
nuttighedenen de vorderingen dezer Eeuw, hier in gemaakt; danhoe
zal men op dien voet deezen Vogel plaatfen? De kromme'
bek brengt hem tot' de Roofvogelen, en de lange beenen, tot de
Steltloopers o f Waaterminnaaren.; welk. eene verfchillendheid van
kenmerken! en echter zyn die overeenkomftig met den aart in deezen
Vogel, zo als men uit deszelfs befchryvinge zien zal. De aait
en natuurlyke eigenfchappen der fchepfelen zyn dan datgeeie
’ t welk men, vooral by de. Ranglchikkingen, moet raad pleëgen.
Geen vyand van vifch zynde, zo is echter het gelieffte voedfel
van deezen Vogel vleefch, ’cgeen hy verfcheurend inzwelgt; zie daar
een kenmerk, ’t welk hem terftond naar de Bende der Roofvogelen
verwysd, en in welke hy, wégens zyne lange beénen , dié
anders aan hun oneigen zyn, een afzonderiyk Gèflacht uitmaakt.
Deeze Vogel'kan, naar ’t fchynt, de gefteldheid van onze lucht-
ftreek zeer wel verdraagen. Voor omtrent twee J&aren is dezelve
door den Heere Otto L uder. i [kmmy, J.id van den Raad der
Juftitievan de Raap de Goede Hoop * overgezonden , a i aart hier
in onze Diergaarde volmaakt wel.
De Kuifveeren, welke» by de langbeenige en meeft alle andfe
Vogelen, alleen den mannelyken eigen zyn, doen my denken dat
hy tot hun Gèflacht behoort. Van natuur is deeze Vogel niét
kwaadaartig; -en hoewel‘hy met eenen bék gewapend is , die vreesmaan-»
brengt , byt hy nooit, zelfs niét -als men hem aangrypt en vaft’J
houd, altoos trachtende iemand te ontvlugten, die hem nadert.-
!n dit geval'kan hy ook fprongeii doen van acht a negen voeten
hóog-j om zynen Vervolger te-ontwyken. Zich ter rufte willende
bégeeven, legt hy zich op den buik en borft op den grond neder,
en flaapt met het hoofd tuflthen de veeren. Zyn fchreeu-
wend1 geluit zweemd het meeft naar dat van eenen Arend, döch
dit maakt hy. zeldfaam. Zynegewoone beweeging is* j by aanhoudendheid
, met zeer groote fchreeden gins en weêr te loopen;
van wege deeze groote flappen die hy maakt, eenigzins overeenkomftig
met eenen Boog-Schutter, zaLhet mogelyk zyn, dat men
hem.
hem den naam van Sagittarius gegeeven heeft, én met welken hy
van de Kaap is afgezonden. Deeze Vogel meet aldaar nog zeer
raar zyn, vermits K o l b e , V a l e n t y n , en anderen in hunne
Raapfche dier-befchryvingen, geen gewag van hem maaken (//).
Wanneer mén hem by zyn gins en weêrlöópen nadert, en waar
in hy weezendlyk eene grootfche houding vertoont , maakt hy
een geduurig kraakend geluid , even als , Krak, Krak. Hy
fchynt, eenigen tyd in ruft gelaaten, en van zyne gewoone vree-
ze voor iemand te rug gekoomen zynde, vry nieuwsgierig. Toen
de Tekenaar met hem af te beelden bezig was, kwam hy, even
als hier terzyden in de afbeeldinge vertoond'is , zelfs van zeer na
by , en als over zyne afbeelding verwondèrd, met de veeren van
het hoofd alle opgericht , op de aftekeninge zien. Dikwils komt
hy met opgelichte vleugels en vooruitfteekenden kop nieuwsgierig
zien; zo kwam hy twee a drie maaien by my, wanneer ik aan
een tafel, in zyn loopplaats gezeeten , met hem te befchryven
bezig was. In dien ftand r of dat men hém, als hy honger heeft ,
iets ’t geen hem aangenaam Is toewerpt» Ipreid hy de kopvee-
ren in twee ryën vry hoog opgericht van een, daar zy anderzins
als onregelmaatig. hier en daar geplaatft zich nederhangende vertod-
■ nen. Ver van kwaadaartig te zyn, fchynt hy veeleer van eene
goedaartige en vrolyke- natuur; veeltyds ziet men hem een
ftrooq'e, o f ander by hem liggend lichaam, met den bek en zelfè
met den poot opvatten, en in de hoogte werpen,, ’t welk hy, als
fpeelènde, verfcheide reizen herhaalt.
Zyn
00 Na dat ik deeze Bêfcliryvibg geheel'had afgefchreeven, Komt my een oud
Domefticq bezoeken, pas van de-Kaap te rug gekomen, alwaar hy eeoige Jaaren
gewoond heeft. Die bericht my, dat deeze Vogels aldaar thans redelyk gemeen
zyn, dat de Boeren die, eenige uuren ver van de Kaap, zeer jong uit de Neften
haaien, en dezelven voer/hun vermaak houden, gelyk mede om hunne Woonfteéden
van het ongedierte van Slangen, Hagedisfen, Padden, 'Rotten en Muizen enz., te
zuiveren, die zy alle opzoeken en verflinden. Men zou dus deezen Vogel den
Afrikaanfchen ltis kunnen noemen. De gemelde Boeren geeven hem (zekerlyk by,
verbittering van het woord Sagittarius') den naam van Secretarius.
A. 3.