ni'
den gildebroeder. Eevue 1858, p. 435. P e r r e a ü pl. XIV
(2). Maastriclit pl. 1, of XCV (4).
Bij den beer Dumoülin berust een variant van dezen
penning, geel koper, gegoten, groot (23).
Voorzijde: St. Xicolaas, rechts gewend en met slechts,
zoo het schijnt, één kind in de kuip.
Keerzijde: I. C 1 Anno — 1736. '
6. Timnierlieden. Dit gild bevatte Timmerlieden, Wagenmakers
, JDraaiers, Kuipers en anderen die in hont werkten ,
met uitzondering der Schrijnwerkers en Beeldhouwers.
St. Joseph was hun patroon.
H e t talrijke g ild , sam engesteld uit room sch-katholieken
en P rotestan ten, had tw ee gildepenningen.
A) Die der roomsch-katholieken van geel koper, doorboord,
gegoten, groot (21).
Voorzijde: Een groote steek- of pompboor, geflankeerd
door een beitel, een bijl en 16 — 83.
* In dezelfde verzameling is nog a) een brood- of armeuteeken in geel
koper.
Voorzijde: S(') N(icolaas)
1646
Keerzijde: P — S waar tusschen een vijzel met twee stampers, en daar boven
een vijfpuntige ster.
b) Een koperen plaat, gediend hebhende tot de vervaardiging van bid-
prentjes, waarop St. Nicolaas met het kuipje en drie kinderen, en ter zijde,
onder twee wapenschilden, links eene weegschaal, waaronder de stads ster,
rechts dezelfde vijzel met twee stampers, en daar onder het jaartal 1644 af-
gebeeld zijn.
Omschrift: V ijfpuntige ster * E e e t G o d t . M a r ia .
S lOSEP . ONSEN . PAT(roon).
Keerzijde: Een naam, (bij P e r r e a u , lieme 1847, p.
343, pl. XIV n° 3 A,) BOVRS — H(outzager). = Zie
ook Revue 1858 p. 413.
Op een ander exemplaar I
KOYMAX.
S(chrijnwerker).
Maastricht pl. 1, of XCV (6). *
B) De protestantsche Timmerlieden, volgens P e r r e a u ’s
gissing t. a. p. p. 343, hadden het volgende koperen gegoten
penningje groot (18), afgebeeld t. a. p. pl. XIV
n° 4 (B). Zie ook Revue 1858, p. 413 B.
Voorzijde: Een groote geopende passer, daar tusschen
een hakbijl en een ladder. Ter weêrszijden (16—77).
Keerzijde : gegraveerd een naam theodoricus \ herkenrad,
of op een ander exemplaar Merten \ Von [ Neus. Maastricht
pl. 1 , of XCV (7).
C) Ook een begrafenispenning van dit gild wordt door
P e r r e a u medegedeeld, koper, gegoten, groot (18), afge-
beeld pl. XIV, n° 5 C. Zie ook Revue 1858, p. 413 B.
Voorzijde : De geopende passer : daar tusschen een doods-
hoofd en een hakbijl. Ter wederzijden 16 — 82. Maastricht
pl. 1, of XCV (8).
' Het zegei van dit giid in geei koper, geiieei geiijk aan den giidepen-
ning, is bij den heer D u m o u l in te Maastricht.
II 5