■i: ii'
J il l!
HI":
lyxo behaagen, te volgen, en in ’t geheel
~ o f ten deele naar haar welgevallen in
de vergadering re verfchynen ; t’evens
verleende hy zyne Moeije volkoome
magt om de brieven door haaren naam
te verfterken, om de zegels te bewaaren
, de vergaderingen te beleggen en
de handelingen cn zaaken voor te ftellen
, even o f de Keizer tegenwoordig
was. Welke hierenboven begeerde, dat
de Landvoogdes en de geheime Raad
magt en vermoogen zouden hebben, niet
alleen boven de Hoven van Brabant,
Vlaandre , Holland en anderen , maar
zelf boven den hoogen Raad van Meche-
le, aan al de welken hy uitdrukkelyk geboodt
geene brieven van genade, kwyt-
fcheldinge, verzekeringe, uitftel of diergelyke
meer te verleenen, wyl hy de ly io
zelven onwaardig verklaarde. Ja de ^
Keizer voegde hier b y , dat alle bevelen
der Landvoogdesfe zoo door de
Staaten , Amptenaaren als Onderdaanen
zonder tegenftreevinge, even ofze van
hem zelven gegeeven waren, zouden
gehoorzaamd worden. Wyders beval
hy die der Geldmiddelen , ten minfte
driemaalen ter weeke, rekenfchap te
doen aan de Landvoogdesfe, die ook
tot Hoofd der Rekenkamer wierdt aangefteld
; en hec fchynt my, dat het nieuw
verkreege bewind nog in dit jaar oorzaak
verleend heeft om haar afbeeldfel,
wapen en zinnebeeld op ’s Lands rekenpenningen
te ftempelen, van welken de
drie volgende ten blyk ftrekken.
I. Het afbeeldfel der Scaatkundige Landvoogdesfe, dac ons zeer zelden op penningen
voorkoomt, wordt met de Aardshertoglyke Kroone op het hoofd en ’c iieriyke gewaad van
dien tyd gedekc tot de fchouder to e , op de voorzyde van den eerften , binnen dit om-
fchrifc, vertoond ;
m a r g a r i t a C aE S A R V m A V S T R I ä V N IC A F I L IA
E T AM IT A .
MARGARI TA DE EENIGST E DOCHTER EN MOE T DER
OOSTENRTKSCHE KEI ZE REN.
Rondom de tekens der Guldevlies Ordere , en de gekroonde wapenfchilden van Kaftilie
, Leon en Arragon , die op de tegenzyde wegens den Landsheer gefteld zyn , leeft
G E T -
G E T T O N S POuR L A C H AM B R E D E S C O M P T E A L IL L E .
L E G P E N N IN G E N FOOR DE K AME R DER RE KENINGE
TE RTSSEL,
f ,/^ II. De eerfte helft van den tweeden voert het gekroonde ruitwapen der Landvoogdesfe,
• J in des zelfs eerfte deel Savoije , in het andere Ooftenryk en Borgonje , hebbende deezen
letterzoom j
M A R G A R I T A A V G V S T A A R C H ID V X .
DE FORS TL TK E MA R G A R I T A A A RDSHER T 0 G1Ñ.
Het zinnebeeld van,haaren naam , de Margarita bloemen of Madelieven, die met eene
hand uk de wollten gedekc worden , vindtmen op de andere helft afgefchetft, en, om het
a) Efai vermoogen dat haar begunftigde uit te drukken , zyn ’er deeze uit de Heilige ( i) bladeren
«r/x’ woorden bygevoegd ;
M A N V S D OM IN I P R O T E G A T M E , ly io.
D A T D E HAND DES HE ER EN MT BE SCHERME , l y i o .
III. De derde heeft de zelve voorzyde als de naaftvoorgaande , en öp de keerzyde dert
sgekroonden Roomfchkoninglyken Arend met het wapenfchüd van Ooftenryk op de borft,
omvangen door deezen letterzoom ;
C V N C T A M E N S V R A N V M E R O E T O R D IN E , ly io.
A L L E S DOOR MA A T , GETA L EN S CHI KKING, l y z o .
(i) Plac-
caatbock
der Staaten
van U.
trecht
n, deel
fol, 442.
(3) Groot
caatboek
der Staaten
van
In de zelve dagen , dat de Keizer de
Staatszaaken op deezen voet ftelde, bepaalde
hy ook met openbaare bevel-
brieven de fchraapzugt der Geeftlyken,
niet alleen in het vorderen van nieuwe
(2 ) Tienden, die hunne Voorzaaten in
deeze Geweften nooit genooten hadden
, maar zelf in het vermeerderen
hunner bezittingen , en gaf dierhalven
een uitdrukkelyk bevel,datmen voortaan
geene (3 ) Leengoederen, Erfgoede-
ren, Pagten, o f wat van die natuur
wa s , aan eenige Geeftlyke perfoonen
o f Godshuizen zoude moogen verkoo- Hoii.cní.
pen, overdraagen, vertieren o f verwisfelen.
Ondertusfchen dat deeze wetten tot
welftand der Nederlanderen gegeeven
wierden ,en dat Floris van Egmond Heer
van Ysfelftein, d ie ’t bevel over ’s Keizers
ruiterye voerde, met de Gemagtigden
der Keurvorften, om de voorbereidfelen
tot de Krooning gereed te maaken,
naar Aken gezonden was, hadtmen de _
Keurvorften tegens den geftelden tyd
derwaart verzogt; maar deezen reeds
B b 1 te
foI.3Qï, '
&39Ö.
'ili
M
I L
l i t
,.J ’ 1
fill. ■. : i"
' i d ..Ï
á 1:1.'