wandt zoodra de nabuurige Volken ,
~ op dit gerügt tot hunne hulp gekoomen,
verflaagenen der zeiver afgehou-
wene hoofden op de Veiten te pronk
gefteld waren, gavenze zich, by ge-
(ilHü.di brek van voorraad, onder C^)’ beding
van lyf en goed te behouden, den Ver-
P'tg-SS- vvinnaar over; welke, aldaar fterke bezetting
onder Hieronimus van Mendoza
laatende , met de overige magt
voor Patras rukte, en deeze Stad van
Morea in weinige dagen deedt bukken:
dus de Turkfche Kurten in geduurige —
onruft houdende wierdt h y , , zoodra
de Keizer in Italie gekoomen was,
met zyne Vloote derwaart ontbooden,
om zyne Majefteit naar Spanje over te
voeren, en federt, ter gedachtenisfe
van zyne vlyt en waakzaamheid in deezen
togt betoond, door den nevensftaanden
fraaijen gedenkpeniiing vereeu-
wigd.
( i’ Mauti-
ce Blafon
de tous les
Chevaliers
delà
Toiron
d’or fol.
1 9 7 .& P .
tovii Hift.
Lib.
XXVI.
. Naadat Andries Doria de Franfen uic Genua verdreeven en zyn Vaderiand van de dwingelandye
verlort: hadt , wierdt hem door zyne Landsgenooten uic dankbaarheid eeh mariner
pronkbeeld in die Stad opgeregt , en op den voet (2 ) van hec zelve dic byfchrift geileld
;
A N D R E x^ A V R I iE C IV I O P T imo F O E L IC IS S iM o a u E V i n d i Ci
A T Q .V E A V T O R I P V B L IC .E L I B E R T A T I S , S E N A tV S
PO P V L V SQ .U E G E N V E N S I S P O S u e r u n t.
DE RAAD EN HE T VO LK FAN GENUA HEBB EN D I T AAiN
ANDRIES DORIA DEN BESTEN BURGER, DEN G F i i7.fi:-
KIGS T EN JVREEKER EN INS T E L L E R FAN DE ALGEME
ENE VRTHEID OPGEREGT.
Het borilbeeld van deezen wakkeren Held wordt zeer konilig op het voorile deel van
deezen penning gevonden, hebbende, ten teken van zyn gebied over de Ze e , den drietand
van Neptuin en den Dolfyn nevens hem afgebeeld , welke fieraaden om de zeive reden op
de Romeinfche penningen van den Grooten Pompejus geileld zyn , en dewyl de Genueezen
hem Vader des Vaderlands noemden , vindtmen deezen voor alle andere geachte eer-
naamen hier in het randfchrift;
A N D R E A S D O R IA P a t e r P a t r i ^.
ANDRIES DO R IA FADER DES VADERLAND S .
Wegens zyn gebied over ’s Keizers Galeijen zietmen zoodaanig een vaärhiig, met den
Keizerlyken Arend in eene der vlaggen op het agterfle deel, afgebeeld, /sn, om ’t wel uit-
O)^1*1®voeren der gemelde onderneeminge, deeze woorden van den Koninglyken Dichter (3 ) in
v«s. 3'. den rand geileld ;
. NON D O R M IT Q.VI C V S T O D I T .
H Ï S l A A P T N I E T DI E D E WAGT HOUDT.
Doria
i)oria verftondt naauwlyks de begeer-
' W van den Keizer o f keerde te rugge,
en zeilde in Wintermaand met zyne
Vloote voorby Napels, daar Pieter van
feßoiuf Markgraaf van ( i) Villafranca,
G. Rosfo onlangs te vooren zyne intreede als On-
f’®' «■ derkoning gedaan hadt; wandt dees
. was tot Opvolger van den geftorven
Kardinaal Colonna aangefteld door den
Keizer, welke onderwylen te Mantua
gekoomen was, en dat Markgraaffchap
ter gunfte van Frederik Gonzaga, die
het gebied voerde , tot een Hertog-
Si™! ( * ) verhief, en den Paus tot cen
te Bolonje verzogt; maar zy-
uiioapig:“ ® Heiligheid, nog misnoegd over het
«V gedrag van den Keizer omtrent Modena
en Reggio , en in heimelyken handel
met den Koning van Vrankryk zynde
, weigerde uit Rome te trekken,
zeggende , byaldien de zaaken van den
(iß™-? Keizer (3 ) van zoo groot een belang
Gjfosfo' waren , dat de Keizerlyke Majefteit
pag, 50.
hem in zyne Zetelftad konde vinden; 1734
maar de Keizerlyke Gezanten Majo en — —
anderen , bragten door hun beleid den
Paus zooverre, dat dees eindelyk, meer
uit dwang dan vrywillig, ’s Keizers begeerte
toeftemde, en eerlang naar Bolonje
vertrok.
Geduurende dit ftribbelen bleef de
Keizer te Mantua, daar hy den beroemden
Poeet Lodewyk Ariofto, die
van alle Vorften, Grooten en Hovelingen
by uitneemendheid bemind was,
ter vergeldinge van des zelfs Dichtkunde
, den Lauwrierkrans (4 ) met (gii-avti
algemeene toejuichging op het hoofd
zettede. Des Ariofto , door ’s Keizers
hand en uitfpraak tot gelauwrierden
Dichter verheeven , met veel rechts
het gemelde hoofdiieraad voerde, met
het welke hy ook op den tweeden
der naaftvolgende gedenkpenningen, die
beide zyn afbeeldfel draagen, gefteld
I. Dees was, in ’t jaar veertìenìionderd\ùerenzeventig, te Ferrara ult een Adelyk Huis ge^
booren, en door ’c groot getal zyner Broederen van weinige goederen voorzien ; des Lo-
afgunil der Fortuine door de gaaven van ’t verftand poogende te beteren, zich
tadiM dierhalven wikicelde in de geneegenheid des Kardinaals ( y ) Hippolitus van Efte, en vervol-
Ludovico gens ook in die van des zeifs Broeder Alfonfus Hertog van Ferrai-a, welke geen grooter
behaagen fchiep dan zich met hem alom te verluibgen , en het was aan dic Hof, dat A-
riofto groote blyken gaf zyner Italiaanfche Dichckunde, ’t zy in Toneelfpelen , Schimp-
fchrifceii of andere Gedichten, die van veelen zyner Landgenooten zoo hoog geacht wierden,
datmen niec zonder reden zyn afbeeldfel op de voorzyde van den eerften, met deezen
zynen naam, bewaard vindt;
I I Diel. C c cc e LV