im»
■111
i|ii
O) Ana-
Jeft. Gerhard!
Dümbar
Tom. II.
P*S-47i-
(i) VcÜus
Chron.
Hoorn
pag. ii6.
(3) L.
Horteniii
Rer. Ul.
trajeft.
fol. HO.
(4)511 :h.
tenhorft
Gcld. Ge.
fchied.
fol.3pt.
noomen; kort hiernaa volgde Gene-
muide, Zwartfluis ( i ) en de Schui-
lenburg; het verlies deezer laatfte Sterkte
bragt de Overysfelfen dermaate in
’t naauw, datze beilooten zich onder
de befcherming des Keizers te begeeven.
Vermids de Noordholianders,die
door hunne waakzaamheid eenige op
de Ooftvaarders loerende Vrybuiters
verdreeven hadden, door deezen ftorm
gedreigd wierden, hebbenze den Gelderfen,
welken naa het bemagtigen van
Harderwyk, Eiburg ( i ) en ’t Huis te
Hulkeftein, aldaar eenige fchepen uit-
rufteden, en in de Zuiderzee bragten,
ZOO moedig hunne tanden getoond, dat
de zelven in dien oord niets van belang
ondernamen; nogtans waren de Amfterdammers
zoo bekommerd geworden,
datze aan die van Hoorn om gefchut
te leen verzogten.
Die van Utrecht hierentusfchen meer
verbitterd tegen hunnen Bisfchop, als
de eerfte oorzaak der ontfteltenisfen,
riepen de andere Steden van het Stift
byeen, om zjch met den Hertog van
Gelder te verbinden, en den Bisfchop
openlyk af te zweeren; dierhalven bragt
de Kerkvoogd al zyne magt faamen en
naar Utrecht, veroverenäe het Kafteel
( 3 ) Vreedeland , daar hy zich begroef j
en zoolang verbleef, tot de Hertog van I
Gelder hem door eenen verdichten brief j
(4 ) verjoeg. Toen de Bisfchop, deeze ,
loosheid ontdekt hebbende, geheel verftoord
in de Betuwe gevallen was, en de
Gelderfen hem deeze vyandlykheid
poogden te vergelden, ftelde zich Jan,
Hertog van Kleef, tusfchen de twee ftrydende
partyen, en bewerkte eene wa-
penfchorzing voor weinige dagen, midsgaders
eene byeenkoomft, in weike de
Gezanten der Vorften en Steden lang
getwift hadden, alsmen het beilegten
van ’t verfchil aan zekere Middelaaren
van wederzyde over gaf; doch als deezen
den Kerkvoogd eenen Medehelper
in ’t Bisdom uit ’s Hertogen naam wilden
opdringen, ’t zy den Vorft van Lunenburg,
o f Karel Baftaard des Hertogen
van Gelder, bragtenze, mids de
onbillykheid der voorwaarde, de groo- r j iy
te verwagting tot niet. Het gefprek '
tusfchen de Gelderfen en Overysfelfen
hadt, mids de forsheid der eerften, den
zelven uitgang, wyl de anderen , merkende
waar ’t heen liep, den Geldersman
de Erfvoogdy van ’t Stift glad af-
floegen, en liever de wisfelvallige kans
des oorlogs dan de zekere flaverny wil.
den ondergaan.
Het weigeren der Overysfelfen maak-
te de bitterheid van den kryg zoowel
als de zorg des Bisfchops dagelyks groo-
ter; zulks de Kerkvoogd, uit haat tegen
de Gelderfen, en om zyne wraakluft
te voldoen, Floris van Egmond Graaf van
Buren, Algemeen Veldheer des Keizers,
naar Duurftede hoodigde, met den zel-
ven aldaar van de overdragt des Bisdoms
handelde, en eifchte by voorraad
eenige penningen, om de behoeftige
Krygsknegten te betaalen. De Graaf
van Buren, lang naar deeze gelegenheid
gewenfcht hebbende, trok zclve naar
Brusfel, en kwam weinige dagen hiernaa
weder te Schoonhove, daarhy, op
orde der Landvoogdesfe Margarita, verzeld
van Antoni van Lalein Graaf van
Hoogftraate Stadhouder van Holland,
Gerard Mulard Geheimfchryver, en
Laurens van Blioul Griffier des Hofs
van Holland, zich omtrent het midden
van Slagtmaand met Hendrik van Beijere
Bisfchop van Utrecht en des zelfs
Raaden ( f ) in onderhandeling b e g a f,(5) L.
en naa agt dagen befloot, dat de Land-
voogdes Margarita den Bisfchop al h e c '? '?
geld,ter betaalinge van des zelfs Krygs-
knegten en aan deezen oorlog befteed,
zoude fchenken, hierenboven den Bisfchop
zestienduizend Goudguldens beloofde,
en dan nog vyfduizend iedere
maand tot onderhoud van duizend Krygsknegten
, zoo lang de vyandfchap met
de Gelderfen zoude ftaan ; wyders zou
de Keizer geenen Vreede met den Koning
van Vrankryk moogen ftuiten, dan
dat de Bisfchop in den zelven begreepen,
en Hasfelt, midsgaders al het gene
de Geldersman het Stift ontnoomen hadt,
den Kerkvoogd weder gegeeven zoude
zyn;
i p f zyn ; hiertoe zoudenze die van Over-
iol. 39> •
ysfel ook tragten te beweegen, en den
oorlog ftaande houden, tot het oogmerk
bereikt w a s ; eindelyk verzekerde de
(i)siicii- ßisfchop ( i ) in ’t byzonder van den
Si'gc -Paus brieVen te zullen bezorgen, dooi>
ichieci. vvelkcn hem magt verleend zoude worden
om het Waereldfche gebied des
Bisdoras aan den Keizer, als Graaf van
Holland, te moogen overdraagen. Hierop
trok de Stadhouder Lalein naar Holland
, daar h y , de Edelen en Steden
in ’s Graavenhaage ter dagvaart beroepen
hebbende, den zeventienden van
Sl^tmaand, met de zelven over
doii!'?’ buitengewoone beede van tagiig-
L«“- duizend ponden handelde, en deeze
vergadering vervolgde tot den negentiende
van Wintermaand.
Hangende al deeze zaaken hadden
de Gelderfen verfcheidene Sterkten, als
mede de Stad Rene, van het Bisdom
gerükt; aan den anderen kant dagt de
Kerkvoogd de Stad Utrecht te verras-
fen , dat hem moogelyk zoude gelukt
hebben, zoo de aanflag niet, door het
gedruis van die door verhoole gaten
de Stad kroopen, ware ontdekt genfol.
361.
fen van Overysfel zoude inruimen,maar
ook de fchriften, door welken de Bisfchop
en die van Zwol zich vogr zekere
gelden verbonden hadden, zouden
overgeeven, mids de Keizer de beeden
en fchattingen, welken de Kerkvoogd
tot onderhouding van den kryg pleeg
te trekken, voortaan zoude genieten.
Hierop hebben de Ridderfchap en Steden
, van hunnen eed door den Bisfchop
ontflaagen zynde, naa dat de leden
van deeze overdragt door de Gemeente
te Deventer geleezen en goedgekeurd
waren, door hunne Gemagtigden
Keizer Karel den Vyfden ,
als Hertog van Brabant en Graaf van
CO L.
Hottenfii
Rer. m.
najeft.
fol. 131.
Holland, den elfden ( 4 ) van Sprok- WI.Rcvli
. Davenkelmaand,
voor Erflandsheer aangenoo- tri* 11-
men , en in den perfoon van Georg * * '
Schenk Stadhouder van Vriesland te
Kampen gehuldigd.
Vier dagen naa ’t volbrengen deezer
plechtigheid is Edzard Graaf van Ooftvriesland
, die öm zyne kloekmoedigheid
, verftand en deugd alom gepreezen
wierdt, te E a b d e , in den ouderdom
van zesenzestig jaaren, ( f) geftori
... . . . . ^ „ I ven , en weinig tyds laater te Norden iiosi.doot
■worden. Geen betet gevolg hadt de 1 begraaven. De Kerkvoogden, Edelen gf p?™“’-
handel met die van Amersfoort, wel- j en voornaamften des volks, die deeze ^'3-
ken zich zelven geheel onzydig wilden : uitvaard byw'oonden, hebben, naar den
houden ; maar die van Overysfel von-1 ftand der gemeene zaake, goed gevonden
, naa type overweeging, geraaden den de Heerfchappy onverdeeld aan eenen
van des overleedens Zoonen, welke
de bekwaamfte geacht wierdt,op te draagen
; vermids Ulrik, de oudfte Zo on ,
zyn verftand verlooren hadt, fteldenze
Enno, den tweeden Zo on, in ’s Vaders
plaats, des te eerder,omdat men wift ,
dat Edzard ook van dit begrip geweeft
was. De rouwdagen geeindigd zynde,
is de jonge Graaf door ’ c ganfche Land
(6 ) met het doen en ontfangen van den I????}'-
eed in zyne Vaderlyke Staaten gevestigd frSi.afei
geworden; en het fchynt my by ’tfSgfpjj,
huldigen van den zelven niec onge-
voegelyk zyne penningen, fchoon eerfl
in ’t volgentle jaar gemaakt, hier te
vertoonen.
zieh onder de befcherming des Keizers
te begeeven, tot dit einde zonden de
Ridderfchap en drie Steden dier Landftreeke
, met den aanvang des jaars agt-
entwintig, hunne Gemagtigden, welken
met Floris van Egmond (3) Graaf van
Buren , Georg Schenk Stadhouder van
Vriesland , Gérard Mulard, Jooft Sas-
b out, Pieter Sande en anderen eenen
brief tekenden en bezegelden, in welken
onder andere dingen beloofd wierdt,
dat die van Overysfel hunne oude voorrechten
en vryheden zouden genieten,
en de Keizer op eige koften den Hertog
van Gelder zoolang zoude beveg-
ten, tot de zelve niet alleen alle plaat-
II. Dttl. Aa aa 1. Dees
• f l r . J
» .
M&..
:.:.l
. r i r i p Si