i ü .
1738 DAVID KONING EN VO O R S P E L L E R DER I SRAÈL l T EN.
MD XXX V I I L
7738
mi Op de keerzyde zietmen de Leerlingen van Krillus uitgebeeld, naar de befchryving van
( i ) Lucas, toenze op den Pinkllerdag allen mec den Heiligen Geeft vervuld wierden, en
icr'Tpfe- °P fl™ voorgrond leeftmen;
telen Cap. ,
“ ■ S P i R I T V S a n C T o i i V M , 1 3 3 7 .
bÖOR DEN GEES T DER H E I L I G E N , 1 7 3 7 .
l l . Op het voorftuk van den tweeden, die moogelyk, in ’t ontwcrpen van 't Munfterfche
Ryk, tot eer van van onzen Delvenaar gemaakt is, wordt David, zittende op eeben Troon
met de Kroone op het hoofd, het Zwaard in de regter- en de Harp in de flinkerhand,
gevonden, hebbende het wapen van ’t Keizerryk en misfchien van de Stad Munfter op den
en dic zeer duiftere omfchrift.
IK D A V I.T E e n K O N E o ly k H E L T
M I in H A R P K L I n k t A l D o o e ’t G e h e e l e V E L T .
Het agterftuk vertoont Kriftus aan ’t kruis met vieugelen aan de fchonderen, ter flinker
zyde God den Vader in de wolken, met eene driedubbele Kroone op hoofd en den Ryksappel
in de hand ; onder zyn eenige blaetende fchaapen en naakte menfchen , die mec eene
ladder naar l&iftus opklimmcn, en op den voorgrond deeze woorden van den Zaligmaaker
(i.Enans. (2 ) gefteld ;
van jo.
hannes
C a p . x i v . n V M E N T K V M T T O V A D E R , D E N D O R MI. I O h a N n e s 14,
NI EMAND KO OMT TOT DEN V AD ER , D A N DOOR M T
JOHANNES. 14.
Loopende deeze Nederlandfche ge.
vallen , was de Vredehandel te Leuca-
te , in ’t laatfte van Wintermaand des
voorgaanden jaars, begonnen, en door
de Gemagtigden van denKelzer, François
de los Cobos Grootbevelhebber
van L e o n , en Niklaas Perenot Heer
van Granvelle ; midsgaders van den
Koning François, den Kardinaal van
Lotteringe, en den Maarfchalk van
Montmorenci , onderfteund door de
Graaven van Chalant en van Mazln, zoo
verre gebragt, dat ieder zyne begeerte
fchriftlyk overleverde ; die van den
Keizer liep op deeze punten , dat de
(3I Corps Hertog van Orleans (3) ’s Keizers Nicht,
oudfte Dochter van den Roomfchko-
Mont.^^ ning trouwen, en het Hertogdom van
pirtii. ’ Milanen tot eene huuwelyksgaaf ont-
foi.isS. fjjjggß zoude, onder beding datdeKoning
van Vrankryk de handelingen van
Madrid en Kamerik, zonder eenige uitzonderinge,
zoude bekrachtigen. Dat
de Koning alles wat hy in ’t Hertogdom
van Savoije, zoowel aan de eene
als andere zyde der bergen, veroverd
hadt, afftaan , en de fchade door den
oorlog veroorzaakt, vergoeden zoude.
Dat hy Hesdyn met het aldaar gevon-
de krygsgereedfchap en den voorraad ,
weder zoude overleveren. Dat hy zoude
belooven den Paus en den Keizer
in de Kerkvergaderinge te helpen , en
zyne Onderdaanen doen waarnemen ,
’t gene ’er zoude beilooten worden.
Dat hy zich verbondt zoo een Leger
tot den Turkfchen oorlog te geeven ,
als behoorelyk zal geoordeeld worden.
Dat hy alle verbintenisfen met de Vorften
, Steden en Onderdaanen van
’t Duit-
153S ’ t Duitfche R y k , tot naadeel van het
Huis van Ooftenryk gemaakt, zoude
verbreeken. Eindelyk om de gemelde
leden te onderhouden, dat hy de Sterkten
van den Milaneefchen Staat, of
den Zoon des Konings, voor drie jaaren
in ’t vermoogen van den Keizer
zoude laaten.
De Koning François antwoordde, onaangezien
zyn wettig recht, dathy echter
het Hertogdom van Milanen,als eene
huuwelyksgaave voor zynen jongften
Zoon en de gemelde Prinfes, zoude aanneemen.
Betreffende de Handelingen
van Madrid en Kamerik, die wilde hy
in die punten bekrachtigen, tot welken
hy meende verbonden te zyn ; de
anderen , over welken moeijeiykheid
ontftondt, zonde hy aan ’t oordeel van
den Paus ftellen, en doen dat de zelve
mogt goedvinden. Het Hertogdom
van Savoije zoude hy inruimen, mids
hem de Staat van Milanen vry en onverhinderd
gelaaten wierdt ; maar terwyl
de Keizer de Sterkten aldaar wilde
behouden , zoude hy ook zoolang
in de bezittinge van Savoije en Hesdyn
blyven. Voorts, wyl een Kriften Vorft
verplicht was de Kerkvergadering te helpen
, als ’t welzyn der Kriftenheid zulks
vereifchte, docht hem niet noodig zich
hier omtrent te verbinden : insgelyks
omtrent de hulp tegen den T u rk , welk
punt hy met den Paus en de Venetiaanen
zoude regelen. Wyders de verbin- 1738
tenisfen met de Duitfen zouden , zoodra
de vriendfchap met den Keizer gemaakt
was, geeindigd zyn.
De tegenftrydige leden deezer fchriften
en den naayver van eerzugtige
Vorften te bemiddelen‘hadt meer tyds
noodig dan ’er bepaald was ; dierhalven
maakten de Gemagtigden,de begeer-
ten hunner Meefteren vernoomen hebbende,
den elfden (i) van Louwmaand,
tusfchen Perpignan en Narbonne, eene par a»
verlenging der wapenfchorfingen, voor T om . 'iv ;
alle Ryken , Landen en Onderdaanen
der twee Vorften, tot den eerften van
Weidemaand naaftkoomende , opdatze
in dien tyd den handel des Vreedes
zouden voltooijen. Wandt de een en
de ander verlangden naar ’t eindigen van
eenen oorlog, die hunne fchatten ver-
flonden, de Onderdaanen verarmd, de
Landen verdorven , en veel Kriften-
bloeds geplengd hadt , opdatze met
vereenigde Magten de Ongeloovigen
mogten beftooken, waartoe zich de
Keizer reeds met den Paus en de Venetiaanen
verbonden hadt, en dierhalven,
uit medelyden over de zynen, van
zyn recht, hoe wettig, wel iet zoude afftaan,
om den Vreede te verkrygen.
Uit deeze aanmerkingen, meen ik, dat
de twee nevenftaanden penningen in
Nederland tot lof van den Keizer ge- •
maakt zyn. _
M..
+
I. II. Op de voorzyden van beide wordt’s Keizers borftbeeld gekroond gevonden; en
op de keerzyde van den eerften ziet men eene Schaal, eenen Schepter en een Zwaard boven
den Aardbol , tekens v a n ’s Keizers gerechtigheid en* heerfchappye over dc Aarde;
II. Deel. ' E e e e e e het
lil,
fe;!
4;