272. p. 151. Brandspuitp. ¿Us pl. XCIII (46). Dl. IT, blz. 43.
273. p. 151. Id. id. Als pl. XCIII (47). Dl. I I, bl. 43. Deze
met 7.
Haarlem.
288. p. 159. Brouwers. Als pl. XXIV' (1). Dl. I, blz. 172.
Deze met n° 24.
289. p. 159. Is geeii Schippers penuing van de H(out) P(oort)
te Haarlem , maar van de H(aarlemmer) P(oort) te Amsterdam.
Zie pl. V II, n° 75 — 76, en vergelijk pl. XVI (170). Deze , gr. (20),
met 1 /7 2 , 23 May Offert Molenaar H. P.
294. p. 162. Brandspuitp. Als pl. XXW (4). Dl. I. blz. 184,
doch met 36 op de spuit.
Hoorn.
295. p. 163. Kleermalcersp. Als pl. XXV (1). Dl. IT, blz.
193, doch beter met ALEXANDER.
299. p. 164. Brandspuitp. Als pl. XXV (4). Dl. I , blz. 102.
Leeuwarden.
300. p. 165. Onder dit nummer wijst M. een gegr. penning,
groot (28), aan de Kloinpemiialrrs van Leniwurden toe. Terwijl
ook wij daarin een penning van Leeuwarden raeenen te herkennen ',
' Dozelfde bladerkroon toch als op dezen penning- van 16C1 vindt men oji
den Leeuwarder Bakkers gildepenning van 16B0, pl, CXI (5) zegge (6) van
WiLIIKi.MUS DH Backhu. Een iiaairi üiuivangcride met S, I komt echter in
hot Bakkersboek van Leeuwarden niet voor in IBGl.
vinden wij daarop echter geene bepaalde aanwijzing naar het
Klompenmakersgilde, dat ons in L. onbekend is. Klompen worden
ook veeleer in Overijssel dan te Leeuwarden gemaakt.
V z.; Klimmende leeuw, links gewend, zijnde het wapen der
stad L ., omgeven door een hladerkroon.
K z.: In een bladerkroon S ■ I ‘ , gescheiden door een merk-
teeken, en daaronder 1 .6 .6 .1 .
301. p. 165. Timmermans. Deze ¿»esiiem/ieWe groote penmng van
1679 behoort te Zierikzee tehuis. Zie pl. LXXXI (6). Dl. I, blz.
433. Leeuwarden heeft geen gestempelde gildepenningen, en het
leeuwtje komt ook voor als wapen van Zierikzee. (Zie pl. LXXX
(3), LXXXI (7).
302. p. 166. Mandenmakers en Pottenhakkers. Gegr. gr. (33).
V z.: het vereenigd en gekroond w-apenschild der Mandenmakers
en Pottenhakkers tusschen twee zegetakken. Kz. onder een snijwerk:
Jan M-eertens. Anno 1775.
Over het Korfmakersgild te Leeuwarden zie DL II, hlz. 242.
H et bestond sedert 1669. Of het in 1775 gecombineerd was met
de Pottenhakkers? De bewerking van den penning komt overeen
met pl. CXI (7 zegge 8) van 1749 en vooral van pl. CXV (29)
van 1769. (Leeuwarden.)
303. p. 166. Gegr. penning (30), door M. aan de Kuipers vau
Leeuwarden toegewezen, terwijl het B . Veenstra. Anno 1 /8 7 ,
boveii twee zegetakken den nv. Bakker Bavold Veenstra, die
zijii Gildeproef te Leeuwarden, blijkens het Bakkersboek, deii 6
Jiiui 1787 deed, aanwijst. (Dit is een alles afdoend bewijs tegen
voor M-A soms geheel uit de lucht gegrepeu attributies.)
304. p. 16(i—167. Kleermakers. Vz.: Open schaar. Daarboven
een kroon, rechts (heraldisch) eeu L , links een IV. Onderaan
6 , ingeslagen. Kz. gegr. J. Boorda 1772. (Gr. 23). De L M
vult M. tot Leeuwarden aan.
^ M. maakt van deze voorletters van den naam van den gildebroeder „Siuf
Josef, patroon van hot gilde“ !