a !
■fl;.
m -
I Í
... d i I i ■
H I S T O R I
D E R
N E D E R L A N D S C H E
V O R S T E N
D E S D E R D E N D E E L S
D E R D E B O E K .
1547 moeft vervallen. Benoemende tot Uit-
'■ voerders zyner laatfte begeerte zestien
H e e ren , m eeft L ed en van zynen G eh e imen
Raad , als den Aardsbisfchop van
C an to rb e r i, den Grootkancelier , den
G ra a f van H artfort, Moederlyken Oom
van den jongen Prins E dua rd, en meer
and eren, welken tegelyk zoolang de
Raaden van zynen Opvolger zouden z y n ,
tot de zelve agtien jaaren bereikt zouwedde
van drieduizend ponden fter-
ling , totze zouden trouw en , wanneer '
ieder tienduizend ponden o f meer, zoo
’t de uitvoerders goed keurden, ten huuw
elyk zoude hebben. De Koningin,
z yn eG em a lin , zoude eene erfgaave van
drieduizend ponden in kleinoodien, en
duizend ponden in gereed g e ld , boven
’t genot van haare B ruid fcha t, onifan-
gen. Weinige dagen naa ’t beitellen
de hebben. Wyd ers moeften naa ’s Ko- deezer zaaken verzwaarde het onge-
nings dood eerft alle fchuld en, en dan mak des Konings zo o m erk elyk , dat h y ,
de gefchenken aan byzondere perfoonen
voldaan worden. T o t algemeenen
Erfgenaam zyner roerende go ed e ren ,
zilverwerk , kieinodien, g e ld , gefchut,
k ry g s tu ig , fchepen en alles dar tot de
zelven behoorde, ftelde hy zynen Zoon
Prins Eduard ; en voor zyne Dochters
Maria en Elizabet fchikte hy eene jaarvoelende
zyn einde nad eren, en be-
rouw over zyne ongercgelde leevens-
wyze betuigd h eb bend e, des nachts
tusfchen den agt- en negenentwintigften ,) r .
( i ) van Louwmaand deezes jaars z e - J ? » '“
venenveertig , den geeft gaf. Op welk
geval de nevensftaande gedenkpenning e.T'Z.
gemaakt is.
i oe naadeelig ’s Keizers
voorgaande onderneemingen
voor die van
den Hervormden Godsdienft
in Duitsland uitvielen,
echter ontfingen
de zelven in ’t jaar vyftienhonderdze-
venenveertig nog gevaarlyker fm a k ,
w e lk e , mids alles tegen li e p , hen in
de uitterfte elende d ompelde; wandt by
het uitloopen van den Veldtogt bellooten
hebbende nogmaai een Gezantfchap
naar Vrankryk en Engeland om onder-
fiand a f te vaardigen , kreeg het zelve
geen betere gevolgen dan voorheen ;
omdat H en d r ik , Koning van Engeland,
door inlandfche onluften over den
G od sd ien ft, door eene verzweering in
zyn been , en door overmaatige zwaar-
lyvigheid zich luttel met de uitheemfche
zaaken konde bemoeijen, tem e e r ,
w y l de zelve door ’t vermeerderen zy ner
kwellingen, zich tot zyne laatfte
reis b e re id d e , en onder andere
gewigtige zaaken, de opvolging in z y ne
Ryk en , die hy voor drie jaaren
door verkreege magt van ’t Parlement
ontworpen h ad t, in deezer voege be-
ktachtlgde. In den eerften rang ftelde hy
01 R. zynen Zoon Eduard ( i ) en alle des zelfs
Naakoomelingen. T e n tweede , alle
manlyke Kinderen , die h y z e lf b y de a-AnsH
toen regeerende Koningin Katarina Parr
o f by andere V ro uw en , welken hy n a a “’^ *
haar konde trouwen, mogt teelen. T e n
d e rd e , zyne oudfte Dochter Maria en
haare Naakoomelingen , onder beding,
dat deeze Prinfes niet zonder raad en
toeftemminge van de Uitvoerderen van
’s Koning! laatfte wille zoude moogen
trouwen , o f by weigering ( x ) van d e i ’-'” "™“
Kroone verftooken blyven. T e n vier-Rrfor?.
d e , zyne Dochter E lizabe t, op de zel-
ve voorwaarde als Maria. T e n vyfde,®"'p’S-
Francisca Brandon, oudfte Dochter vanle^nfft.''
zyne jongfte Zufter M ar ia, en van d e n p " ? ? ’
H e r to g van Suffolk. T e n zesd e. Eleo-
nota Brandon, jongfte Dochter van zy - Rymìr
ne gemelde Zufter. Byaldien de
melde perfoonen zonder Naakoomelingen
zouden fterven, o f hunne Naakoomelingen
kwamen te ontbreeken , dati
zou de Kroon tot de naafte Erfgenaame
overgaan, ziende op Maria de jon-
ge Koningin van Schotland, Kleindoch-
ter van ’s Konings oudfte Z ufte r Margarita.
Hierby voegende, zo o Maria o f E lt.
zabet de gemelde punten niet begeerden
te volbrengen , dan zouden de zelven
en haare Kinderen verftooken blyven
van de K ro o n e , w e lk e hierdoor
op de naaftvolgende in de fchikkinge
moeft
i ' I '
V !
.' '!
• ■I'
•'i
P'S-S74 cnj75
komng Hendrik, Wiens borftbeeld op de voorzyde geileld is , hadt zesenvyftig jaaren
geleefd, zevenenderdg jaaren en negen maanden met zooveele ibrengheidin zyne laatite na-
(i)Burneigen geregeerd , dat hy van fommigen wreed geheeten wordt; doch anderen ( i ) onifchuU
S o rm a - , omdac de zelve, in zoo gevaarlyke tyden , zyn Ryk moeft befcheruevin
men tegen de laagen van Paus Paulus den Derden, die hem reeds door eene bulle afge-
U « r Kardinaal Polus, die, hoewel ’s Konings Neef, echter alle Voriten
van Europa tegen Hendrik ophkfte , zeggende openlyk, dat het noodzaaklyker was
deezen Vorft te beftryden dan den Turk 5 des de Koning, weetende hoe de Pauzen mec
andere Koningen en Keizers gehandeld hadden , den Troon omzigtig bewaakte, door ftren-
ge ftrafien de oproerige Geeften beteugelde, en dus, met geen minder ontzag dan zyne
Voor-of Naazaaten, tot aan zynen dood hec gebied zyner Ryken, en deeze tytels welken
in den rand ftaan, voerde ; ’
H E N R IC U S V l i r , D e i G r a t ia A N G l i^ F R a n c i/e E T
H IB ernizE REX .
HENDRIK DE AGTSTE, DOOR GODS GENADE KONING
FAN ENGELAND, VAN VRAHKRTK EN TRLAND.
Uit de gemelde oorzaaken zietmen op de keerzyde Herkules^ die met geweld de Paut-
lyke Kroon en Kerklyke Sleutels van den Alcaar flaac; en dewyl de Koning geduurende
leeven zes Vrouwen getrouwd hadt, naamenlyk Katarina van Airagon, by welke zyne
Dochter Maiia geteeld was; Anna van Boelan Moeder van Elizabet; Joanna Seymour, die
uard ter waereld bragt; Anna van Kleef; Katarina Houward en Katarina Parr; van
welken de eerfte en vierde verftooten, de tweede en vyfde onthoofd waren: zoo heeft-
R r men