tien op een duit uit te geven. Ook zijn aldaar gangbaar zeer kleine,
rond geknipte stukjes van oude Hollandsehe dubbeltjes.
60 Boetonsche lapjes vertegenwoordigen aldaar de waarde van één
dubbeltje en wel van zulk een dubbeltje, waarop nog ééne letter
van het opsehrift zigtbaar is; wanneer ook die letter bij het snoeijen
geschonden is, heeft het dubbeltje slechts de helft van zijne waarde.
50 dubbeltjes hebben op Boeton eene waarde van / 2,50. De inlander
heeft het bijgeloof, dat al wie zulk een lapje in -of uit-voert,
met zijne praauw zal vergaan.
Die zonderlmge muntsoort moet op Boeton zeer oud zijn, want reeds in
het journaal van Apollonius Schot vindt men öp 1? December 1612
aangeteekend: » op Boeton heb ik bevonden, bij gebrek van eenige
«munt, haar daar te behelpen met lapjes in plaats van geld, zoodat
a in dit contract (namelijk het contract door Apollonius Schot met
den sulthan van Boeton aangegaan) ook een artikel is, met het-
ii welk (de Compagnie) belooft op Boeton eene goede kwantiteit van
«kasjes of andere koperen munt te brengen, die de koning belooft
a ook reciproque onder zijn volk gangbaar te doen worden.’'
De voorliefde voor oude dubbeltjes heerscht eveneens op Celebes
zelf, en in het district Wawa Boeloe was zelfs in 1860 geene andere
munt gangbaar. Met moeite kon men er voor een gulden 6 en voor
een 2J/2 guldenstuk 15 dubbeltjes bekomen. Goederen van mindere
waarde dan een dubbeltje werden pp de passers geruild, omdat men
geen kopergeld wilde aannemen, hetgeen men vreesde, dat het uit-
sterven der koffij zoude ten gevolge hebben.
Te Geliting (Flores) was het in 1860 verboden oude dubbeltjes uit
te voeren, die aldaar mede de eenige gangbare muntsoort uitmaakten
en ten getale van 8 stuks op een. gulden gingen.