ß fJíiííí'
III tl í
1728 ’t Landhuis van Jacob Sannazarius te
i’,)Hia.di ( I ) Mergelein ter aarde zoude werpen
; door dit doen wierdt de Eige-
naar zoo mistrooftig, dat hy federt den
Prins van Oranje niet alleen in zyne
Dichten verachtte, maar zelf ilraks naar
Rome week, daar hy zich over het ver-
Nipoti d»
Gr. Rosfo
woeften van zyne vermaakelyke Luft- lyag
plaaatze dood (2 ) treurde, laatende ,
behalven de blyken van zyn doordrìn-
gend verftand en weergadelooze Dichtkunde
, ons de trekken van zyn wezen
op deeze twee gedenkpenningen agter.
1. jacob Sahrtazarius was uic doorluchtige Ouderen, i n ’t jaar veertienhonderdeenenzevett^
(ji Vita di tig, (3 ) te Napels gebooren, en om zyn groot verftand en uitmuntenden geeft van ieder,
maat inzonderheid van Frederik Koning van Napels, geacht, en tot Geheimfchryver verhe-
ro daT. ven. Sedert met den zelven, in den ommezwaai der heerfchappye, naar Vranki-yk in bal-
PorcaccM. jjngfchap vertrokken, en wedergekeerd zynde, gaf hy zich gehed aan de Diclitkunde over,
en veranderde, op den raad van Joviaan Pontanus, zynen gewoonen naam in dien van Aftius
Sincerus, welken hy tot aan zyn overlyden, dat twee of, zoo anderen melden, vyf jaaren
naa ’c verwoeften van zyne Luftplaatfe voorviel, gevoerd heefc. Zyn lighaam wierdt in
eene Kerk, die hy zelve aan den voet van den berg Paufilippus geftigt hadt, begraaven ,
en zyn borftbeeld v/ordt, als een Dichter met eenen krans van veil of klimop om het hoofd,.
op de voorzyde van den eerften, binnen deeze letters zyns naams, gevonden ;
A C T I V S S IN C E R V S S A N N A Z A R IV S .
De tegenzyde vertoont zyne beeldnis in kleinere gedaante tot de voeten toe, ftaande voor
het altaar van Apollo , kennelyk door den Lauwrierboom en het fpeeltuig, o p ’t welke hy
zyne gaven offerc, dierhalven leeftmen in den rand ter verklaaringe,
A P O L L I N I E T M V S I S .
A AN A POL LO EN DE ZANGGODINNEN.
IL De tweede, die aan ’c wezen in laateren tyd gemaakt fchynt, draagt op het eerfte
deel zyn hoofd verfierd met den lauwrierkraos, geen geringe befolding der fraaije vernuften
, en in den rand deeze letters;
A C T I V S S Y N C E R V S .
Hoewel zyne fchriften, om hunne zuiverheid van taal, bevailige uitdrukkingen en geefti-
ge vindingen, als zooveel wonderen geroemd worden , echter ging zyn werk van ’c Baa-
(4) V iu Koninginne des Hemels, in Heldenverzen befchreeven, zoomen vafteenentwintig
jaaren (4 ) aan het voltooijen vau
d.T” or- heeftmen de verbeeiding van dit Meeilerlluk op hec andere
cacclu. deel des pennings, doch zonder letterlyke verklaaringe, geplaatft,
De
1528
(i) Hill.ili
Mapnii da
Cr. Ruslo
pag. I ft- .
ri) L’'
Hill.d'I'
talia di Fr.
ijuicciatd.
Lib
x v i i i .
De muuren en Sterkten van Napels
omzigtig bezorgd zynde, verfcheen het
Franlche Leg e r, den negenentwintigften
( i) van Grasmaand, in ’c gezigt dier Stad,
en beiloot ftraks de voornaamfte toegangen
; ook wierdt de haven door Phi-
lippyn Doria, met agt Galeyen en twee
( i) Oorlogfcheepen van zynen Oom An-
•dries Doria, geftopt, om deStad, die,
veel volks en luttel voorraads in hadt,
uit te hongeren. Doch die, wyl de omme-
trek der muuren groot en de bezetting
fterk was, hadt zyne moeijeiykheid, des
hoe omzigtig Lautrec in deeze belegering
, aan welke het ganfche Ryk fcheen
te hangen, waakte , de Belegerden vonden
in den tyd van vier maanden, die
met het beleg doorliepen, echter gelegenheid
door meenigvuldige fpringreizen ,
en de nabyheid van Cajeta, om dikwylen
leevensmiddelen in de Stad te brengen,
ten fpyt der Franfen, welken hicrentusfchen,
door den aanhang der Anjou- ryaS
fche partye onderfteund zynde, ook an-' ’
dere Steden zogten te dwingen,
Dus hadt Simon Romein het Kafteel
van Cofenza doen bukken , en kort
hiernaa zyne Krygsbenden , met de
Landsknegten van den Hertog van Somma
vereenigd, en het beleg ( 3 ) voor
Catanzario geilaagen, eene fterke Stad, taifa cUFr.
door welkeze meefter van Opper-Cala- Lib!“xTx!
brie meenden te worden, De Schoon-
zoon van Alarcon, die ’er met tweehonderd
Ruiteren en duizend Voetknegten
voor den Keizer binnen la g,
verweerde zich zoo lang kloekmoedig,
tot de Graaf van Burella, die met duizend
Knegten uit Sicilie gekoomen wa s,
zich by andere benden gevoegd hebbende,
de Belegeraars verdreef, en deStad
ontzettede; binnen we lke , geduurende
haare benaauwdheid, de volgende noodmunt
geflaagen was.
Op de voorzyde zietmen, binnen eeh fierlyken krans, den tweekoppigen ArehT ten teken
der Keizerlyke heerfchappye , en onder den zelven deeze letters ;
C A R O L V S I M P e r a t o r .
K E I Z E R K A R E L .
Op de tegenzyde, die niet dan letters bevat, is dic opfchrifc gefteld;
O B S E S S O C A T H A N Z A R IO ip S .
CATANZARIO B E L E G E R D ZTNDE I N T J A A R lyzg.
Doch aleer deeze zaak ten einde liep,
was een geweldig treffen voor Napels
gevallen ; wyl de Onderkoning Moncada
, meenende Philippyn Doria met
des zelfs Vloote van voor de haven te
verdryven, zes Galeyen en zooveel andere
Schepen met uitgekipte manfchap
gevuld, midsgaders eenige Visfchers
booten, om den vyand van verre bang
te maaken , in Zee gebragt hadt, en
met voile zeilen tot omtrent het eiland
Capri gevaaren was,aldaar van Philippyn
Doria , onder fchyn van wyken, tot in
hec midden der vyandlyke Galeyen ge-
lokt zynde, wierden de Keizerfen zoo
(4) hevig aangetaft, dat naa een bitter
gevegt, de Onderkoning Hugo van Moncada
niec alleen, maar meer dan duizend
C c c c z kneg-
(4) La
Hift. d'J-
ialia di Fr.
Guicciard.
Lib. XIX.
& P. J0VÖ
Hift. Lib.
XXV.