
116 Nederlandsch Indisch Gouvernement.
Doorloopend nummer. [|
Bladzyde, waarop over I
(1816—1861).
Zilver, geslagen in Nederland.
r
Voorzijde. Keerzijde. Ophelderingcn.
76
77 89-90
Gulden. 10.766
(1821)
10.00
(1839)
Halve id.
Vierde id.
id. id.
Tiende id.
0.893 [ Beeldtenis van Koning
(1821) Willem I. Daarom: Wil-
0.945 lem Koning der Ned. G. H.
(1839)
3.95
3.18
1.25
V. L. Onder de beeldte-
nis een liggend onklaar
, anker. In de afsnede van
| de beeldtenis de naam van
den graveur Michaud.
Als no. 74, maar zonder
anker. In de àfsnedé van
de beeldtenis de naam van
den graveur van der Kellen.
0.720
Als no. 75.
Het gekroondè wapen van
Hederían# zonder schild-
houders tusschen \ . . . . G.
Onder: het jaartal. Boven:
Nederl. Indie. Bezijden
onder aan het wapen, regts,
een Mercuriusstaf, links
eene degen.
Als no. 77, maar met
Het gekroonde wapen
van Nederland zonder
schildhouders tusschen 1
. . . . G. Daarom: Munt
van het Köningrijk der Ne-
derlanden. Boven: het
jaartal. Onder het wapen:
Nederl. Indie. Alsmunt-
teekensbezijden, onder aan
het wapen, regts: een Mer-
..curiusstaf (Utrecht); links:
eene ...brandende. fakkel.
Twee palmtakken van ön-
deren verb'onden dtior eene
strik. Daarboven.- Nederlandsch
Indie.-. 'Binnen de.
Daaronder: het jaartal tusschen
een Mercuriusstaf
en eene brandende fakkel.
Als no. 75, maar met
Kioart gulden.
Eene zevenpuntige ster
waarin ¿A3. . c ^ u > j »¿»w
een vierde gülden). Tusschen
de punten van de ster:
ají cuu Sttj
prapat roepiah).
Eene cirkel, waar binnen
ÄA3jjj jájSjsL* (saperpoeloh
roepiah = een tiende
gülden). Kondoom: a jim ojt ?
(saparasepoeloeh roepiah)
Boven: eene ster.
Van 1821, 1822, 1839 eh
1840. Die van de beide laatst-
oemde jarenhebben eene
lelie (teeken van den munt-
meester Suermondt) in plaats
van de fakkel (teeken van den
muntmeester Poelman).
Van 1826 en 1834.
Van 1826, 1827, 1834
1840. Het gewigt en gehalte
dezer munt is bepaald bij het
Koninklijk besluit van 11
Eebruarij 1826, 1. TJS _ geheim,
waarvan wij uit den
aard der zaak geene inzage
hebben kunnen nemen. Zie
N. 1. Staatsblad 1839, no. 37.
Van 1854, 1855, 1857,
1858.
/SN/fj
Van/1855, 1856, 1857,
1858.
De cijfers in de eerste kolom komen overeen met die der platen.
T
AT3/Í