vreedzaam nevens elkander op de Platen gerangschikt zijn, ons voor het ten
einde brengen dier rangsehikking niet weinig onrust veroorzaakt hebben.
De munten toch met de afbeeldingen der Heilige Luderus en Victor geven
wij tbans, na rijp overleg, na die, welke, blijkens het opschrift op hare keer-
zijde, nog onder de regering van Keizer Karel V, en dus zeker niet later dan
in het jaar 1558, toen Keizer Ferdinand, zijn opvolger, zijnen naam op de
munten Het plaatsen, geslagen zijn.
Onder N" 18 geven wij dan eenen Daalder, en onder N" 19 en 20 twee verschilfende
halve Daalders van Heer Willem van Batenburg.
Zij hebben op hare voorzijde het wapenschild van Batenburg-Bronkhorst, ge-
dekt door den sierlijken helm, met zijne helmteekens en lambrekijns. Het
Muntmeestersteeken (immers naar het schijnt) in den rand is een granaatappel.
Het omschrift luidt op N” 19.
GVIL' * DE * BRONC' * LTB'BARO' * IN * BATENBOR'
Op N" 20 (de halve) staat aah het einde:.
BATENBO'.
Be granaatappel is daar liggende afgebeeld.
Op de kz. dezer munten ziet men den gekroonden dubbelen Rijksarend binnen
eenen parelcirkel. Het omschrift luidt op N" 18:
CAROL' * V' * ROMANO' * IMPE' * SEMPER * AVGVSTV
Er zijn ook exemplaren daar alleen AVGVST op voorkomt.
Op N- 19: SEM * AVGVSTVS..
Op N- 20: SEMPER . AVGVSTVS.
N° 18 weegt 28 w. Z4. Eigendom van Professor serrure te Gend en van
de Heeren k e er te Amsterdam en str icker te 's Gravenhage.
N” 19 weegt 14,1 w. Zö. . Verzameling van wijlen den Heer becker te
Amsterdam.
N" 20 weegt 14,1 w. Eigendom van Professor serrure te Gend.
Het muntteeken op deze laatste munt is thans geen liggende granaatappel,
maar een dusgenaamd Geldersch krais.
N” 21, een geheele Daalder, heeft eene van de type van dergelijken, onder
N” 18 medegedeelden, zeer afwijkende afbeelding. Thans is het wapenschild van
Batenburg-Bronkhorst zeer groot, en geene banden verbinden het, gelijk op ge-
melde N° 18, aan den daarboven geplaatsten helm. Ook komen de helmteekens
thans door den parelrand heen, die het een en ander omvat.
Het omschrift der vz. luidt op vier exemplaren, welke wij ter teekening
mogten ontvangen, na het muntteeken van den granaatappel:
GVIL' * DE * BRONC' * LIB'BARO . I N * BATENBO' .
Het omschrift der kz. wordt op drie der vier gemelde exemplaren gelezen:
CAROL » V . ROMANO . IMPE . SEMPER * AVGVSTVS
Op eene derde echter:
. AVGVSTV
Dit laatste, van den Heer keer, weiegt 28,6 w.; een ander, uit de zelfde
verzameling, met AVGVSTVS, weegt 28,1 w.
Dito, verzameling van Professor serrure, weegt 28,5 w.
Dito, verzameling" van den Heer p. m. beelaerts te Schipluiden, 27,4 w.
De zeldzaamheid dezer muntsoort is dus Z2.
N° 21 is afgebeeld in den Beeldenaar bij de Ordonnantie van MDLXXVIII.
Uit de Koninklijke verzameling te Berlijn ontvingen wij (duur genoeg, door
de hooge vracht) afdrukken van de vier Batenburgsche stukken, aldaar voor-
handen; de tegenwoordige Rijksdaalder komt daaronder voor, doch het wapenschild
is thans door strikken aan den helm verbonden.i Op de vz. staat BATENBOR,
en op de kz. AVGVSTVS. De tweede uit Berlijn was de N” 27
(hiema beschreven); de beide andere zijn na 1576 geslagen.
N° 22 geeft ons den juisten tijd aan de hand, waarin het stuk vervaardigd
is; ter zijde toch van het wapenschild zien wij het gedeelde jaartal
1557.
Overigens leveren type noch omschriften eenig opmerkenswaardig verschil.
Weegt 28,3 w. Z5. Eigendom van den Heer munnicks Van cleepe. Wordt
vermeld en beschreven bij madai in zijn Thaler cabinet.
N° 23 is een zeldzame Daalder van Heer Willem, stellig voor of uiterlijk in
het jaar 1558 geslagen, omdat zij den. naam en titel van Karel V op de
keerzijde draagt.
Vz. Heer Willem’s beeid tot aan het midden toe, blootshoofds en in het