R,w i ^ i 0 <»
v^^^pTNONIEMEN.’' Loxïa, Cardanahs, Foudia, Oa?lyphan(h’ia madagascariensis; Euplectus ruber
Ykbem-de Namen. Le Foudi; Fransch. — Madagaskar-Webervogel; Ruitsch. — Red-headed! or r Weavér-bird; Engelsch.
Mpederom een| der Meuienrijkste
jm p eniboa 1
vofemamer is.-
' reeds m£f?e$ laatst deriyb'ri^^empm Europa bekend,
dtiaans ,-heeffadé Fransche ornitholoog Veillot ’hem toen reeds beschreven.
Zonderling echter mag het heeten, J dat hij na VeiMot bijna niet meer \
werd ingevoerd, zoodat hij tot voor een vijftiental jaren in den handel
bijna; niet meer bekend was. Sedert de vogelliefhebberij, echter de groote
uffi%éiding .verkregen* heeft,, die men kent, komt deze vogel- geregeld,
hoewel in minder gi;©^ aantal dan de Cfranje, ^npM^on’;>eii dé Rood-
bekwever, in den handel.
' 2£©oals de naam reeds aanduidt, is deze vogel < van het eiland ^ada-
gascar afkomstig, terwijl hij eveneens op Réunion voorkomt. Toevallig
®| St. Helena veidwaald, heeft hij zich aldaar zoo sterk vermenigvuldigd,
dat S j i i e t zelden aan. cle veld'zaden gropte^ sph'ade aanricht. De Foedi’s
die; in Engeland' worden ingevoerd, komen veelal van St... Helena
terwijl'die, welke m^teT Fransche havensteden (Marseille en Bordeaux)
aankomen, uit Madagascar voortkomen.
fApJDezë fraaie wever'is m prachtgewaad aan kop, hals, opperrug,
stuit, 'bórst^eriil^^^^OTrig scharlakenrood; van af
||h,|p]popt eene breede zwarte streep dopr 'liet ©og. De rug- en
' schoudervederen zijn.” zwartachtig- bruin' mfej . 'lbrèedèn- roodOn |
zoom. Vleugeldekvederen, slagpennen en staartvederen zwartbruin
met groenachtig gele buitenzoomen, met eene, witachtige n
1 Ylcngeij I 'wit;
-^»^dalch'ti'g bruin. Het gebaad der wijfjes en het wmtergewaad I
' der mannetjes is aan kop en geheele boveflifehaam' biuinachtig
grijs, elke veer helderv>g§ef-, gbzoomd en met jbreede donkere-1
schachtstreep; wenkbrauwstreep vaal geel, stuit groen achtig bruin;
|B ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^M |M :r.:ohdiêrste. staartdèkvederen vkal geel;'1 snavel
yertoonën dezelfde
' In levènswijzë ^eri' ^gè'p) ohten^ 'zo o wel in dé als in de
^!gMkam^^pf^nfe^^^^^d#^e.É i^^t^i'QMi>Di:^Te^evèr overeen. Hét
nest ;isb'écl^tëp^^ géhefel^.^dérèn1;Yorm Het h^^feêedaiante van
met korten omge-,
j ^ ^ Ë ^ M l lw ^ ^ ^ K e l k s ‘^ ^ ^ ^ im m ë p è t e b v h i^ ^ v l^ ^ i| p ^ ig c [ h •*. iEene.
djte’ men trouwens wevernesten aan treft,
^r^Kdat# 1S ineengestrengei(i^M ^ lP ' 'dïïf
bodem zoo luchtigjes is, -‘dat, men
•'het gemakkelijkst in 'de
kan 'bij n^almMlt^^P^%^^^^^^gdken‘en, Het
ah gend T glad
van_i|cb^^>oil^^^^^P?g^groevn van Meur-' zijn!, l/;i©é.^ebfoèding^^uimfe^)
ongëveer^P^I^M^^^ ^ ^ lil^^OTden' twefe'ofedlièlbrbëdëels- ’gemaakt. -
j^^^l^^m%^^vogelsW^bup i i^ ^ ^ ^ ^ pOr^&lig,‘kunnen worden, ËaSi
meerMdah^^^^^^aMDevederg^paar
^^iW^^yaardl isv- schaduwzijde, nl. dat’ dé o
of afthalns dan ,
^^^^^^^gi'-wederkleed vogels,
twil'-imen^ houden. Dit vermindert
wel eenigszins de voordeelen, maar neemt niet weg dat men nog
genoegzaam verdiensten kan behalen.
BBiMmim^^uiQ^islaol^deze' vó^U^^^®fe®-!'^QStaimig en doet daarin
onder: in fe l^ ^ ^ ^ ^ ^ ’v^ '^ w ls^ a p e^
P l l^ l g p i g ^ > inét uitgëstrekF libhaani^ji
op zijne medebewoners en vooral op
SOM X"WEVERVOGEL (Ploceus .Oryx). ■
— YOÖ-EL 38.
| ,.S)ïN.ökiiEMEN. Emberiza, Oryx, Coocothraustes, Eüplpctus', Pyromelana Euplectus pseudoryx, Edwardsi, Suxïdevalli.
[ Vreemde Namen. Le Örand -,0,^x4;'JpV|}tenadier; Fransch. — Oryx-Webcrvogel, Orangevogel, Grenadierweber, G-reiiadier-Kernbei3ser, ito th -
k a fferfih k .Duitsch. —- ‘èh\eriadier Weaver-bird, Oryx Weavcr-bird, Grenadier Bishop; Engelsch.
^^.'■ -groote . Oryx hééft' bij den eerstë^ Qbg'ppsrhg zeer veel van den
I Oraiijgwever. sweshalve'^^^^hem oo.kk>s,^ms .Dyiibbelen Oranjewever1
I ^oem,t- Behalve aan de veel aanzienlijke^ grootte erkent meii
l bovendienT on middellijk aan den kop. Deze' tpch is ^niet zooals ^bijf^^
i Oranjevogel geheel zwaït, maar oranjerood* jtof1' aan den basis van 'den
l bovenkaak en langs de zijden; de vogel ’vertoont dus nagenoeg een
I zwa®TD^ker.
Als volière vogel é f e
| wevers; hij ^ komt -iniët geregeld in den handeljp^j-als hij ingevoerd
| ; % ï J h
•In- zijn vaderland, dat zich over geheel tropisch Afrika en vooral
B^^f^Ml^edeèit^u^p ^ ^ ^ ^ ^.xi,:ahders geéne zeldzame verschijning.
Lagard, Ayres en vele andere reizigers hebben hem
^fMèM.^en ovér zijne levenswijze geschreven., Deze verschilt in; hoofd-
zaak weinig van die van den» Oranjb'wéver. De nesten hangéh aan
middelhiatig h'ooge' grasstengels en. zijn 'bijna rolrond van vorm mett '■
,een zij waartseh vlieggat^'
kan, niet nalaten hier de dichterlijke ontboezeming van Dr. Holub
weer tè geven, als hij in zijn meermalen aangehaald werk, de verschijning
van; eene vlucht: dezer vogels beschrijft.
8MRS8PBSSSMS8B