I F
' i l i i
Iß
ä !
»'MM
't
(i) La
Hift.d-1-
tâüa diFr.
Guiîdard.
Lib. 17,
ning Hendrik betaalde ; hierenboven
veel volks in de wapenen bragt om zyne
Bondgenooten te helpen, onder wclken
de Hertog van Milanen in groot
gevaar w'as ; wandt de Markgraaf van
Guaft en Antoni van Leiva , die het
gebied over ’t Keizerlyke Leger naa
den dood des Markgraaven van Pefcara
voerden, hadden François Sfortia
zoo fterk op ’t Kafteel van Milanen ge-
prangd , dat hy het zelve by mangel
van voorraad den Hertog van Borbon,
die even uit Spanje gekoomen w a s ,
overgaf, naar Como, en voorts om de
zekerheid naar Lodi vertrok.
De Paus en zyne Verbondenen, ondertusfchen
overweegende van hoeveel
gevoigs deeze overwinniDg voor den
Keizer zoude zyn,hadden Guido Rango-
ne Bevelhebber over het Heir van den
Kerklyken Staat, en dcn Hertog van
Urbyn , met de Venetiaanfche benden
naar Milanen gezonden ; doch te laat,
wyl ’t Kafteel reeds overgegeeven was,
en zy voor die Hoofdftad niet veel bedreeven,
tot leedweezen van den Kerkvoogd
, wiens verdriet nog verzwaarde
door de nederlaag der Florentynen,
welken de Keizerfen uit Siena meenden
( i ) te verdryven, en zelven zoo dapper
afgeftaagen wierden, datze al hunne
goederen, voorraad en zeventien
ftukken gefchuts agier lieten. Maar dit
ongeval poogden de Verbondenen den
Keizerfen te betaalen door het beftoo-
'ken van het Napelfche R y k , en, ter- ,575
I wyl dres togt geregeld wierdt, door ----- -
I het winnen van Cremona, dat zwak
van veftinge en flegts van duizend
Duitfen en ruim vyfhonderd Spanjaarden,
onder het gezag van Koenraad van
Giurinen, bezet was.
T er uitvoeringe van dit befluit wierdt
Malaiella Balioni, met agtduizend knegten
en eene meenigte gefchuts, derwaart
gezonden, en de Stad den zevenden
van Oegftmaand beflooten. Hoe hevig
de Belegeraars de muuren en veften beftormden,
echter verweerden de Bele-
gcrden zich verfcheidene dagen zoo
dapper, dat de Hertog van Urbyn eerlang
noodzaaklyk vondt met nieuwen onderiland
te naderen. Dees, uit den yver
der Stedelingen befeffende de Stad niet
door ’t geweld te können dwingen,
ftelde fchop en fpaa te werk om de
muuren te ondergraaven, en bragt met
groote koften, moeite e n ’t fpillen van
volk dit werk zooverre, dat de Stedelingen
, die aan alles gebrek hadden ,
beding traden, en den drieentwin-
ften een verdrag troffen van de Stad*'
I e n ’t gefchut over te geeven en onver-
I hinderd uit te trekken, byaldien ’er btn-
; nen zekeren tyd geen ontzet kwam. Op
: deeze wyze zyn de Verbondenen meefter
van die Stad geworden, in welke geduurende
de belegering de volgende A'UckS
noodmunt, (z) ter betaalinge der Krygs-S f™ ,
knegten, gemaakt is. Eiegmt.
fol.sj.
woorden die flegts op de eene zyde deezer agtkanuge noodmimte ge-
was ‘ plaats wanneer en waar ’s Keizers volk belegerd
C a E S a h e i s C R E m o n æ O B s e s s i s , j j i g .
DE K E I Z E R S E N TE C REMONA B E L E G E R D Z T N D E , ijz6.
d e ^ v tT o n d f m hunne Scheepsmagt onder Anae
verbondenen Savona overweldigd, | dries Doria, verfterkt door de Franfche
i^aiS fchc Vloot onder het Oppergezag van
‘'y Y T ' Pieter Navarra., Genua ( i ) te water
naauw beflooten, dat ’er niets’Uit
Gtucci.ud. of in konde, ja men hieldt zich vcr-
zekerd, datze hun oogmerk zouden bereikt
hebben, byaldien men de Stad ook
aan de Landzyde hadt aangetaft; maar
de Krygsknegten toen voor Cremona en
door andere bezigheden verhinderd zynde,
deeden de Vloot, naa dat den Stedelingen
grooten roof ontjaagd was, het
aangevange beleg ftaaken.
Schoon deeze bedryven de geleede
fchaade dcr Bondgenooten eenigzins ver-
goedden, echter bleef ’er geweldige zorg,
inzonderheid voor den Paus; wandt de
Keizer, uit zonderlinge Godsdienftigheid
door Hugo van Moncada gezogt hebbende
zich met den Kerkvoogd te verzoenen,
hadt den zelven ftugger gemaakt,
en greetiger tot den kryg; waardoor die
('-) L» van ’c Huis (x) Colonna, welken met den
S ilp r . Keizer heulden, dermaate in gramfchap
Lib“ ? & ontftaken , datze hunnen aanhang zoo
Hifh de binnen als buiten Rome byeen trokken,
a S v . en, door de Gibellinen geholpen, v y f of
zesduizend mannen op de been brag-
raS'148. ten. Moncada, hiervan berigt, befloot,
wyl de Paus niet volgens de plicht van
des zelfs waardigheid den Keizerlyken
Gezmt bejegend hadt, van het Kerkhoofd
als een ander menfch te handelen;
tot dit einde voegde hy zich met
drieduizend Spanjaarden by den Kardinaal
Colonna en des zelfs benden,ftap-
pende faamen met zooveel yvers naar
Rome, datze zonder hinder by den *
nacht binnen raakten, cn bragten alle
Inwooners, voornaamenlyk den Paus,zooveel
ontfteltenis aan, dat hy zich op
den raad zyner vrienden onmiddelyk
op ’c Kafteel verftak ; doch toen de
Colonnaas de Kerk van S'. (3 )
en ’t Pauslyke Paleis beroofd hadden , ciie de"'
verzogt de Kerkvoogd, zich niet ze-
^ ker en buiten ftaat van verweeringe
ziende, den Keizerlyken Gezant tot fajc pagV
onderhandeling, en gaf zyne twee Nee-
ven tot Gyzelaars.
Moncada, voor den Paus koomende
en zich verontfchuldigd hebbende, wift
het gevaar van des zelfs perfoon en de
onvermydelyke plondering der Stad zoo
waarfchynlyk voor te ftellen, dat hy den
; Kerkvoogd een afzonderlyk beftand voor
; vier maanden (4) met den Keizer deedt
• tekenen, onder beloften dat de Colon- taiia’diPf.
neezen en Napolitaanen ftraks de Stad
i zouden ruimen. Vermids de Paus zyne
Bondgenooten ook in deezen handel
begreepen hadt , viel hem niet
moeijelyk zich van deezen zytret te
verontfchuldigen, als zynde wegens zyne
waardigheid een Algemeen Vader
der Kriftenen, des ook van den Keizer
, en de volgende gedenkpenning
fchynt my uit deeze oorzaak gemaakt
te zyn.
fa-ZAeiedV.
Ff
Het borftbeeld van den Paus wordt met eene gefchoore kruin en langen baard op het
eerile deel, binnen deezen-letterkring, gevonden;
C L E aM e n s V I I . P O N T i f e x M A X im u s .
CLEMENS DE Z E V EN D E OPPER ST E PRIESTER.
.Dewyl ’er geene uitzondering van perfoonen in deeze wapenfchoriinge gemaakt, en de
II. Ded. Pp p Paus