»Constantinus Advocatus, getuige van Bisschop Andreas bij de gift der kerk
„ van Lochern aan het Kapittel te Zutphen, 1184, is waarschijnlijk zoon van
u Constantinus de Melegarde en vader van de volgenden.
»Rabodo en Constantinus de Berge, broeders, in 1166 getuigen bij de stich-
»ting v a n ’t klooster Meer; Constantinus komt ook tusscben 1167 en 1196 met
»zijns broeders zoon Rabodo voor, zoo mede in 1173, enz. — Vermits Rabodo,
it volgens onze stelling, achterkleinzoon van Cbnstantinus de Melegarde, reeds
»in 1166 getuige van Keizer Frederik was en jnitsdien geen kind kan geweest,
„ zijn, komt ook de leeftijd vrij goed uit.
»Rabodo, Heer van den Berg, bier boven gemeld, is een der stipbters van
»bet klooster Betblebem, 1179. Zijn zoon is:
»Hendrik, Heer van den Berg, de eerste, die in de stukken van bet Ar-
» chief zelve wordt aangetrbffen; bij is zeer bekend in de Geschiedenis en in
vvele Charters genoemd van 1334 tot 1343. Zijn zoon is:
»Adam I , Heer van den Berg; in 1238 met zijn’ vader genoemd; niet
» denzelven bij de gift van Privilegien aan Arnhem, in 1283; borg van Graaf
»Otto, 1260. Zijn zoon is:
»Frederik I , Heer van den Berg; in 1280 getuige van bet klooster Beth-
» lebem; wordt door van spaen gesteld Truchses van Graaf Reinald van Gel-,
»re in 1289, waaraan ik echter twijfel, dewijl de vier aarts-ambten in Gelder-,
»land eerst bij de verbeifing van Reinald II tot Hertog zijn bekend. geworden
»en een Dynast, gelijk de Heer van den Berg, geene Hofbediening bij den
»Graaf, toenmaals zijns gelijken, zoude bebben op zieh genomen. Zijne vrouw
»was Hedwig de Oye, die stierf 1293. — V an spaen voegt hier eenpn Hen-
»drik tusscben; buiten twijfel bij vergissing. In een stuk, in bet Aroblef
» aanwezig, spreekt Adam III van den Berg van «»zijn vader Frederik, zijn
««aldevader Adam, zijn overaldevader Frederik.»»
»Nergens vindt men hier een Hendrik. Deze met zijnen zoon Adam zijn
» dan ook geenszins onder de getuigen bij de Privilegien van Arnhem in 1312 (1).
»Redenen van deze dwaling waren waarschijnlijk: 1) de vroegere Privilegien,.
(1 ) N i j h o p p , Geienho. mit de Gesehiedmia v/m Gelderland, D. I. Oork. N 1 3 2 .
»in 1233 aan Arnhem gegeven, doch later vernietigd, waarbij indeidaad Heri-
» ricus de Monte en zijn zoon Adam als getuigen voorkomen; 2) de omstan-
« digheid, dat werkelijk in dezen tijd een. Henricus de Monte leefde; doch
»deze was niet de vader, maar de broeder van Adam I I ; immers in een’
»brief van 1309 belijden Henricus, Fredericus en Adam, Dominus 3e Monte
»fra tres, zekere som aan eenige Lombarden schuldig te zijn. Slichtenhoest
» kende dien brief, doch wist er niets verstaanbaars van te maken. De kin-
» deren van Frederik I zijn dus Adam, Hendrik en Frederik. Adam I I , Heer
«van den Berg, komt reeds in 1301 als Dominus de Monte voor. Hij is buiten
»twijfel de persoon van wien bet Nearologium Bltense zegt: »19 Kal. Febr.
»1312 obiit Adam, nobilis totaliter ex omni genealogia, Domj,nus de Monte.
»Zijne vrouw was Hedwig van Randenrode, die in 1305 stierf. V an späen
»noemt als zoodanig Elisabeth, Gravin van Loss, op welke gronden is onbe-
»kend. Zijne kinderen zijn: 1) Frederik, die volgt; 2) Irmgard, Abdis van
»Elten, verkozen 4 Junij 1334 en gestorven 26 Julij 1365; 3) Gijsbertus,
»die in 1343 overleden is; en 4) Mechteld, die in eene oude geschrevene ge-
» nealogie van het geslacht van £7/7 _genoemd wordt: dochter ten Berge en echt-
»genoot van Evert van Heeckeren, Heer tot Ulft, Erfmaarsehalk van Gelder-
»land. Dit verklaart ook de reden, waarom Willem I van den Berg Diederik,
» Heer van Ulft, zijnen neef noemt.
»Frederik I I , Heer van den Berg, in 1318 getuige van Jonkheer Reinald
»van Gelre; getuige bij de bevestiging der Privilegien van Zutphen, 1324. Hij
»stierf 12 Kal. Junii 1331 te Kerkhellen in de vest Recklinghausen.»
Misschien is van dezen Vorst de Toumoois of Tournooisehe Groot, door ons
afgebeeld op onze Supplementplaat onder N" 1 van ’s Heerenberg. Zij was het
eerst uitgegeven in de Ferne de la Numvunatique Beige, T. I der nieuwe Serie,
PI. X , N° 8.
De vz. dezer munt bevat de gewone type, het dusgenaamde chatel, volgens
anderen kerkje. Omschrift:
mVRODVS ■ GIVIS
Op de kz. het Karolingische kruis en daarom:
►!-< WRIOSRIGVS DDS
25
i; ■,