
VERKLARING DER BEIDE PLATEN.
Fig. 1. Een schooltje eijeren.
n 2. Hetzelfde, van ter zijde gezien, vergroot;
,// 3. Hetzelfde, eenige dagen na liet leggen, boven op g e z ien , vergroot.
ff 4. Hetzelfde, met dé reeds gevormde ru p sjesve rgroot.
ff 5 . Uitgekomen eijeren, gelijk zich deze vertoonen liggend op een
doorschijnend voorwerp, vergroot.
ff 6. Een rupsje in het e i, weinige oogenblikken voor het uitkomen,
sterk vergroot.
7. Het ei zonder netje, vergroot.
tt 8. Een gedeelte van dit met het netje, vergroot.
ft -9. De verblijfplaats der rups.
tf 10. Eene jonge rups, eenige uren na liet uitkomen.
ff 11. Eene half volwassen rups der lichte nuance.
tf 12. Eene donker gekleurde rups, vóór de overwintering, vergroot.
* 13 , 14. Volwassen rupsen.
tf 15. Het 4 de segment der rups op de buikzijde gezien, vergroot.
ft 16. Eerre pop van de gewone kléuf. x
n 17. Dezelfde in kleur afwijkend.
u 18. Haar staartpunt vergroot.
n. 1 9. Een mannelijke vlinder.
ft 20. Een vrouwelijke vlinder.
ft 21. Een vrouwelijke vlinder, zittend.
ff 22. Een donker gekleurde mannelijke vlinder.
ft -23. De onderzijde der mannelijke vleugels.
ff 24. De onderzijde der vrouwelijke vleugels.
ft 2 5 . Afgeschubde vleugels.
u 26. De mannelijke spriet, van ter zijde gezien, vergroot.
" 27. De vrouwelijke spriet, eveneens.
y 2 8 . Een palp, vergroot.
y 29. Dezelfde, afgeschubd.
tt 30. Een achterpoot, vergroot.
19