, tot demping van
dien opftand, zich mec een kieyn gevolg
vau foldaaten derwaart begaf: en meenende
zyn oogmerk te können bereyken, mec
de gemeente ceniger maate genoege te
gecvcn, ftelde hy dcn gcweezen Scede-
voogd in ’c ongelyk, en beval hem zich
naarMelazzo te begeeven. Voorts liet hy
de gevangens op vrye voeten ftellen,
de gebanncnen wederkeeren, en fcheen de
ruft aldus herfteld te hebben. Doch zeker
brief, aan den Koning gefchreeven,
onderfchcpt zynde; waarin hy betuygde
voor eenen ryd flechts, mids de overmagt,
te hebben moeten toegceven, maar dat hy
eerlang hooprc de Meflineezeu, ’t zy door
geweld, ’c z y door vreeze tc zullen t on-
derbrengen,(3) ja z elf den afgezetten Ste- (3)Bainag;
devoogd zeegepraalcnder wyze herftellen, Prov*in1?j
zoo vloogenen de Adel en de burgers geza- tomeiii.
mentlyk te wapen, vcrfchanftcn den toe-
gang van 'c H o f , en lieten het zelve van
verfcheydene kanten tegelyk beftormen,
doch vonden alom zoo grooten ccgen-
ftand , dat zy weder moeften aftrekken.
En dewyl ondertuiTchen de tyd, voorwelkea
dc Prins van Ligne tot Onderkoning aldaar
was aangefteld, verloopen, en hy zelf
hierdoor nu alom gehaac en dus onnuc
w a s , vercrok hy vandaar naar Milaan,
om ’t bezit dier Landvoogdye te neemen;
waarvan de gedachtenis op deezen penning
bewaard 1 wordc; welken ik in de pen-
niogkafle van den Heer Willem Lormier in
’s Graavcnhaage ontdekt heb.
C L A U D IU S , P R IN C E P S A L IG N E , E T S a c r i R o m a n i I m p e r i i ;
M E D IO L a n i G U B e r n a t o r ;
K L A U D IU S P R I N S F A N L I G N E , E N 'T H E Y L I G E ROOMSCHE
R Y K ; L A N D VO O G D V AN M I L A A N .
Een zcylcnd oorlogfchip voert, op de tegcnzyde, des Prinfen wapen, zynde een roodc opgaan-
de dwarsbalk, welke ook de geheele rugzyde doorfnydr. In den rand ftaat zyne gewoonlyke {*)
zinfpreuk;
QUO R E S C U M Q U E C A D U N T , S E M P E R L IN E A R E C T A .
H O E D A A N I G OOK D E Z A A K E N U Y Y V A L L EN , AL T YD
L Y N R E C H T DOOR Z E E .
Ondertuflchen iloeg de Markgraaf van
Bayonne, Hoofdbevelhebber der galeijen,
naa het vertrek van den Prins van Ligne, het
gebied ter hand, en wierdt Don Diego de
Soria, Markgraaf van Krispano, toc Stedevoogd
van Meflina benoemd: welke
wandeiende in de voctftappen van zynen
Voorganger de aaugeftelde Raadsheeren
ten Hoove ontbood, om hen gezamentlyk
te docn ombrengcu; het gene ook zeker-
lyk zoude gefchied z yn , zooniec de twee
Zoons van den Raadsheer Kaifaro mec
eene magc van volk waaren naar ’c Hof
gevloogen, om o f hunnen Vader te ontzetten,
of zyne dood tc wreeken. Dus
wicrdt de oorlog begonnen, de groote
Raad vergaderd, en door den zelven nietalleen
de Stedevoogd tot vyand der ftad
verklaard, maarook ieder, die flechts deel
aan ’c voorgaande bewind gehad had , van
zyne bediening afgezet. En ofwel de Markgraaf
van Bayonne iedert eene algemeene
(i)Ge- vergifFenis ( i ) liec afkondigen, zoo deed
k h i e d . d e s dit echtcr huuncn moedwil meer toe- dan
cnfofs!'*’ afnecmen: invoege dc Spanjaards zich
pag. 311* alom verfterkten , de fterkte Scalitta ce
lande inflooteu, en houdende twintig fchepen
en zeftien (z) galeijen voorde haven, (i)Hifo
dus hec aanbrengen van alien voorraad tc Gedenkp.
water verhinderden. Op dceze wyzc g c - *
raakten de Meflincezen eerlang in zeer dcnxiv.
grooten nood, eu hadden geenc uyckomft pa?743.
dan van de zyde van Vrankryk te hoopen. ■vcrfa.
’ c Welke ook, om hen uyt die bcnaauwd-
heyd te redden, den Hercog van Vivonnc
met negen oorlogfchepen, drie branders,
een fregat, en mec bevcl afzondt, om ccnc
aanzienlyke vloot ichcpeu, met allcrhan-
dcn voorraad voorzien, naar die ftad te
geleyden.Op de tyding vanhuuncnadering
fchaarden zich de Spaanfche fchcpcn in
voile flagorde, om hen den doortogt tc bc-
twiften. De Franfche Ondcradmiraal du
Quesnc wcérftondt den cerften aanval ; (3) (3) ce-
temeerdewyl hydappcronderftcund wicrdc fofocd.dei
door den Hercog van Vivonnc zclf. On-
dertuflchen kwam ook de achterhoede der
Francoizen opfchieten, en wakkerde met
deu wind dus ook hun mocd; zulks de
Spanjaards in wanorde, ja eyndelyk toc
eene verbaasde vlugt geraakten, en Meflina
vervolgens gefpysd wierdt : waarvan
dees penning de gedachtenis be-
Dei'oovzyde, welke met des Prinfen beeldcniffe beftcmpeld is, voert in den rand, decze tytels-
CLAUOp
de voorzyde ftaat het kopftuk des Franfchen Konings, binnen zyncn gewoonlykcn tytel,
Dc tegcnzyde vertoont ecne vliegende Overwinning, houdende in dc eene hand eenige koornaai®
Z z 2 ivn,
riri" It.