Ili
filili
II
»54«
ClìEuang.
van Ma-
thaeus
Ca p.V .
vers. 13.
r i)L .S e c -
kendorf
Hift. der
Reform.
III. deel
fol. 14t.
HET WOORD ONZES GODS BLTFT EEUWIG. »44«^
Wyders leellmen deeze woorden ( 1 ) van onzen Zaligmaaker in den rand ;
D A S S A L T Z D E R E R D E N . M A T th a e i y.
HET ZOUT DER AJRDE . 'MATHEUS s-
XI. De elfde, die in laateren tyd met het borftbeeld van Luther, weinig naar de ander,
zweemende, gemaakt is, heeft op de eerfte helft dit omfchrift ;
D o c t o r M A R T IN V S L V T H E R u s . Æ T a t i s LX .
d e l e e r a a r MARTIN LUTHER. ZINS OUDERDOMS LX.
Zyn jongfte Zoon , welke alleen den Stam in manlyke teigen voortplantede, en door zy,
ne Geneeskunde in groote achtinge (2 ) by verfcheidene Keurvorften raakte, wordt op de
andere helft, doch te onrecht met het Guldevlies aan den hals, afgebeeld .gevonden, om.
zoomd door deeze letteren ;
P a u l u s L u t e e r u s D o c t o r M e d i c i n a e . Æ T A t i s X LH .
A N no M D L X X IH I .
PAULUS LUTHER LEERAAR DER GENEESKUNDE. ZINS
OUDERDOMS XLH. IN T JAAR MDLXXIH I .
XII. Op
,74« XII. Op de voorzyde van den twaaifden is Luther, met den Leeraars tabbaard om 1 7 .5
------- - t lyf, en het meergemelde omfchrift, afgebeeld ; en op de agterzyde ftaat deeze zyne ge- — "
C,)Efija woone ( i ) ßybelfpreuk; ^
Qp.
XXX.
vers, i j i IN S I L E N T I O E T S P E E R I T F O R T I T V D O V E S T R A .
ESA I rE XXX.
I n STILHEID E n HOOPE ZAL UWE STERKTE ZIN.
ESAJA XXX.
XIII. De derdende vertoont op het eerfte deel diergelyke borftftuk, beflooten bllineh
een randfchrift, m 't welke by misflag een 7. voor een 4. in ’t jaartal gefteld is ;
MA R T IN V S L V T H E R V S D O C T O R , N A T V S 10 N O V EM BRI
S A n n o 1783.
MARTIN LUTHER LEERAAR, GEBOOREN DEN TIENDEN
VAN SLAGTMAAND IN T JAAR .783.
Het opfchrift, dat op het andere deel gefteld i s , wyft het jaar van zyn fterven door
groote telletters aan, en heeft deezen zin ;•
e C C e n V n C M o r I t V e I V s t V s I n p a C e C h r I s t I
e X I t V t V t o e t b e a t o .
Z I E NU STERFT DE REGTFAARDIGE IN DEN FREEDE FAN
KRISTUS MET EENEN FERZEKERDEN EN ZA L IC EN UITGANG.
X IV . Het borftbeeld, dat op de eerfte helft van den veertienden gevonden wordt
fchynt naa eenen dooden gefflaaltt te zyn , en moogelyk naar een der twee afbeeldfelen ,
“ fl“ ” van Hai, naa ’t overly-
. Hi«. 3er fl“ " fl“ ‘ L “ ™»» , gemaakt wierden ; het heeft geene letterlyke verklaaring : maar op de
f i f f a i vmdtmen in ’t vlak dit tyddicht van zynen dood gefteld ;
fol. 119.
NONA Bi s o b s C V eo L V X e e b r V a C o n s t I t I t
o r t V , I n p a t r Io V t M o r e r I s C L a r e
L V t h e r o s o L o. '
FERMJARDE LUTHER GI STERF T IN UW FADERLAND,
ZOO ALS HET. LICHT DEN AGTTIENDEN FAN SPROKKELMAAND
UIT DE DUI STERNI SSE OPGING.
In den buitenkring leeftmen deeze woorden, met welken Luther zynen God, op het uit-
l3)Euang.terfte liggende, aanriep , en naar die van den ftervenden Heiland (3 ) gevolgd zyn;
rers. 46. IN MANVS T V A S C OMME N D O S P IR I T VM MEVM,
R E D EMI S T I ME, D E V S V E R I T A T I S .
IN UWE HANDEN BEFEEL E IK MINEN GEEST, GOD
d e r WAARHEID, GT HEBT MT FRIGEKOGT
LI 2 XV. Op