r ÍÚ
tieren van de zakkendi-agers van het benedeneinde van
Utrecht, met den knop, waarop . . . . B o d e a n n o 176(3)
en op de banden eenige namen. Zie Cat. blz. 129.
Utrecht II blz. 164. Kleermahers. Caf. blz. 126, n° 985-
989. (985) Naamlijst van de Dekens en Busmeesters, 1696
— 1735. (986) Als boven, 1771—1781, 1771—1794. Ge-
schonden, 1771— 1776 ontbreken. (987)'Als boven, 1795
— 1798. (988), 1795—1796 met 27 Overlieden. (989) „Ter
gedagtenisse van de oprichtinge der vier en twintigen van
het kleermakersgild . . . . 22 Decemb. 1628, Oude en ver-
jaart op den 3 Januari 1729, Nieuwe S tijl,“ met een gedieht,
de namen der dekens en der 24 en nog een rijmpje
(toast) op „dees Broederschap“.
Utrecht II blz. 166. Stofjesiverkers. Cat. n° 1001. Em-
bleem, voorstellende het gekroonde Utrechtsche stadswapen,
omgeven door verschillende gereedschappen, voor de uit-
oefening van het Stofjeswerkersbedrijf noodig, benevens
een zijdeworm op een moerbezienblad en een schaap, zooals
het voorkomt op den titel van Benovatie en Ampliatie op
de Keure en Ordonnantie van t Stofjesiverkers Gild. Utrecht,
1773, quarto. Hun penning en bode teeken zijn Utrecht
f)l. 2 of CII (18) en pl. 3 of CIII (25) afgebeeld.
Utrecht II blz. 166. Chirurgijns. Cat. blz. 128 n°
996.W
apenbord met de Namen en AVapenen van de heeren
Commissarissen van het Chirurgijnsgildt 1700—1782. —
N“ 997. Naamlijst der Confraters. 1800—1811.
Blz. 224 en elders staat: Y p e y , lees: I J p e u , zooals
die familienaam thans geschreven wordt.
Leeuwarden 11 blz. 245. Lakenbereiders.
Van de. Lakenbereiders te Leeuwarden kwam in April
1878 uit den grond in de Schrans bij Leeuwarden een rood
koperen, gegr. gildepenning (groot 25), voor den dag.
Voorzijde: Een werktuig om laken te kaarden of te
glanzen. Daaronder 1698.
Keerzijde : De naam van een der leden van de Lakenkoopers
familie te Leeuwarden S y b o u d t s (Sy b o l t s of nu
S y b o u t s ) T ia l l in g h S ie b o u d t s '. Zie pl. CXXVIII (54).
Blz. 255, reg. 15 v. b. Leeuwarden weg te laten.
Blz. 255, reg. 2 v. o. staat; Y n s e : lees I J n s e .
Blz. 260, reg 15 v. b. staat: (39), lees: (39*).
Blz. 274, Omschrift reg. 4—5, vergelijk Utrecht, Cat.
blz. 29, hierboven II blz. 419.
Blz. 349, ontbreekt 1) v o o r den aanvang van reg. 8 v. o.
Blz. 367, reg. 2 v. b. staat; I I I , lees: Aanhangsel pl.
3 of CXXXV.
Blz. 368, reg. 4 v. b. staat: CXXIV, lees: CXXXV.
Blz. 368, reg. 10 v. b. staat; pl. 3, lees: pl. 2.
Blz. 368, reg. 16 v. b. staat: 1), lees: 3); zijnde de
regels 16—19 aant. 8) aldaar misplaatst en herhaatd blz. 369
als 1) en moeten dus wegvallen.
' In 1783 waren leden van de Burger Societeit „Door Vrijheid en I.Jver“
to Leeuwarden: S y b o l t Sjo e e d s en dieus zoon Sjo e r d Sy b o l t s . Vervolg op
Y an L o o n . Y I I l, blz. 173 (3).