
44 NATUURLYKE HISTORIE van he*
kleine beenderen van den voorvoet en voorhand, duide-
lyker gezien hebben, indien men in plaats van breedkoper
darmfnaar had gebezigd, ’t welke by myne zekere ondervinding
even duurzaam is, en daar en boven nooit het been
bederft, daar het anders zoo wel door het koper, als yzer
weg roeft.
De ruggraat Haat te recht, en het fchouderblad is te
laag geplaatft: De voor zoowel, als de achterpooten hangen
, maar Haan niet. Dit is een gebrek, ’t welke men in
alle de Geraamte van Dieren in het Kabinet des Konings
van Frankryk, in het Natuurboek van den Graave de
B uff o n ontmoet, en over het hoofd gezien is door D au -
BENTON.
De Heer Merck heeft dit naar myne aanmerking getracht
te verbeteren, dog zou beter gedaagd hebben, indien
zyn Edelheid meer tyd gehad hadde.
Ik hebbe zelf dit Geraamte tweemaalen gemeeten in De*
cember 1785. en weder den 2 July 1786. om dat het my
ontgaan was, dat ik dit reets met naaukeurigheid verrigt
hadde: dog t’ huisgekoomen vond ik myne eerde aantee-
keningen, welker maaten , met de laatfte vergeleken zyn-
de, volmaakt overëenftemden.
P E T R U S C AMP E R .
Klein Lankum,
Aea 4 Auguftus 1786.