dat de heer Eduard van den Broeck, (de ijverige verzamelaar
van Brusselsche legpenningen) negen stuks van deze penningen
had ter tafel gebragt. Zie Dugniolle n°. 4088—4096 en vgl. v.
Orden I, n°. 1275, 1276 en II, blz. 206.
1272. (1656). v. L. II, 414. Ter eere van den nieuwen landvoogd
Don Juan van Oostenrijk is door Denys Waterloos gesneden.
Onder het schild van de Kz. staat: D. W. F. Pinchart, Hist_
p. 49, n°. 2. Revue 1855, p. 267, XXIX.
1273. 1656. 26 September, v. L. II, 418. Op de verovering
van Capelle. Ook met Christianissimus (voluit). In Yerz. P. H. v.
Gelder, zoo ook n°. 1274.
1274. 1656. = met andere Kz. v. Orden II, 709. De stede-
maagd zit bedroefd op den grond bij eenige legertenten. Omsckr.:
Spes hispanorum immutata. In de afsnede: Capella capta X X VI
Septembris MDCLVI.
1275. 1656. Wijnpenning van Culemburg, afgebeeld en beschreven
in Dirks Essai, pl. IV, (2) p. 16. Revue 1866, p. 111,
n°. 43, pl. YII (2).
1276. 1656. Schutterspenning van Leiden. Aid. no. 110.
1277. 1656. 28 (niet na) Mei besloot de raad van Nijmegen
om ter gedachtenis van de verandering van het Athenaeum Illustre
in eene Universiteit of Akademie, eenige gouden penningen ter
waarde van f 36, per stuk, te laten slaan en die aan de hoogleeraars
enz. aan te bieden. Revue 1873, p. 69, alwaar Graaf
Nahuys mededeelt dat deze penning hem niet is voorgekomen.
Ook W. J. de Voogt schreef mij zulks 18 Maart 1871.
1278. 1656. Adriaen de Grebber. Vz.: zijn b.b. en profil. Omschr:
Adriaen de Grebber heeft dit gemaekt synde out 80 jar. Kz.: Een
rat in de va). Omschr. I,eckerheyt baert veel smerte. Anno 1656.
Mm. 56. Lood. Cat. 't Hooft no. 691.
1279. Z. j. Cat. ’t Hooft no. 692. Nicolaas de Grebber. Vz.:
Zijn b.b. en face. Omschr. Nicolaes de Grebber Aurifex. Aet. LX V 1 II.
Kz. Twee duiven en twee slangen. Omschr. Simpel niet slecht, loos
niet boos. Mm. 56. Lood.
1280. 1656. 12 April. Begravenisp. Vz.: Doodshoofd waarboven
twee zeissen, zandlooper, beenderen. Onder in een compartiment:
den dach des Boots is beter als (wij schrijven nu dan) den dach
der geboorte. Rondom het doodshoofd op een banderol. Salich syn de
dooden die in den Heere sterven want dj rusten van haren ArbeyL
Kz. Schild met lauwerkrans waarop in zes regels: Anno 1656
den 12 Aprilt is in den Heere gerust B' eerbare Magdalena van
Leeuwen, Huysvrouw van den E Carel van der Heyden out synde
44 jaren. Z. Mm. Ovaal 42. (Verz. P. H. van Gelder.)
1281. Op de geboorte van prins Frederik (later koning), derden
zoon van den keurvorst van Brandenburg en van prinses Louisa
Henriette van Oranje, te Koningsberg, Z. 8. 1. Gat. de Vries,
no. 1221. Vgl. Vz. bij Kohier I 345. Oelrichs, Seyler. (Verz. inr.
Jo. de Vries Jzn.).
1282. Gegeven ter gedachtenis van den trouwdach van Adriaen
van Loon en Camelia Hunthurn den 21 November 1656. Kantschrift
van den penning van P. van Abeele op het schenken van
wapen en kroon aan Amsterdam. V. L. I 254. Cat. van Cleeff II
no. 689. Cat. Tent. Amst, 1876. n«. 472, met 22 Nov. (Verz.
Mr. J°. de Vries Jzn.).
1283. 1657. v. L. II, 423. (1). In de aanteekening van». Orden
II, 710 hierop moet de laatste regel wegvallen; deze behoort bij
blz. 718, onder aan.
1284. 1657. v. L. II, 423 (2). Op de verkiezing van Willem 111
tot stadhouder van Overijssel (Gemerkt O P ) (Verz. P. H. van Gelder.)
Zal zijn van Christiaan Pfahler. Zie no. 1300.
1285. (1657) v. L. II, 423 (3) Onder den arm PVA (beele)
Revue 1853 p. 188, no. XI. v. Orden II, 711.
1288. 1657. 4 Aug. Montmedi ingenomen ook met Christianissimus
(voluit.)
1287. Als boven. Vgl v. Orden II, 712. Cat. 't Hooft n0. 694
(aldaar te lezen Montmedi voor Mons). Kz. De stedemaagd voor
Mars geknield. Omschr. Primo regis adventu. In de afsnede: Mons
Medius captus. IV August. MDCLVII (van Loon heeft 7 Aug. als
dag van de verlating der vesting door de bezetting). J. Dossier)
Verz. P. H. v. Gelder even als no. 1288).
„__ 1288. v. L. II, 428 O). Ardres ontzet enz Ook met Christianissimus
en regte afsnede der Kz. waar in op 4 regels: Arda obsi-
dione liberata et Fano St. Venantii ac Mardico captis. MDCLVII,.
1289. 1657. 18 Maart. Cat. Snouckaert no. 778 (blz. 45) 1577
QjkK,