of p re se n tie p e n n in g e n , en G D zal w e l ö(cre/'ormi>eroi«) D{iakonie)
b e te e k e n e n .
440. p. 239—240. Totiwslagers cn Fci/waicirs. Als pl. LX X V IIt
(21). Dl. I, blz. 409. Door ons, volgens een zeer onduidelijk,
looden afgietsel, aan de Tabakverkoopers toegekend. M. besclivijft
dien aldus: V z.: Een man in oude Zeelandsclie kleeding (1663),
lioogen ronden hoed met breeden rand op het hoofd; aan zijne
rechter hand een rol touiviverk; hij heeft een stuk gereedschap (?)
in de rechter hand; aan zijne linker zijde een (zeer Idem) stuk(je)
zeil met koord-oog, en daaronder een hoorpriem. (Wij schreven ,
,een paar voorwerpen“.)
V z. o m sc h rift bij M inabd: D ’ . heeb . J ooris . B rest . O vbkd.
A bbaham K e i. J acob D eoogenbroot.
Kz.: De - ViNSES • van ■ M o ile • D a n ie l • Snovck • D eeckens.
(Totdat wij een goed exemplaar van dezen penmng onder de
oogen krijgen zeggen wij: absiine.)
450. p. 240. Timmermansp. 1027. Als pl. LX X V III (20). Dl.
I , blz. 410; ook met 47.
451. p. 240—241. Timmermansp. 1738. Als pl. LXX (46).
Dl. I , blz. 376. Dit is een penning van Middelburg.
452. p. 241. Aangeduid als een Timmermanspenning van Vhs-
singen, is de Scheepstimmermansp. van R otterdam , pl. XLIX (3)
aangetoond. Dl. I , blz. 303.
453. p. 242. Wijnkoopers 1657. Als pl. LX X V III (19). D l.D
hlz. 409—410. Deze met 21. Van het G ed en ck t te s te rv e n ,
maakt M.: ende n o y t te ste rv (e n ) (!) Het omschrift (trouwens zeer
onduidelijk) der Kz. is ook bij hem geheel misvormd. 1. D. MOOR,
D. C. (is D E ). E. DE. H. (is G. KORTE) N. H. BOVI: 1. LOVR
KISEN (L o v rissb n ), a . E . N . B A S T IA E N S E N is G. B astiaen sen .
454. p. 242. Kousenmakers. 1650. Als pl. LXXIV (3). Dl. I,
blz. 397—398, met 33, door ons aan de Droogscheerders ioo-
gekend om het hoofdvoorwerp, de Droogscheerdersschaar, door
M. een Veerschaar genaamd. In de andere voorwerpen ziet M.
een kousen-vorm, twee voorschoten, eene baal /cowsew, met stempelmerk
voorzien , en eene wolkaart.
455. p. 243. Lakenverkoopers. 1694. Als pl. LXXV (8). Dl.
I , blz. 400. Deze met n° 4 , als gestempeld fautief gegraveerd,
zijnde ingesneden.
456. p. 243—244. Bakkers. 1696. Als pl. LXXIV (1). Dl. I,
blz. 395. Deze met 15.
457. p. 244. Brandewijnstokers. Als pl. LXXIV (2). DL I ,
hlz. 395—396. Deze met 34.
458. p. 244—245. Smeden. 1730. Als pl. LX X V II (17). Dl.
I, blz. 408. Deze met n° 7.
459. p. 245. Smeden, 1623, is een penningje van Delft. Zie
pl. X X X V II (1). Dl. I, blz. 210, AvaarA'an de gietvorm aldaar
nog beAvaard Avordt.
460. p 245. Als Hoefsmedenp. bij M. als pl. LXXV II (18).
Dl. I, blz. 408.
461.p.2A6. Schoenmakers. 1613. Gest. gr. (20). Vz.: Midden inhet
voorveld eene afsnede, waarop rechts een klomp, en links een schoen.
Daarboven 17. Onder de afsnede eene sohaats en 1613. K z.: Geor-
neerd schild, waarin de Vlissingsche flesch. Tusschen parelranden:
P ie te r S ande. Iacob(u)s H bnsbekgen. D ekens. (Dit is de oude penning.)
462. p. 246. Schoenmakers. 1738. Als pl. CXXVII (16). Dl. I,
blz. 407. Deze met n° 28.
464. p. 247. Kleermakers. 1768. Als pl. LXXIV (6). Dl. 1,
blz. 398, met N° 33. Op dit looden, geg. onduidelijk penningje
leest M. op de Kz. het laatste woord als IS E D , in plaats van
TSED {gezet), en K z.: Seyneman . Drollemien . Entelowe . A ddifit.
465. p. 248. Schilders, Beeldhouwers en Plaatdrukkers. Als
pl. LXXVI (13). Dl. I , blz. 404—405. H et Avapeii van Cauw
(drie kauwen) (vogels) is bij M. verknoeid, zoo ook het omschrift
op dezen looden, ondnidelijken penning. Hij leest: A braai
V a la re . Io sias B rom s D uke. Io hannes van den E ed e. Ovd. D eken.
467. p. 249. Brandspuitp. 1701. (Gr. 27.) V z.: Slangbrand