Stein (Wapenschild van), bl. 157; Heerlijk-
heid aan de Maas, bl. 140, 164; Bijlage
^over deceive, bl. 253—259.
Stempelsnijder (Geldersche), bl. 47.
Sten, waarschijnlijke verkorting van Stepha-
mis, bl. 57.
S te p h a n u s (Afbeelding van den Heiligen)
op Nijmeegsche en Batenburgsche munten,
bl. 159, 160, 161; Nijmeegsche Rijks-
daalder met den biddenden.-—, bl. 82.
S. Stephan prothom. Opschriffc op eene Nijmeegsche
munt, bl. 86.
Ster op eene munt, bl. 105.
Sterling sche denarien, bl. 106; Sterling sche
denier, bl. 196, 198, 200.
S te v e n v a n Z u y l e n . Zie Z u y l e n .
Stevenswaard (De Heilige S te p h a n u s op de
munten van), bl; 85 noot; Stevensweerd
vermeld bl. 218.
St. Nikolaasgild te Nijmegen, bl. 37.
St. Stevensdaalder met den palmiak, bl.
57.
Sticht van Keulen (Hooge Adel in bet), bl.
127.
Stoel (De stad Aken Konmklijke) , bl. 27.
Strack geleyde, bl. 39.
Stralenkrans om bet hoofd eens Heiligen,
bl. 58.
S t r i c k e b (Verzameling van den Heer J. A.)
te *s Gravenhage, bl. 38, 43, 68, 72,
enz.
Strijdzwaard, bL 175. .
Strijen, bl. 228.
Strik (Wapenscbild aan een), bl. 51.
Stuwer, bl. 48; stuiver (halve), bl. 78.
S tu bm e b ’s Mimzbuch, bl. 63, 67, 69, 238,
234, 236, 241.
Supplement der Monnoyes en Or da Cabinet
de S. M. VEmpereur, bl. 88.
Surtout, bl. 36.
Swart (Per) snijden, d. i. men zal aan zwar-
te penningen uit e6n mark si aan, bl. 51;
worp swartz, bl. 52.
Symmetrisch geplaatste wapenschildjes, bl.
104.
T«
T a d am a (Mr. R. W.), bl. 130; zijn Verslag
over het Ar chief van *s Heerenberg, aldaar ;
verder bl. 132; nog bl. 190.
Tak van eene bloem op eene munt, bl. 142,
Talionis (Poena), bl. 139 noot.
Tegenwoordige Staat van Gelderlmd, aanr
gehaald bl. 125, 129, 180, 190, 245.
Teisterband (Wapenscbild van), bl. 220.
Territoriaal hoogheid, bl. 125.
Thalercabinet van M a d a i , bl. 54, 58, 63,
67, 68, 69, 70, 74, 173, 174, 216,
.233, 234, 235, 240, 269, 271.
T h e o d e e i c u s (Bisschop), bl. 191.
Theodricus de Bronchorst hes es. Opschrift
op eene Batenburgsche munt, bl. 152.
T/iiedere. Oude naam van Bieren, bl. 229.
Thom. Zie M a b g a b e th a .
Thresoor (Het). Muntbeeldenaar van 1580,
bl. 42, 58, 160, 164, 165, 215, 234.
Tielerwaard, bl. 246.
Tien jâren (Een tijdvak van) voldoende tot
prescriptie in de uitoefening der Munt,
bi. 21:
Tijdroovende nasporingen voor dit werk, bl.
145.
Tijdschrift voor Algemeene Munt- en Pen-
ningkunde, bl. 216, 234, 236, 240. -
Tytell ind wapene van Buremunde (Munt on-,
der), bl. 85.
Toezigt op het mv/nten (De stad Nijmegen
onderwerpt zieh aan), bl. 32.
Toi en mmt (Regt van) verleend, bl. 133v
Ton (Een ter dood gebragte valsche munter
in een) gestopt, bl. 139.
Tongeren (Muntverzameling van den Heer
A'. P e b b e a t j te), bl. 89.
Tooneel des lands van Gelder. Zie S lic h -
TENHOBST.
Tov/rnooihel/m, bl. 202, 204, twee malen,
206.
Tournooi8 of Toursche groot, bl. 193, 199,
200.
Toursche groot, bl. 199, 200.
Traité historique. Zie S imonon.
Tralies (Roode) op eene munt, bl. 189.
Translatio cónsultationis in • causa Monete
&c., bl. 8.
Trcmsylvmia, bl. 187.
Troys merck of mark, bl. 87, 100.
Tmchses, bl. 192.
Turn. Muntsoort, bl. 184; eene munt niet
aan de Hertogen van Gelderland eigen, bl.
134; wie deze muntsoort bezigden, bl.
134.
Turonus dvis, Opschriffc op eene munt, bl.
193,*200.
Twalevaars, bl. 182.
Type (Namaaksel eener Engelsche munt-),
. bl. 170; een wapenschild de eenige tjpe
eener munt, bl. 56,
V.
TJlft (Geslacht van), bl. 193; Ekedeeik
van —, bl. 133; Huis te —, aldaar.
Unie van Utrecht, bl. 130; Unie van 1564,
bl. 159.
Urta en Cwiias (De woorden) op de Nijmeegsche
munten verwisseld, bl. 77.
Utenjeotbn (.1 ojian tan ) van Vilvoorden,
bl. 150.
Utrecht (Bisschop van), bl, 130, 134; vrede
te —, bis 146.
T .
Vamtje aan eenen stok op eene munt, bl
183.
Taderhmds (Geschieäenis des) van Bildeb-
dijk, aangehaald bl. 3.
Vattenburg en Born (Waleam, Heer van)
bl. 148. V
Vastehmondt (Sondag to), bl. 266.
Vederen van lazuur, bl. 224.
Vete (Verzameling van den Luitenant de)
bl. 52, 110, 264.
Veluwe, bl. 128..
Venboet (Pieteii) , Golm.it, bl. (46 ; zie verder
over dezen stempelsniider', bl. 47 en
262, 263. ..
Ferbod van Nijmeegsche munten in Duitsch-
land, bl. 7.
Vwbra/nden (Levend) enz. Straf van valsche
munters, bl. 140.
Vrrjamg (Muntregt verkregen door), bl. 92.
Veukade (P.), bl. 205; diens Mwiiboek,
aangehaald. bl. 6, 7 noot,54,74, 75,119,
159; mindere volkomenheid van hetzelve,
bl. 188, verder 229, 230, 240.
Vemenbwg (Pimps, Graaf van), bl, 212.
Vemieuwvng der munt (Schade uit eene her-
haalde) in de middeleeuwen, bl. 20.
Verjiandmg (Nijmegen door) eene Geldersche
stad, bl. 86.
Fesperhap op eene munt, bl. 183.
Verschrijvonge. . Oude term in het muntwe-
zen, bl. 93.
Vebschdeb (Be Baron B, P. vab) te Arnhem,
Numismaticus, bl. 91, 118.
Vervolg (Het opschrift op de eene munt het)
van dat op eene andere,' bl. 78.
Fervolgingen tegen Nijmegen opgehouden,
Verzeichnis und Gepräge fye;, Leipzig 1588.
Titel van' Stüemeb’s Muntboek. Zie aldaar.
Vianen (Wapenschild van), bl. 221; Baal-
ders van —, bl. 226; wie aldaar munte-
den, bl, 169.
Victoe (Afbeelding van, den Heiligen), bl,
166; wie deze was, aldaar.
Viotoe (Bisschop), bl. 183.
Victorsherh (St.) te Batenbtrg, bl. 146. '
Vierde groot (?), bl. 262.
Vier leewoen (Munt met de type der) b!
196, 198. ; : , '
Viermijtstuhhen (?), bl. 104.
Viegilius (Dichtregel uit de Aieneis van)
bl. 78; halve, dito, bl.; 104. .'
Visigothen (Zware straffen der) tegen valsche
munters, bl. 268.
Vitoeindb.| Poiit op eene munt,Tbl, 187.
Vlaanderen (Philipsdaalders geslanen voor)
bl. 61. B
Vlaems (Miten), bl. 54, 115,
Vbeminck (Deeice), Muntmeester van Nijmegen,
bl. 82, .34, 59, 61; «Taspee —,
bl. 34, 65; Theodoetjs — bl. 61.
Vleugelen boven het. wapenschild van Oswald
I I , bl. 222.