9. WoUewevers. Een kin wen of een klos garen (?) is hun
emhlema. (F eith n° 9.)
10. Molenaars voeren den hoogen molen, gelijk men die
in Groningen op de wallen nog ziet staan. (Fe ith n° 10).
11. KoekbaJckers, vroeger vereenigd met de Broodbakkers,
hebben den bijenkorf. (Feith n° 11).
12. De Ilerhergiers en Tappers ‘ hebben in hun gedeeld
schild, boven; de Emmausgangers die Jesus herbergden,
Lucas XXIV. Beneden een flapkan en kroes of glas.
(Fe ith n° 12).
Een looden, doorboorde, gegoten penning, zie Groningen
pl. 3 of CXXXII (17), (groot 26), (Verzameling van
den beer P. H. V an Gelder ) heeft:
Voorzijde: Een bierkan tusschen een fluit en een kroes.
Keerzijde: H. \ Bruins [ 1806. "
Buiten deze acUtien burger- en twaalf raadsgilden Naren
er nog hvee of drie andere, waarvan B. en C. buiten-gil-
den waren.
A. Der Knoopmakers, die een zijden knoop, op een drievoet
geplaatst, voerden. (Feith A.) In 1759 werd een
Knoopmakersknechts-genootschap opgericht. AVijn n e blz. 38.
' Zie het Aanhangsel II, blz. 358.
" De naam is in Groningen zeer bekend. Weshalve deze penning door ons
aan Groningen met een ? werd toegekend. Den 26 Nov. 1876 zond ons echter
Mr. H. 0 . F e it h u it Groningen een geheel dergelijke als van het
Tappersgild aldaar toe, met op ie Keerzijde: Harm | Weeningh \ 1794. Onze
toekenning werd daardoor bewaarheid.
B. Het GrootscUppersgilde, met een oorlogschip van 40
stukken. (?) (Fe ith B.)
C. Eindelijk vinden wij, volgens P err eau , nog in Groningen
de Karrelieden. Hun gildepenning van koper, gegraveerd
{Revue, 1858, p. 407) vertoont:
Voorzijde: Een monogram.
Omschrift: A leit x IIindrick 1598. ‘
Keerzijde: In het veld * J an x 1 x K arman | 1598.
Groningen pl. 3 of CXXXII (14).
In de Verz. Quintus te Groningen is nog een penning,
dien wij daar niet zeker te huis kunnen brengen; geel
koper , gegr. (groot 26). Zie Groningen pl. 3 of CX XX II (15).
Voorzijde: Onder een kroon: een lange drijfhamer, een
kolf en een groot krom hak- of snoeimes, kruislings geplaatst.
Keerzijde: A° 1797 1 Dew 7 Maart 1 Bastiaan \ Bakker
Mi^ P(ompmaker?) De Pompmakers komen in Leeuwarden
onder de Nappen-, Wiel- en Stoeldraaiers voor, maar de
penning is te klein voor die stad in dien tijd. Steelen A'oor
kolven, hamers en messen maakten de Scheeps Pompmakers
ook wellicht.
Xog is aldaar een geel koperen, gegraveerde penning,
(groot 26).
Voorzijde: Eene moeder met een kind op den arm en
' 1508 U. in de Eevue is een drukfout. Het stuk heeft duidelijk 1598.
2 Wij licbben wel eens gedacht ot het ook een huwelijkspenning kon zijn
vau J an Karman met A l e i t H i n h r i o k , vermits hij beiden 1598 staat.