gewicht — bij volwassen hanen van 4.5 tot 6.4 en soms tot'^pH^^
' , ■ jonge 3.6 (!tdfi
| - H en .,
KOP — sierldjïÉÊ)^ vrouwelijk,1
kam — als 'rozenkam’ aan idden van .den haan enkelvoudige
.../V’-Êam. naar hetL ge^ziehl overvallende. *
KIN- 'en .OORIEELEN- —- als bij den haan | maar naar verhouding-kleiner.
. t ó p : k o r t en sierlijk
ROMP — in ’t algemeen aan dien van den haan- geljkfimaar in ver-
^^powi^pMiger.' ■
— met uitzondering van de sporen aan die van den haan
—x goed ontwikkeld, de veeren zeer fer^ed en eenigszins.,gëdï'0:fi;::'
— van 4 tot 4.5 kg. en soms meer.
dan . Aziatische '
I iTa^em,
houding — gelaten'-rustig.
- De Dorkings komen inlvier klenrslagen voor: donkergrijze D. (E. gray
•or cploured D.; D; grauen D.; Fr. D. variété grise); de zilvergrijze D.
/^/saWe^gray P-, silbergkuïen D.; Fr. D. variété grise argentëe);
witte D. (E. white D.; D. weiszen D.; Fr. D. variété blanche) ; en
koekoek ©^|E^J;erqkoo D.; D .‘Kuckuck D.; Fr.‘D>-variété'caucou).
D onkergrijze D orkings. Bij beide geslachten moeten kam — zoowel
enkólvoudigè^am —
beenen Jicht rooskleurig, tegen wil aan. De ha an móet:wittfeuÖ^^^8
in^^^M^d^schakeeringem'
wit, zwartren/‘w i^ ^ f^ ^ g s met^ikas^g^^^^feÉ rood vermengd;
wit pi/;^^^^t zwart of grijs,-ve^mlÉgdj spiegel zwart
met groenen glans; tweede slagpennen wit aan de?'buiten-, zwart aH||
J|:è^t en|/^f.ëïd^J^';zw^t~of ^^t^met- wit gevlekt-
Rjl^dfe^mét ro^ .^ Staart fraai glapzend zwart, ma ar dikwijls ook met
Hem* Hals veeren zwart of zwartgrijs gestreept;
%bmKz‘ali^;leuxigy 'j^ ^ ^ ^ ^^donker^fa^^fegzwart
HetfQyeia^^ ^ ^ p ^ ^ genóegfyBSM de vederschachten roomkleurig,
de spitsen ie t^ ^ ^ ^ ^ vleugelvederenrinyÉe^ midden®Jm^tig^grijM
tafet- fraaie smalle teekening en sterken zoom. van zwart Staart eveneens
nagenoeg zwart; veeren Hiafj^pirenkeld./^,^ -
Zilvergrijze P . l B l i beide geslachten zijn. kam, kinken oorlellenv
^ ^ ^ ^ ^^ ^ ^ ^® é^ |ê|iéh^ S^ do n k e fd en “.viees5Seüfig d a h ^ ^ ^ É
i oybrige;,kleurslagéd;,; ||
Haan.. Hals- en zadelveeren zuiver zilverwit, zonder str0^%ü^l
p f leenigerlei'. teekening. /Rug, schouderdekvederen en 1 schouderboog
zilverwit; spiegel .gla^énd zwart met groenen o f blauwen glans; twee’
slagpennen -wit aan de "luiten-, zwart aan de binnenvlag, • met zwarte
vlek aan de^spits van efkgpj^^ gefloten
rand; eerste .slagpinnén zwart' met witte spits
aan ddvbuitenvlagrfj:.^fe®n> onderlijf diep zwart; evenzoo de staarty ‘
waarvan de sikkelveeren zeer glanzend
Hen. HalsvedereDL^zpSfi£^iwp|igètrée^|;/^^^S zalmldeinig -1
(bijna als, de borst van het roodborstje) of bijna ;éeekleurig, aan de,
S^hepkelslin aschgrauw. q^erga^de^|Ëet‘overige dlêlaam e i rëe, ,Viodgj^
zuiver zilvergrijs-, fijn donkergrijs gesprenkeld^^?rij van rood of bruin,
maar van/; lichte ‘zilvergrijs -. tëM^^MmdohÉëi^isu^w^Qéïétinè^.. Staart,
dónkerder/grijst tbinh^mè' vederen zwart.
Witte D. Beide geslachten met glanzend koraalroode kam, ,igêzic'ÈË
kin^^^ oorlellen: witte of zëer bleek roosfelemlge beenen en overal
sneeuwwit geyederté, dat van het< bovenlijf van' 4 ^%ian>/ zooveel'
mogelijk vrij van gele tint.
K oekoek D. Bij beide geslachten gezicht, kam, kin- en^oorleMen
schitterend' rood; beenen wit of licht vléeschMeurig. 1 Gevedeite,, pp/
grijz^n^of-blauwgrijzenp^nd, donkeigrijs^fj^lan^grigs' dwars geband
of gesprenkeld, zooals'ibij de Hamburgers. rj
}k heb reeds gezegd, dat de Dorkings hoofdzakelijk vpo^Bvleesch- J
productie; worden gekweekt en dat de'1 gróótte vooral in aanmerking
komt. Evenwel worden twee kleurslagen ■ gaarne op tentoonstellingen
gezien: de_zilvergrijze en de witte; ik j^ '^ s R e broeding dezer beide
slaTgen in eenige weinige regels' aangeven.
Hét is niet zeerkweeken.
Men moet daai'vóor een bekenden, goe den 'stam hebben,
, waarvan' |teekenm g ' buitemM'^RM ^ p a a ^ P ^ ëkómen'.
van _de^ zilvergrijze halsvederen is het groote sjxmkelfelo'k en Wright
meent, dat men veel meer hoenders van>(^eze variëteit zou te zienv
. krijgen, i|||||i men on dat fllÉsfeen weinig toegeefliiker wiilcFeziln ÉÉs
alleen; yoOT#^^^^ên/iihet zilvergrijs yprplighietfd1' maalde, maar zuiver
zwarte middenstrepen tóëTfet. 'J De eisph is nu eenmaal niet zoo; men
. moet derhalve trachten de ideaal-type zoomabij m,©gelijk te komen. ■
steeds de groOtsté. én^M^^ifetst^'^^Mn nitkiezen. want oófsM§ grootte
.is hier een - hoofd vereischte. De haan moet zwarte_^©rst, staart en
staartdëkvederen' heb^ën;'-de verdere vederen m^otenkzopve'el1' mogelijk
,vermeden worden,
tinten' die in de kleur der .veeren zitten; geel, de-zon
^IjooF"ouderdom veroorzaakt, heeft natuurlijk geen invloed.' Ms^ènO
neme rnel;,.;dé lichtste, die men kan bekomen. Onder^de jongen, udtV
zulke,paring ontstaan, zal men steeds enkele fraaie en bijna voWhtoe4'
'ddefen aantfeffen. ■ ,JG)oor deze verder te kweeken zal men allengs 'het'
ideaal meer nabijkomen.
de 'ffaaiste hoenders, die men kan uitdenken. Eene Engelsdae dame,
miss Fairhurst, laatJ'zi§;h^^:/'!deze hoenders aldus 'uit: „De si'erlïjkheid
hunner houding, de glans en^é zuiverheid van hun sneeuwwit atlas-,
gfeve'dèrte, het koraalrood (van de naakt«‘'de^é|ên| van den kop), hunne
bijzondere vertrouwelijkheid en ta^g^ent??en- zeker o'nbescboj'Êelijk
iê;tS;|^^Së:; manier t>, waarmede-zii^^§vhuhv beKên^«!p^^m^^ ^ l^^ ^ 8
Stempelen ze -tot _de aristokraten . onder r de .hoe^dersi^jöm. tot deze^
t^mttMèn’d e x fé su lta l^ Ê v te ^ ^ ^ ^ E ^m o o ^ ^ pM ^ g ^C m fe iitq ^ ïh ^ g in ^ '
en kennis kweekem V ^ g & i ^ ^ r f t ó ë n i i k . Pm bij deze \ variëteit de
/tóeKchte, - grootte' - te erlangen, en- Want^ zopv.-Ss
5 J^més^Long | zegt",' ■ Dorkings e 'iQO t 'hunnqs^ïeu^
moge zijn. Om, nu zulke bekomen moet men een zuiver
^witten haan met rozenkam, die zoo groot..en zoo volmaakt mogelijk
is, paren| met eene volmaakt zuivere grijze hen, ook, meW^'éÉ^am'.
£ ) )^ ^ a ^ jo h p fe ^ ^ t |^ ^ e r reeds eenige rèie men dan
;verder kweekt; zoo niet, dan,moet -men de grootste en witste uitzoeken 1
'€^:ifJ'deze 'verder kweeken. ‘Zofider twijfel zab.men'dan, ip de^eé^è^;
of derde g en eratieto thet beoogde . doel geraken. De reden waarom
menllllK ^on^ergrijze lien peemt- is/deze Mém het zwart',het gemak-
Këlijks in ,wjt» overgaat. ®pq^ f;zulky'è(éfle kweeking bekp'tót/lh^^dióferf
de uitspraak-fdeï* p^ijsrecbters Itunnen^;
1 Punten van uitmuntendheid. Een vogel, die de ideale
volmaaktheid bezit Wt bp%ft-■ grootte, gestalte, hoedamg-
■ 4eié enz. ien;:kleur, . 't e l t '......................................... ï.©©: punten,
Voor tófcengewone grootte kunnen toegevoegd worden . | „
Punten van afkeuring:
;y Gr©Ve'‘ '®PMhape kop. . " ..........................11 •- • • • 6 „
Slechtgevormde kam . '£ h i ...................................................5 »
De vijfde teen niet volmaakt in1 vpjjm en ontwikkeling . io\
Zwakte of slaphéid der pooten . . . . , .. • • - ?> 8
Gebrekkige \èf';'sre'êMe: kleur >- . . •: , . . . . . . . . 12 „
'ï , *•’ W;lÖj Punteö*
en w i t t e - ^ / ’ê . . 4 »>
‘ ^ i t »-■
aHESSjfipjSa y> <» v ' * '% •I-° 1 h
©fehifc geeoudiiäonneerd .. . y f ’-V *4 »
'' v' '' 3° 1 ’ » '
';é ^TirN^Nft ^ z i t ; afwezigheid van dé
andéf^dan i witte, of li^ht, rooskleurige, of met
«e,^Q^ffi^^|Äaf%k^^ng,^/-‘0^g^lijke kam of'kleun Tqij een toom; wit
> andere„ dan1 rpzenkam of eenige
bedriegelijke handelwijze
w a i/d ^ n ^& te /'j veranderen/ '/■
I ' PLAlt^V: TOGEL-
4 i ^ é . . . « „ fowl, Bngétschf-
■ -^V ïRace de Hambourg; -
De naam an dit - ras duidt op < en geheel ande en oorsprong dan
den Ene m iSniio' Oêer het algemeen houdt inen het er voor, lat ket
uit Du 1 ai 1 f H Hand .afk m s aar n n r a$rerwante
worden urn etrofien, b.r onze H Uai d’ (he i e t Kempi t^h in J
P I L ' ute HamtiMgers schijnen echtei edert onheuglijke jaren in
Engeland gek veekt e z n en onze Pel, zoo al de stamr idér 'an de
Hamburgers, is in Engeland zoo goed gekweekt, dat men daar de
Hamb. als nation d ras beschouwt. In 11 ge d ze ir D i hlar d
en Erankrijk, rekent men de pel-ook ondet de Haml urgeis, ofechoon
waj die als een echt Hollandsch ras tlijven beschouwen. - ‘J
STAÏTBA A Ito;,-VA N UT1 VI fTTBNDHBID.
äi*H'-vÄb- | p
kop — kórt, plat, mäar sierlijk en levendig.
'sma™l v- ‘kort en smal.
' kam'™ dubbel (rozenkam), treed en öp het voorhoofd naar Achter in
‘ eene lange en naar boven gerichte punt versmallende, van voren
■ afeerond.;. met-vlakkendoor veel. punten versierden kroon, en vast
S en recSsap den^ kop staande; kleur helderrood.
OOKLELtEN —''wlali, bijna cirkelrond en wit.
kineellen' — dun', sierlijk, van onder? afgerond en rood.
HALS — vrij lang, sierlijk -gebogen, achterwaarts gedragen en vol
ii!:!;lange, wapperende, oven de schouders goWendfetiêeren.; '«• ;
',ROMP — sierlijk en goedigefivenredigd. _
rug — middelmatige lengte, maas door de overhangende hal eeren
korter schijnende. > ' v
ZADË^^^tbreeden-zwaar^betlederd;
VLEUGEts — breed, maar sierlijk gedragen, sterk ontwikkeld.-1 ■
borst ™..'.Voi, rond^ en zeer naar voren gedragen
schenkels y sjank', kort en .sierlijk.
po ' I K A' amel jk ko: t, dun
, <!e®gTOS^^®®®M^1rep&toSj g^Bägeni^imawjaao^ over
B ^^HSffil’fiangen^^netsrfengejISKÄ^^kkelveeren voorzien
', ; ^iervdderenj^^^^yetuen *zee^®p^^öJ^<JU
gestalte 1—- niet buitengewoon groot,- 40 h 45 cr°- boog tot boven
R^ofl^.den|^Oi^.geine*êi:.i''-'
j i ß , r sÊ & e n it 11/ ^kloe, en sie 1,1'ikr Jifc
ge’ vit iV& fe iO T j m ■> t i 3 kg. 3
t & oa s«flgetn e«>j(B 6ÄÄ ^(A b ^ ? 'i er . yap de Hamburgers drie
kleurslagen: de zilverlakensche H. (D. Silbergetupfte, Silberlack Hl;
1 ■ '1' 1 *I<'1 'KL U ; .E nik lIu l n ne l Hamboirg
/argenté)!jS g& tf^? eh S^e rI^^^^ldge tiiirfte H.}* S . golden-spangled,
5foldsiMmoneys, Fr (D, schwarze H.;
H. tin 1 rrj Ur1.HmS.;iu g ^ U ’!iq.nbire'
In d e r^ te ten ^ ^ ^ ^ ^ to e n pofeznjvet fs(|e Haip|iuigèxs,gekweekt
jietMs.esHemjjSë'' poqtèn^‘1 ti*
^ ^ & i ia g B N S ,é a ^ i^ a B » t eR Bijpl®èf gelachten navelt t o t e ' :
horenkleurig kam, gezicht en kinlappen fraai ooriellen zuiver
wit, oogen d^^^fel&^S^iteiqpdkleurigfed*•
"i HaJsveerênt S®" > 3311 ^en wor*e' :
■ is te i lil& p p ^® .^g4ê4PFder-‘ V ' S^oüteboo'gveereniwitniet zwarte,
^ j^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ p ji iy le u g e ld é k y e te iê f r ly n t met zware*1 ronde zwarte
«Stippels dvarsbande^ o y^ d e ,v leu g e ls 'Vormen;
tweede slagpennen wit met zwarte punten aan de spits; eerste slag-
. pennen evènzoo gestippeld Zadelveeren wit, aan de spits zwart gevlekt
Borst, onderdeelen en schenkels wit met zwart gestippeld, elke veer
met een fraaie, ronde, zwarte vlek aan de spits,, diekzop groot moet
zijn, ,dat men het wit er ter nauwemood door ziet Staartvederen wit aan