testant bleek te zijn, deze muntsoort in de eerste jaren van zijn bestuur, al-
thans voor 1666, heeft laten vervaardigen. Het zelfde geldt omtrent de N' 9,
die van veel kleiner vorm is en echter tocb, even als de vorige, in bet bewuste
Thresoar Ducaet genoemd wordt.
Afbeelding en omschrift der voorzijde zijn bijna de zelfde. Op de keerzijde
heeft de Moedermaagd thans eene kroon'op het hoofd.
Even als van de vorige kunnen wij van deze het gewigt opgeven, daar
wij de munten nimmer in het oorspronkelijke mogten ontmoeten. De Hon-
gaarsche modeltype komt in een aantal werken voor; onder anderen vindt men
eene menigte afgebeeld in onderscheidene Beeldenaars, alsmede in de Monnoyee
en or du Cabinet de 8. M. VBmpereu/r, Vienne 1759, page 102— 105.
N" 10, waarvan wij uit de verzameling der Leidsche Hoogeschool een exem-
plaar ter afbeelding ontleenden, heeft op de vz. de beeldtenis van den Heiligen
Victor ten voeten uit, met de kroon op het hoofd, de kruisvaan in de regter-
hand en met de linker rüstende op een schild, waarop zieh mede een kruis
vertöont.
De Heilige Victor was een Romeinsch krijgsman, geboortig uit Marseille. Ais-
Christen werd hij gedurende de vervolging ten tijde van Diocletianus en Maxi-
mianus gevat. Noch beloften, noch bedreigingen konden te weeg brengen dat
hij zijn geloof zoude afzweren. Hij wierp zelfs een klein altaar, dat men voor
hem gebragt had, en waarop men hem wilde dwingen te öfteren, om ver. Na
verschillende pijnigingen te hebben ondergaan, werd hij op den 21 Julij 303
onthoofd. De abdijen van Sint Victor te Marseille en Parijs zijn onder aanroe-
ping van zijnen naam gesticht geworden. Men vindt een verhaal vah den mar-
teldood van St. Victor in de Supplementen op den Chartophylax van cave, uit-
gegeven door coLOMies, Londen 1686, 8°. Behalve in Frankrijk werd hij
ook in Solothurn zoo vereerd, dat men hem op de munten afbeeldde. Doch
buiten deze en de Batenburgsche munten zijn er öns geene andere bekend,
waarop deze Heilige voorkomt. Ter zijde van den Heilige ziet men de letters;
W B
die wel Wilhelmm en Batenborch zullen moeten beteekenen.
Het omschrift luidt:
* SANÖTVS * VICTOR
Op de kz. ziet men Maria, gekroond als Koningin des Hemels, rüstende op
eene halve maan, terwijl zij het kind Jezus in de armen houdt. Onder de
halve maan vertoont zieh het gedeelde wapenschild van Batenburg-Bronkhorst.
Omschrift:
. MONETA * NOVA * AVREA * B *
G. weegt 3,4 w. Z6. Berust, gelijk wij zeiden, in het Munt- en Penningka-
binet der Leidsche Hoogeschool. Deze, munt werd te Odoom in Drenthe ge-
vonden, en was daar, naar de meening van den Heer l ie f t in ck , Predikant te
dier plaatse, waarschijnlijk onder meststoffen van elders aangevoerd.
In de Beeldenaars van 1578 en 1580 komen er twee dergelijke munten op
twee kort op elkander volgende bladzijden voor. De type is bijna de zelfde,
maar dewijl de tweede tot omschrift heeft op de vz. sanctüs fic to r (sic) en
op de kz. moneta nova aubea (sic) R (sic), meenen wij het er voor te mögen
houden, dat het een namaaksel onzer geconterfeite munt, zoo even beschre-
ven, zal zijn.
N° 11 heeft op de vz. weder de afbeelding van den Heiligen Victor, doch
thans, indien die afbeelding het oorspronkelijke juist gevolgd heeft, met eene
muts, in plaats van met eene kroon, op het hoofd. Het omschrift is als van
N° 10. Op de kz. ziet men, naar het schijnt, de beeldtenis van den Muntheer,
Heer Willem, in het hamas en met den bevelhebberstaf in de regter-
hand. Voor hem staat zijn gedeeld wapenschild^ Omschrift:
* MONE • NOVA • AVREA • BATEN
Deze munt is tot dus verre alleen bekend uit het ten jare 1580 uitgege-
ven Thresoor.
N” 12 heeft op de vz., even als N" 8 en 9 , en de zoo dadelijk te be-
schrijvene volgende munt, de beeldtenis van Keizer Ferdinand in het harnas
en met den schepter. Omschrift even als vroeger.
Op de kz. ziet men de gekroonde Moedermaagd, met het heilige kind in
den arm, staande; voor rieh heeft zij het reeds dikwerf beschrevene gedeelde
wapenschild van Batenburg-Bronkhorst en ter zijde de letters:
' S M.