
r *¿£-4*
? *
No. 128 L. No,. 148 G.
n 129 L. // 149 G. E. M.
1t 130 L. If 150 L.
i t 131 L. If 151 G. L. E.
ft 132 L. II 152 G.
n 133 G. I t 153 G.
n 134 G. H 154 L.
u 135 L. II 155 G. R. v. C.
i t 136 L. E. It 156 L.
i t 137 L. C. If 157 G.
n 138 L. II 158 G.
i l 139 G. II 159 G.
// 140 G. 4 esempi. M. It 160 G.
it 141 G. R. II 161 G.
i l 142 G. 2 exempl. I t 1-62 G.
u 143 G. L. I t 163 V. C.
i t 144 G. L. E. v. C. If 164 G.
» 145 G. I I 165 V. C.
if 146 G. L. 1/ 166 V. C.
i t 147 G- 2 exempl. L. R. v.C.
Mogelijk zijn er in de verzameling van den heer van Coevorden
nog meer exemplaren, waarvan gelijken bij het Bataviaasch Genootschap
of elders gevonden'worden; wij zija niet in de gelegenheid geweest om
ons daarvan te overtuigen.
De bovenaangehaalde Engelsche schrijvers verklären deze stukken
te zijn geweest munten.
Crawfurd zegt daaromtrent: « This was the currency of the Buddhist
«sovereigns, whose empire was at Majapahit.”
Bij eene aandaehtige beschouwing der stukken komt ons dit nog niet
zoo uitgemaakt zeker voor (*). Men zoekt toch daarop te vergeefs naar
(*) Ter gemakkelijker vergelijking hebben wij de afbeeldingen dezer voorwerpen zoodanig
gerangschikt, d a tdie , welke de meeste overeenkomst hebben, bij elkander geplaatst zijn.