jji;
I."
tricht. Het gild moest reeds in 1671 zijne liai en in 1733
zijne zilveren balans (liet gildeteeken) verkoopen. Hun gildepenning
vindt P e r r e a u fraai en groot, maar wij zagen
er die siecht gegoten waren, ruw (groot 36), van geel
koper. P e r r e a u 1847, p. 358, pl. X V II, n° 15. Bevue
1858, p. 414.
Voorzijde: De Heiland der wereld, als beschermheilige
van het gild, staande, en dragende in de linker hand den
wereldbol en met de rechter hand zegenende. Rechts voor
hem een koopvrouw voor een disch. Zij houdt een weegschaal
in de rechter hand, en weegt kersen, althans het
schijnt dat zulke vruchten op den disch liggen. Links van hem,
zoo als P e r r e a u zegt, un homme portant des fruits sur
un éventaire (1847, p. 359), of elders un homme avec
éventaire (1858, p. 414). Ons schijnt het toe een man
te zijn, die, in een boom gezeten, appelen plukt.
Omschrift: %: S a l v a t o r . m v n d i . p a t r o e n . v a n d e .
OEFMENGERS.
Keerzijde: Een naam: H e n d . j W i l k e n s . Op een ander
exemplaar I o h a n ] M a n g e l.
20. Ververs of Blauwververs. Zij hadden uitsluitend
het privilegie om stoffen te verven en te drukken. De
Kousenbreiders en JVevers, die hunne fabriekaten wilden verven,
moesten eerst het gilderecht der Ververs koopen.
P e r r e a u zegt {Bevue 1847, p. 359) dat hun gild weinig
leden telde, en dus geene gildepenningen noodig w'aren.
Het schijnt dat de heer D u m o u lin ze echter vrij zeker heeft
herkend in ovale, kleine, rood koperen gegoten penningjes,
die door hem (zie Cat. M i c h i e l s V a n V e e d u y -
n e n , n° 2729, uit wiens verzameling hij de twee te be-
schrijven exemplaren verkreeg), aan de Brandspuitgasten
(die St. Agatha als patrones hadden) werden toegekend.
Thans worden deze penningjes (moeielijk te ontcijferen wat
het omschrift betreft) door hem aan de Blaauwververs,
„die Varwer mit Sinte Catariena van Sinaye", gelijk het
in eene oude aanteekening luidt, toegekend.
a) Voorzijde: Eene links gewende vrouwe-buste met
sluier.
Omschrift: SS. C A A T E R IN A V \ — \ D C E IN A (achter
V schijnt irgo te moeten volgen) ‘.
Keerzijde: Twee dwars over elkander liggende lange
rechthoeken, stokken of leesten, waaraan de Blauwververs
hun geverfde kousen drogen. Daar boven een vijfpuntige
ster. Groot Maastricht pl. 3, of XCVII (21).
b) Voorzijde: Dezelfde links gewende buste, maar met
een bloemenkrans om het hoofd.
Omschrift: onleeshaar.
Keerzijde: als van a). Grootte P. Maastricht pl. 3, of
XCVII (22).
21. Gewantmakers. Dit gild bevatte de Lakenwevers,
Volders en, in het algemeen, allen die wolle weefden of
volden. Het was een der oudste en meest gewichtige
Virgo Maagd.