763. 1600. Penningplaat niet borstbeeld (regts) van den Adtnir.
Mendoca. Omschrift: D: Fr an. I). Mendoca Admi. Darag. Marq.
D. Guae. Bij van Cleeff I, 1861, n°. 1088. K.. ƒ 1.50-.
r 764. 1601. v. L. I, blz 556. Ter eere van Carel Philips van
Groy. Volgens Revue 1854, p. 237 van Jonghelinck^ doch in Rinehart,
Histoire, p. 38 (1) van N. N. Aldaar als frontispice voor
de quarto uitgave, Brux. 1870.
765. 1601. Ter eere van Philips ‘Willem van Oranje, als de
Vries c. s. pl. II (7), met 1605 aangeh. bij Pinchart, p, 33, als
ook met 1601.
766. 1601. Pinchart, Hist, p. 38. Vz. : Bb.- Albertvs d. g. archid.
avst. d. bvrg. brab. Z. fla. Zo. (Onder den arm) 1601. Kz. : Bb.
Elizabet. d. g. hisp. inf. d. bvrg. brab. Z. cóm. flan. Z. Cat. du
General T., Anvers 1854, n°. 509.
767. 1601. Penning ter eere van Mathias (1577—1580), Landvoogd
der Nederl., als krijgsoverste in Hongarije, waarop een
leger en het woord mititemvs {laat ons krijg voeren). Afgeb. en
beschreven bij Locker, Sammlung merkwürd. Med. VII, 193,
768. 1601. Penning van presentie met het wapen-van Friesland.
Anhqva virtvte et jide. Kz. : vier wapenschilden. Gon-
cordia Frisiae libertas (zoogen. 3 dubbele koggedaalder.) Verküdie,
pl. .125 (1).
769. (1601). Ter eere van Jean François le Petit, Griffier van
Bethune, geschiedschrijver, dichter en penningkundige, medegedeeld
door Graaf Nahuys in de Revue 1867, p 304—305 en
p. 326—327, pl. VIII (2). Vergelijk Bulletin du Bibliophile beige,
XV, p. 330—382:
770. (1601). v. L. I, 561 (1 en 2). Zijn slechts munten van
‘s Hertogenbüsch. 1 ) Een oordje. 2) Een negenmanneken of duit.
Zie Fr. Verachter, Documens pour servir à l'histoire monétaire des
Pays-Bas. Anvers 1840, p. 170 (1 ), 170 (3) van zijne Histoire monétaire
de la ville de Bois-le-Duc. {Prosper Cuypers gaf eene Notice
sur la monnaie municipale de Bois-le-Duc, 15784-79;. Revue 1854,
p. 90—100,
771. 1601 (?) Philips III. Vz. = v. L. 1, 562, van I60i, echter
zonder Guldenvliesorde en met den naàm van den pennirigmaker
( Welken'.?). Kz. : zijne gemalin en face. Omschrift; Mavgàritlk^giim
philipp. 111 his. regis cathol. avst. etc. Stricker I, n°. 3354. (Amst.,
Decb. 1859). Z. ƒ 7.00.
772. 1602. De Poogt, Aant., blz. 14, uit Nijmegen, a) Eenen
stempel te doen maken om eenige gouden penningen te maken.
b) Den Heer Advocaat Barnevelt eensamentlijk den Griffier
Ampsens te vereeren met eene medaillie van goud ende van sylver
over de ƒ 100 weert.
c) 1602. Den Raatsheer Brutvnicks een golden penninck enz.
d) 1602. Den Raatsheer van Sijne Exc’ie Werrestein een golden
penninck van f 100.
Jjj 773. 1602. v. L. 1, 564. Op het veroveren van het Spaansch
Galjoen St. Jacob. Zie den Gids 1868, II, blz. 1 0 -1 1 , Valentijn
V, 1, blz. 29, J. S. van Coevorden, Chron. Lijst, verv. XVI, 351,
Tijdschrift Ned. Indië, 1870, XIX, blz. 358, n°. 159.
774. 1602. v. L. 1, 569 (1), tot lof van Prins Maurits, heeft
onderaan Con. Bloc f. Zie v. Orden II, 255, Revue 1851, p. 398,
Pinchart, Hist., p. 87 (1), Bom, 9 Juni 1879, n°. 37 met Con.
Bloc ƒ., en Aet. 34 op bet armstuk.
775. 1602. v. L, I, 569 (2) H ook van 1604, v.. L. II, 20 en
van 1608 bij mij.
776. 1602. v. L. 1, 569 (3). Iets grooter bij de Vries n°. 824 en
aldaar n°. 825. Ovale penning met het Bb. van prins Maurits bij
het winnen van Grave. K. (niet beschreven).
777. 1602* Vz.: Regtsgewend borstbeeld met opstaanden kraag,
harnas enz. Omschrift: Nit X bit X abtit f 1602. (Nijd bijt
altijd). Kz.: Doctoraal borstbeeld in pelsgewaad. God f is f min
-j- kroest f min f toeverlaet. In lood (geslagen?) In twee exemplaren
bekend, beide in Friesland gevonden. Zie Navorscher XV,
blz. 326. Afgebeeld in de Revue 1867, pl. I (1). Zie aldaar
p. 103—106.
Welke personen hadden in 1602 deze lijfspreuken ?
778. 1603. Bnno, Graaf van Oost-Friesland. Zie v. L. 1, 573.
Slechting van het Loègumer of Logumetf voorwerk bij Emden.
Vz.: Kasteel in zijne fortificatie liggende aan den Eems, waarin
eenige razeilschepen. Kz.: Avspice D. O.M Avxiliantibvs Ordinibvs
Vnitarvm Belgii Provintiar{um) S. P. Q. E{iudensis) Dvce Warnero
Bv Bois Castr(vm) Logense ad Deditionem compvlsvm solo Aequa