i l i l
r l
îiiMii 'iiï.
■rii
*5*^2. vyanden opregteden , van welkenze
in ’c jaar dertienhonderdentien, onder
het geleiden van hunnen Order-
meeiler Foulques van Villaret, het Eiland
( i ) Rhodus, dat den Keizer van
Conilantinopole ontwrongen was, naa
0 ) Hid.
des Cheval.
de
dc'AiSiia langduurige belegering en bloedige ftrypar
de - . -
Veriot
Tüin. I.
pag.&p.
den overwonnen: ter gedachtenisfe van
ZOO nutte voor de Kriilenheid en loflyke
daad voor de Orderbroeders van
S'. Jan, zynze federt Ridders van Rhodus
genaamd geworden.
Hier haddenze ruim tweehonderd
jaaren gezeten, en verfcheidene harde
aanvallen verduurd , wanneer Fabricius
Carrctto, hec vierenveeriigfle Opperhoofd
dier Ordere, hec gebied voerde
, en door den voorfpoed der Turk-
fche wapenen in groote zorg verviel,
te meer , wyl Soliman zich van de
Ridders zogt te wreeken, omdatze de
vyanden eii weerfpannige Onderdaanen
zyns Vaders geholpen hadden, en datmen
voor een der Staaikundigile re-
gcls van Selim noodig hieldt de gren-
fen des Ryks met Belgrade en het
Eiland Rhodus te dekken. De Grootmeeiler
Carreuo ( z ) deedt op die ge- i f i t
rügt de muuren en Vellingen ver- (TThÜ^
nieuwen en verfterken, de Pakhuizen val, de
met leevensmiddelen en krygsgereed- Rhodes
fchappen opvullen, voorts ook den
Paus en Kriilen Koningen om bulp
fmeeken; des het Kerkhoofd drie wel-
gewapende Galeijcn , en François Koning
van Vrankryk negen Galeijen en
agt mindere vaartuigen te hulp zondt.
Toen alles tot tegenweer bereid was,
iloeg de Turk eenen anderen weg in,
zulks de vreemde fchepen als noodloos
te rugge keerden , en de Grootmeefter
van Rhodus in de voorgaande bekommeringe
lieten ; door welke en
door geduurige onruft hy in ziekte verviel,
en liierf (3 ) in het jaar Vyftien-(3) Hin.
honderdeenentwintig , rot geen geringe Jai.î'
droefheid van de zynen ; wandt hy be-
zat veele goede eigenfchappen, bemin- par de
de hec volk en tragtte weder bemind Tom.'in.
te worden: en dewyl hy de laatfte ge-
weeft is, die den tytel van Grootmeefter
van Rhodus tot aan den dood gedraagen
heeft, zal zyne gedenkpenning onze op-
lettenheid hier in verfterken.
des Cheval.
de
Khod«
ii de
Maltlie
par Vertot
Tom. 111.
pag-153-
de Turchl
da Fr.
Sanfovino
Part. i.
pag. 140.
h
Dees een Icaliaan van geboorte , afkoomilig Van de Markgraaven van Finai, hadt eenigen
tyd de Zeevoogdy dier Ordere mec roem bekleed , toenmen liem in het dertiende
jaar deezer eeuwe tot die hooge waardigheid verhief, van weike de eernaam rondom zyn
afbeeldfel , dat op de voorzyde ftaat, dus geleezen wordt j
PßiHCEPs F A B R IC IV S D E C A R R E T T O
M A G N V S M a g i s t e r R h o d i .
DE F O R S T FA BRICIUS FAN CARRETT O CROOTMEE -
STER FAN RHODUS.
Op dc tegenzyde zietmen een gevierendeeld fchild, in het eerfte en vierde deel het wapen
dier Ordere, beftaande uic een rood veld en een zilver kruis; tegen over het zelve i*
dat zyns Scams, zoo ik my niet bedriege , en in den rand vindtmen deeze letters;
D E O E T B E A T aE V IR G IN I .
AAN GOD EN DE GE LUK Z A L IGE MAAGD.
Zoodra
Zoodra de Lykftatie van deezen voltrokken
was , verkoozen de Ridders,
in hunne hiertoe aangeleide vergaderinge
, tot des overleedens Opvolger den
bedreeven ( i ) Philips van Villiers de
l’Isle Adam. Naauwlyks was dees in
’t Gebied getreeden, o f Soliman ftelde
zyn voorneemen te werk , en zondt
een Heir van tweehonderdduizend mannen
met eene Vloote van omtrent vierhonderd
Zeilen naar Rhodus, op welk
Eiland de Krygsknegten zich ontfcheep-
ten, en mec het einde van Weidemaand
( x ) de Hoofdftad, die den zelven
naam voert , inflooten , voorts
met verfchriklyk geweld befchooten en
beftormden ; maar dewyl de zelve van de
Ridders, flegts door zeshonderd hunner
Orderbroeders en vierduizendvyfhon-
derd Krygsknegten, met geen mindere
wakkerheid bewaakt en verweerd
wierdt, zyn de Janitfaren , naa ’t fneu-
velen van eenige hunner Spitsbroederen
, ZOO oproerig geworden, dat Soliman
, vreezende datze het beleg zouden
verlaaten, gedwongen wierdt met
eenige hulpbenden derwaart te koomen
, dus de weerfpannige Krygsknegten
tot hunnen plicht bragt, en de
Stad met meer geweld deedt aantasten.
Zulks hy door geduurige aanvallen omtrent
vyftigduizend zyner knegten verfpilde,
en in zyne halsfterkheid tegen
de kloekmoedigheid der verweerderen
dermaate volhardde, dat deeze belegering
de aanmerkelykfte wierdt, die by
’s menfchen geheugen was voorgeval-
len. Wanneer alle vyandlykheden eeni*
ge maanden gehold hadden, en dat de
Grootmeefter by de Kriften Vorften
te vergeefs om byftand aanhieldt, zag
hy eindelyk door meinen en regenmeinen
de Veftingen en Sterktens ver-
mield, de Stad tot een puinhoop ge-
.worden, alle zyne graavers, veele zyner
dapperfte Krygsknegten, en ’t grootfte
deel der Ridderen omgekoomen,
gebrek aan buspoeder en andere nood-
zaaklykheden , en zicli hier door in
het uitterfte gevaar van ieder nur o-
vervallen, uitgeplonderd en vermoord
te worden : dierhalven gaf hy in de
zesde maand van ’t beleg , op ’c aandryven
zyner Raaden, de Stad (3) en ’t gan- 0) Hi£
fche Eiland met alles dat ’er aan hoorde vai.S“'
den Türken over, onder beding van met
de zynen en alle hunne goederen, be- Mzhh*
halven ’t gefchut, veilig te moogen ver-venot
trekken. Gelykze kort hiernaa met vee-
le der Stedelingen naar Candie zeilden,
daarze overwinterden ; op deeze wyze
liep de heerfchappy dier Ridderen, welke
omtrent tweehonderd jaaren aldaar ge-
j duurd hadt, met dit jaar ten einde.
I I Tleel. V v H I S T O -