:■!) I’ !ili! f'l
Ï '
li, ; i
:A,i' A
.n
iii ti a!
I'i 11
J ....... .
::e (
1717 het bevel des Heeren van Ysfelftein te
’ gehoorzaamen; wandt men was van be-
grip den vyand in zynen aftogt op den
Spaarendamfchen dyk te knellen; tot
dit einde hadden de Amfterdammers
eene fterkte by ’t Huis ter Hart opge-
worpen. Maar toen de Gelderfen het
Dorp Egmond en de Kafteelen Middelburg
en Nieuwburg verwoeft hadden,
en naa lang draalen van Alkmaar
opbraken, voorts Beverwyk en Spaa-
rendam in koolen leidden, zynze alleenlyk
met verlies der gevangenen cn een
en roere ftondt: zulks Hendrik Graaf i j i y
van Nasfou, Floris Heer van Ysfelftein
cn de Heer van Wasfenaar al hunne
magt derwaart rukten, en den vyanden
al den toevoer zoo naauw affnecden ,
dat de zelven, ziende den aanllaanden
hongersnood onvermydelyk , met den
nog overigen roof by tyds de Stad verlieten
, en naar Amersfoort, Harder-
wyk en andere oorden verftooven, werdende
op de hielen gevolgd van de Borgonfen
, die nu en dan eenige gevangenen
ten fpiegei voor anderen met een
deel van den buit het drygende gevaar 1 fmertlyken dood ftraften, en de gan-
ontkoomen ; dewylze de Schans, aan 1 fche Veluwe ten vuure en ten zwaarde
’t einde van den dyk by ’t Huis ter j verwocfteden , voorts den Hertog van
Hart, in den eerften fchok overweldig-
den, en zieh dus door kling en koe-
gel den weg naar Amftelland en naar
' ’t Stift van Utrecht openden, geen geringe
tekens hunner wreetheid agterlaa-
tende. Die van Hoorn op den Hui-
gendyk gelegen, naauwlyks aan den op-
gaanden rook verneemende dat de Gelderfen
Alkmaar verlaaten hadden, of
gmgen derwaart en bluften den ontftooken
brand , naa dat ’er omtrent hon-
derd huizen verteerd waren, dus de
Stad voor den verderen ondergang be-
hoedende.
De wykende vyanden, eindelyk over
d eL e k en op den Gelderfchen bodem
gekoomen, hervatteden aan dien kant de
bitterheden , en, naa datze Nieuwpoort
(OSlich. en Langerak ( i ) door’t vuur gefchon-
cidi'Ge- den hadden , taftenze Afpere, dat op
f?34V grenzen van Holland aan de Linge
gelegen is, met zulke verwoedheid aan,
datze, fchoon hen in verfcheidene ftormen
veel volks wierdt afgeflaagen , het
Stedetje , niet beftendig tegen dien aandrang
, ftrydende overwonnen, en, om
het bloed van hunne meer dan duizend
gefneuvelde fpitsbroederen te wreeken,
haktenze alle Mans, Vrouwen, Priefters
en Monniken zonder genade ter neder,
zelf wierden de Kinders met hunnen
Schoolmeefter in de Kerk gevlugt niet
verfchoond. Dus eenen moord aange-
figt hebbende verdiervenze, door me-
nigerleije uitloopen, de naafte Landftreeke
dermaate, dat geheel Holland in rep
IJI7 ken en geheel raadloos wierdt. Op
" deeze overwinning en ’t verjaagen der
vyanden, zoo te Water als te Land ,
fchynt de volgende penning, ter eere van ly iy
den Nederlandfchen Vorft, gemaakt te
zyn.
Gelder zelf binnen Arnhem belegerden,
en d o o r ’t ftoppen van alle toegangen
in groot gebrek en benaauwdheid bragten
.D
ees voorfpoed der Borgonfche wapenen
te Land ging verzeld met dien
ter Z e e ; wandt naadat de Vriefche
fchepen het volk by Medenblik geloft,
en de Zuiderzee van alle vaartuigcn,
tot groot nadeel des Koophandels en
fchrik der Noordhollanderen, gefchuimd
hadden, dus de Stroomen en Kuften
in onruft hielden, hadden de Staaten
van Holland, den agtiendenvan Hooimaand
( z ) te D elft, vergaderd , vaftW«»»
gefteld, het dol beftaan der Gelderfen,an
met gelyke munt te betaalen. Volgens
dit befluit heeft Antoni van Honten ,
Heer van Fletteren, toen Admiraal van
de Zuiderzee, door de ziekte des Heeren
van Sevenbergen, de oorlogfche-
pen der byzondere Steden te Enkhuize
vergaderd, en op den naam van Koning
Karel met openbaare ( 3 ) brieven g)
aan ieder vryheid van rooven, branden van
en dooden op de vyanden zyner Maje-
fteit verleend. Zoodra de Borgonfen
verftonden dat de Gelderfen op de _Ve-
luwe zoo bekneld lagen , datze ner-
gens dan ter zee heerf'konden en hunne
vloot by een zagen, wendenze ftraks
de ftevens naar den vyand en hebben
met manlyken moed eenige fchepen
veraverd en verbrand , wyders het
water zoo fchoon gemaakt , dat de
vyand nergens het hoofd dorft uitftee-
Uen
Dc voorzyde draagt hec borilbeeld van den Vorft fierlyk uitgedoft met deezen tytel;
K A R O L V S R E X C A T O L I C V S .
KAREL ALGEM EEN G E LO O FIG KONING.
De Engel, die op de keerzyde met den Laurierkrans door eenen Arend gekroond wordt,
tekent de behaalde zeege op een fchild , dat aan eenen boom gehegt i s , en in den rand
leeft men;
V I C T O R I A . ,
O F E R f F I N N l N G .
In deeze benaauwdheid der Gelderfen
tradt de Koning van Vrankryk, een
getrouw Bond genoot des Hertogen ,
als Middelaar tusfchen beide, en ver-
worf van den Koning van Spanje, dat
de eene en de andere party het geweer
afleggen, en plaats en tyd tot den handel
des Vreedes beraamen zouden. On-
(P S lic h - middelyk wierdt de Stad ( i ) Utrecht
Gdd° Ge- liirir toe genoemd, ter begeerte van haa-
fchied. ren Bisfchop, Philips van Borgonje,
^ ’ voor wien , uit den twift zyner buu-
ren, niet dan onheil te dugten ftondt.
Ook deedt de Koning van Vrankryk
zyne Gemagtigden Robert du Bonnes
en Francois Rongy zonder draalen derwaart
trekken. De Koning van Spanje
zondt ’er Hendrik Graaf van Nasfou,
Jacob van Gavere, Jan de Jonge,
Antoni van Lalein en den Geheimfchryver
Hanneton. Wegens den Her-
I I . Deel.
tog van Gelder verfcheenen Willem
van L a n k , zyn Kancelier; Hendrik
van Gend , zyn Hofmeefter ; en Willem
Quenoy , Prooft van Arnhem.
Maar deezen, de verfchillen te verward
en van te iJngen naalleep vindende om
in de bepaalde wapenfchorfinge te können
eindigen , beflooten een beftand
voor zes maanden , dat zynen aanvang
zoude neemen met den vyftienden' van
Wynmaand , in het welke een verdrag
op deezen voet getroffen wierdt. De
Hertog van Gelder zoude van Vriesland
(2 ) met alles dat ’er aan kleefde (1) Sott,
ten voordeele van Koning Karel en des
zelfs Erfgenaamen voor altyd afftaan , ™ Rj*'
zyn Lcger binnen z'es maanden uit dat '
Geweft ligten, en de Landzaaten niet
alleen van den eed ontfiaan, maar zelf
tot gehoorzaamheid en onderdaanig-
heid zyner Majefteit vermaanen ; mids
N hy
li
r |
i'i i'!
llrl'
ilf
.. .j'!
1
: I,