J[posten), maar de volgende V . . . O . . . J . . . V . . . W . .. zijn
door van Loon niet aangevuld. Wie kan zulks doen?
957. v. L. II, 208. Op het jaar 1032 is t. a. p. een penning,
z. j. met het merk M B op de Yz. en ook op de Kz. (hoewel dit
laatste bij v. L. niet te zien is) opgenomen als betrekking hebbende
tot de oprigting van het Athenaeum te Amsterdam in
1632. Hoogstwaarschijnlijk is deze penning vijftig jaren later in
1682 door M. Brunner geslagen. Wij raeenen zulks te hebben
kunnen aantoonen in De Navorscher 1874,-Dl. XXIV, blz. 118—
119 en in de Revue 1875, p. 397—99, waarnaar wij verwijzen.
958. Den 2 Juni 1632 sneuvelde de tweede stadhouder van
Friesland Ernst Casimir bij het beleg van Roermond en werd
opgevolgd door zijn oudsten zoon Hendrik Casimir (I). Wij
vonden in den Gat. Swellengrebel (1844) onder n°. 1150 een penning
op de aanstelling van H. C. tot Erfstadhouder van Friesland
(zie Wagenaar, XI, 141.) »Nergens elders kwam ons dit
stuk voor”. Ubit
959. 1632. Toegangsp. tot de Amsterdamsche Kamer voor
N. Papenbroeck, bij de Vries c. s., II, p i/V III (2), blz. 34—36.
960. 1632. Als boven, ten name Lambert Pers bij Keer ? n°. ?
f. 13—75.
961. 1632. In de Navorscher VII 1857, blz. 185, werd gevraagd :
wat is een Servismeester? en door D. W. Z. t. a. p., blz. 185 geantwoord,
dat- deze post betrekking had op gelden ter inlegering
van de garnizoenen te velde in de frontiersteden') en dat dit
een belangrijke post was, blijkens een vierkante ('losange) zilveren
penning, waarop staat: »Seruys geldt bynnen Nemegen den 25 Sept.
1632. Op den anderen kant zijn drie wapens aan een snoer
hangende en wel zegt D. W. Z. (Jan van Dam) (Dirk Willemszoon f)
zooals ik meen van Amsterdam, Nijmegen en Woerden. — Wijlen
W. J. de Voogt bezat (18^71) daarvan eene afteekening, ontvangen
van G. van Dam. Jhr. M. A. Snoeck te. ’s Hertogenbosch beschreef
ons een dergelijken penning.
962. Vierkant, zilver. Vz.: Een krijgsman ten voeten uit, met
geweer en zwaard, regts het wapen van Nijmegen, links het wa*
0 Vgl. Nav. t. a. p., blz. 239.
pen van. . .? Boven: Antony Qrynen. Kz : Het | Servysgelt | Gekregen
Inde | Stat van Nimmege j Als Commandeur Wacker | onder
’it Eerste Corporaal | 'scap van Cappiteyn Backer | den Eerst j
October \ 1632. Waar schuilt n°. 961? Het stuk kwam niet voor
op de Verk. van J. v. Dam D.W.Z., Nov. 1858.
963. Ter eere van Philips, graaf van Aremberg, hertog van
Aerschot, door v. L. II, 210 op 1633 geplaatst, kan ook wel bij
zijn overlijden door V. Pet{it) gemaakt zijn Zie over dezen graveur
Pinchart, Hist., p. 47. Zonder makers naam bij P. Smidt van Gelder
n°. 1937. L, en iets kleiner K. n". 1938.
964. 1633 2 Juni. v. L. I, 211. Op het innemen van Rijnberk
(Kz. als v. I j . II, 206 op het innemen van Maastricht). Komt ook
voor met Kz. als » L. II, 168, afgebeeld door Graaf Naliuys in
de Revue 1873, pl. i, n°. 38, p. 61. P. Smidt v. Gelder n°. 1940,
v. d. Chys II, blz. 447.
965. Als boven n°. 964, maar op de Kz. een schip gegraveerd,
waaronder in een eompartement P. P. C. G. N. H. Verg. Z. 57 w.
bij P. Smidt van Gelder nc. 1941.
966. (1633) L II, 213 (13) Ter eere van den Raadsh. J. van
der Wauwére vóór en nadat hij ridder werd. v. Orden zegt, H, bl.
463, Kz. van n°. 2 als van no. 1, doch de plaatsing der woorden
verschilt: n°. 1 heeft Honesti Comes Patio, n°. 2 Comes Ratio
Honesti. Beide zijn van A. Waterloos. Zie v. Orden en Schinkel,
bl. 27 (4), Hist. Tijdschrift 1842, bl. 83 (2), Pinchart Revue, 1855,
p. 253 op 1629, Hist p. 44, z. j. (zeldzame stukken). DeP.pl. bij
Noot-Nagel, no. 357, Jamieson-Feyens n°. 623 Kzyn. v. L. II, 213 (3).
^-967. 1634 y2 Decb. v. L. II, 217 (1). Overlijden van Isabella
Clara, aartshertogin van Oostenrijk. Vz. door Montfoort gegraveerd;
de Kz. volgens Pinchart, Histoire p. 43 (4) door A. Waterloos.
Vgl. echter p. 40/5 en Revue 1852 p. 104 (IV).
968. 1634. v. L. II 221. Volgens dezen »op de onvergenoegdheid
van den Brabaatschen adeP’, doch de heer Ch. Piot schreef in
de Revue 1858, p. 88-^89, dat het omschrift van dezen legpenning
fidelis revolvtionvm exitvs (bevattende het jaarschrift 1634)
betrekking had tot het overlijden van de aartshertogen Albert en
Isabella, wier naamletters op de Kz. voorkomen. Dugniolle n°. 3886
past dien toe op de »Amnistie Générale”.