XL
Penningkundig Repertorium. Mededeelingen door Mr. J. Dirks.
449. 1560—1566. De zeer belangrijke zilveren, gegraveerde pen-
inngplaat, (afgebeeld J»l. I, no. 4, beschreven en opgebelderd
Deel I, blz. 10—15 der Nederl. Gedenkp. van d e J o n g e en d e
V ir e s ) heeft op de vz. en ook op de kz., ieder, vier geschiedkundige
tafereelen. De vz. draagt het jaartal 1560, de kz. dat
van 1566. De vz. geeft 1. Granvelle te midden der nieuw aangestelde
bisschoppen; 2. Een gewapende hagepreek; 3 en 4. De
aanbieding en de afwijzing van het verzoekschrift der edelen. Kz.
1. De beeldstormerij; 2. Hollands ellende; 3. Margaretha van
Parma in troebel water visschende; 4. De straf. Inden Navorscher
(1857 VII, blz. 95) vroegen wij of het wapen, (een gebogen tak,
omringd door N(j'et) V(oor) D(eugd), (blijkens het omschrift) het
wapen van Jhr. Arend van Dorp was. Of had dit geslacht een
ander wapen ? Deze penningplaat en dit geslacht is ook besproken
door J. L. A. Immerzeel, van Groningen en van Dam van JBrakel
% den Navorscher VII, blz. 136, 285 en 340. Vgl. te Water Dl.
IV, blz. 340—343. Wij herhalen onze vraag. Het omschrift doet
ér ons eerder een allegorisch wapen in zien, herinnerende aan den
krommen tak die jong en teer enz.
450. 1566. v. L. I, blz. 82. Ter eere van Jan, Heer van Argen-
teau en Hermollen (niet Herstallen zoo als v. O. II, blz. 39). Toegekend
aan Jonghelinck door Pinchart. Revue 1854, p. 236.
451. v. L. I, blz. 87 z. j. Op de standvastigheid der Landvoogdes
Margaretha, doch met Aet. 45 en 1567 onder den arm bij
Bizot, en ook bij Pinchart p. 26 met 1567. Deze neemt no. 451
onder vijf penningen op, kennelijk, volgens hem, van den zelfden
stempelsnijder, dien hij echter niet durft aanwijzen, v. Orden, II,
blz. 42 zegt dat deze penning hem in zilver voorkwam met
T r e z (o ) P a t e (r ) op de rots. (Vgl. boven no. 267 over Jacopo da
Trezzo). Was deze de zoon?
452. v. L., I, blz. 92. Ter eere van Philips van Cr Ook dit
stuk behoort volgens Pinchart onder het zoo even genoemd vijftal.
Antoine de Croy stierf als protestant, kinderloos, oud 26 j. 5 Mei
1567. Zijn opvolger was Philips, (een volle neef), -J- 1595. Zie Graaf
Nahuys, Revue, 1872, p. 351—352.
453. 1567. Van Loon, I, blz, 98. Ter eere van den Eques
auratus (Guldridder) Steven de Wit. v, Orden, II, blz. 46 zegt:
sompiige exemplaren hadden onder den geknotten arm »den naam
des graveurs, Rem^oi Rensij onduidelijk.” Pinchart p. 28 (3) geeft
pp C. Fremy »sur lequel je n’ai pas la moindre notion: je le sup-
pose né dans les Pays-bas.” P. voegt er bij dat deze graveur nog
in 1621 in Frankrijk werkte, blijkens eene geheel gelijkluidende
onderteekening van eenen groöten en fraaien penning ter eere van
Méri de Vic, vicomte van Ermenonville, Raad van koning Lode-
wijk XIII (Trésor de numismatique T. I, pl. LV1I.) :
454. 1567. v. L. I, blz. 99 (1). Op het kloekmoedig en staatkundig
gedrag van de Landvoogdes Margaretha.
Bij van Cleeff, I, 1861, no. 518 z. f 10.—. Onder het armstuk
IVL, O. P. P (?) Pinchart, p. 30 spreekt van een stempelsnijder
Julianus Jannini, een italiaanschen goudsmid, die zich omstreeks
1580 in Belgie vestigde en van wien men twee penningen bij van
Loon, I, blz. 270 vindt, geteekend Jvlianq ff. Waarschijnlijk stond
dit ook op no. 454.
455. 1567. v. L. I, blz. 101. Vz Regts gewend borstbeeld van
een geharnast krijgsman. Omschrift bij van Loon Ph(ilippus)
H(ispaniarum) R(&r) G(ranatae) C(astiliae) — A(rragoniae) Lfegio-
nis) C(atalauniae) M(ediolanensium) D(ux) 1567, d. i. Philips koning
van Spanje, Granada, Castilie, Arragonie, Leon en Catalonie, hertog
van Milaan. In verband met de kz. waarop, volgens v. L., te zien
is een geharnaste arm, voerende een blooten degen op wiens punt
een kruis rust met dit onderschrift op een vliegenden wimpel, his
tandem (eindelijk door deze middelen), werd deze penning toegepast
op het besluit van koning Philips II tot den oorlog. Het b.b. was dat
van Philips II. De Heer R. Ghalon merkte echter in 1874 op
dat dit b.b. niet dat, van den genoemden koning was. »Certes
Philippe II n’était pas beau, mais il n’avait pas les traits massifs
et le profil d’un vieux caporal qui distinguent le personnage de
notre médaille enz. Kortom: de heer Chalon las, teregt beginnende
bij het begin: A(Ibericus L(odronii) C(omes) M(orsac*) V)(ominus)