Op de vz ziet men den gekroonden klimmenden dubbelstaartigen Gelderschen
leeuw, even als op de munten van Hertog Karel vän Egmond. Hield hij bij
dezen het Geldersche wapen in den regier voorklaauw, thans is het wapen het
Niimeegsche. ln den rand leest men na het Geldersche muntkrms het omschrift.
JBOKSIffiK * X20V2S * BOVISEXGSB.
Op de kz. vertoont zieh een driebandig, in hart en uiteinden zeer versierd,
kruis, binnen eenen parelcirkel. Omschrift, weder na het Geldersche krms .
2 IB BO * DX2I'» SH * GGGG * »
Z. B. weegt 1,7 w. en met dit jaartal van Z‘ -, in de verzameling van Pro-
' " r - n t ^ t de zelfde muntteekens en « W (mede van
m berust in het kabinet van den Kolonel d e r o u e v a n w ic h e n te Nijmegen.
N* 10 is een hohe stuiver met andere mimtteekens en een op eene eemgzins
andere wiize versierd kruis. ____
ln de plaats toeh van de muntteekens , op de zoo even beschreven ^
vermeld, vinden wij hier op voor- en keerzijde in den
waarschijnlijk om aan te duiden dat Nijmegen eepe “ hjke of & jk s s ^
was. Het omschrift der voorzijde van N“ 10 js even a l s a v
op de keerzijde staat thans:
■2EBBO DOiRI ilK3CCCXi###V.
Z. B. weegt even als de vorige munt en is van Z* (verzameling van den
Heer k e e r te Amsterdam). , , ,
N“ 11, een stuiver van den jare 1489 heeft bijna de z e l f d e type als de o-
rige twee munten, doch thans is de leeuw gezeten met den staart tusschen
beenen doorgeslagen. Hij houdt den regter voorpoot op het stedehj e p
schild. Omschrift, tusschen twee parelcirkels:
* SEORSTOi BOV2S BOVIiRKGSBSIS.
Kz. Een zeer versierd kruis, dat het veld der munt in vier deelen scheidt
Tusschen de vier beenen ziet men even zoo vele lelien. e og VI^
Hgmond heeft op zijne munten (zie ons aangehaal wer p .
beurtelings lelien en leeuwen. Omschrift:
3SBBO | D M iE | GGGGIi j
Z. B. (een ijzerachtig metaalmengsel dat spoedig roest en waarop de-Stempels
weinig konden vatten) weegt 2,6 w. Z3. Berust in het Penningkabinet
der Leidsche Hoogeschool, in onze eigene verzameling, in die van den Heer
slangen op den Huize Aldengoor bij Boermond, enz. enz.
N" 12 is een halve stuiver, hebbende de type van de N“ 9 en 10; hetmunt-
teeken op de vz. is eene lelie, hoedanige op de munten van Hertog, Karel mede
dikwerf voorkomt; terwijl ook de letters van het omschrift door zulke bloempjes
van elkander gescheiden worden.
Op de kz. ziet men den rijksappel in den rand, en luidt het omschrift:
k b k o * a m * m * CGCG *
Z. B. weegt als vroeger en is van Z6 (verzameling guyot). ,
N" 18 weder een halve stuiver is waarschijnlijk geslagen naar aanleiding van
de volgende muntordonnantie (de oudste overgeblevene van Nijmegen):
Uit het Boek «Originalia van der munten« op 1” Maart 1586 door den Nij-
meegschen Secretaris van den Have n opgesocht.//
[December 1498]
z/Wy Bürgermeister, Scepenen inde Rait der Stat van Nymegen doen kont
//allen luden, ende bekennen in desen apenen brieve voir ons ende onse nako-
■//melingen, dat wy. eendrechtlick, van wegen ende tot behoeff onser Stat, an-
//genomen hebben ende annemen overmijts desen onsen brieve, Sander van Ba-
//tenborch tot onsen Muntmeister die neeste tokomende twe jair lanck, opten
//dachdatum diss brieifs angaende, in sulken manieren ende vurwerden, dat hy
*/dese twe jair lanck onser Stat Muntmeister wesen sail, halve stuver te mun-
//ten, na sulken ordinancien, gelyck als men n u , tusschen onser Stat ende
//oen, voir id ijrst ordiniert heefft, ende so men der hier namails na ordelicheit
//ende geboirlicheit overkomen mach, dair hy sich getruwelick in halden ende
»bewijsen sali, als oen geboert, ende wy sullen oen voir onsen getruwen dienre
//beschijrmen ende verantwoirden ende oen mit synen gesellen van onser Stat
//wegen van bier, zij in der munten behueven, van onrait vrij halden. Ende
//off syn gesellen onder een anderen, twistende, off sich slaende, wurden, dat
//sullen onse wardeyn ende muntmeister corrigieren ende slichten buten öns,
//gelyck als dat in anderen munten van altz gewoenliken is. Voirt, so sullen
7