ì,;.
Ejl'l
! ’* ' !# .
iri
liH
I f / i ' l
It
,li'i ¡ti.:
i r i ' i f f eaiJi ' ! , :
i r » i 'lf i ’ :!? )
I * . , : i
'fteijiSteiJliil"
II ■' . I i,!|i if JiS/ I
I f f ! deel is het ziimeheeld van den Keizer, de twee pjlaaren van Herkules, binnen eenenkrans, 1552
•' en deeze zjne fpreuk geileld; ' , '
P L V S O V T R E .
N O G V E R D E R .
III. De gemelde Overwinning is weder op het vooriluk van den derden afgebeeld; en,
om de wakkerheid der Landvoogdesfe in ’t bewaaken der Nederlanden aan te wyzen, wordc
op het agteriluk een Kraanvogel gevonden , welke , omdat de llaap hem niet zoude overvallen
, met eenen kei in den eenen klaauw op de wagt llaat, en dierhalven leellmen nevens
den zelven dit omfchrFt ;
V I G I L A T E .
W A A K T .
( . ) Die
nieuwe
Chron.
vanßrab.
fo l T it.e i
Hift.van
Eiikhui-
zen door
Brandt
rag. 7 3 -
D e waakzaamheid der Landvoogdesfe
bleek inzonderheid in dit ja ar; wandt
in den aanvang van het zelve , kwaad
vermoeden ontftaan zynde o f zich her-
en derw'aart verraaders ( i ) verftooken
hadden, wierdt in de Nederlanden om-
zigtige orde gefteld , en tot ontdekkinge
der z e lv en , in de Steden aan
alle Herbergieren bevoolen des avonds
de naamen , woonplaatfen en handelingen
, van die by hen ter herberge
kw am en , den Schout fchriftlyk op te
geeven. O o k wierdt openlyk afgelee-
z e n , dat de B urg er s , als de k lo k te
wapen k le p te , zich met hun geweer
op hunne beftemde hoefflagen o f wy-
Uen moeften laaten v in d en , en daar |
niet zonder laft der Overigheid van
daan tr e k k en , op verbeurte van drie
ponden. Hierenboven hadtmen in Nederland
, en voornaamenlyk in H o llan d ,
uit vreeze voor de Franfche "Zeeroo-
(I) Veliv! v e r s , eerft een verbod (2) gedaan van
niet naar ’t Ooften o f Weften te vaaren
; en k ort hiernaa door een Plak-
kaat b evo olen, dat de fchepen , die
vaaren w ild en , met zeker getal van
volk , gefchut en voorraad van oorlog
vo o rz ien , en in zekere bepaalde menigte
by elkanderen weezen moeften, aleer die
mogten uitloopen. Om deeze reden
vergaderden de Koopvaarders uit Vlaandre
, B rab an t, Holland en Zeeland
Chron.
van
Hoorn
pag. 14Ó.
byeen, en voeren, zevenenzeventig H ulken
( 3 ) fterk zynde; met andere groo-fJ) Dit
te Oorlogfchepen, onder het geleiden ¿hlöl
van den Bevelhebber A d o lf van B o r - ? 1? * '
gonje Heer van Wa ck ene , naar Calls
Malis in Spanje, en kwamen in ’t zelv
e ja a r , nevens andere fchepen , ryk
gelaaden weder voorfpoedig in Z e e land.
,
Z o o gelukkig als deeze zaaken in
Nederland , zoo ongelukkig liepen die
van den K e iz e r ; wandt Keurvorft Maurits
, de verlosfing van den L an d graa f,
het beflisfen van den twift om den
Godsdienft , de regte fchikking tot de
gemeene welva art, den vreede met den
Koning van V r a n k r y k , en de onthef-
fing van die in den ban waren , van
den Roomfchkoning ( 4 ) te Lints v o r - (4) sid*.
derende , kreeg op alle punten gunftig ” '?™t
antwoord , onder b e d in g , dar het ge- stit« Re-
weer ftraks afgelegd zoude worden. Rdp?ig.
D e Keurvorft, zich met zyne B on d g e -’ ^"*''"*'
nooteh hierover willende beraaden, beftemde
met den Roomfchkoning eene
nadere byeenkoomft tegens den vyfentwintigften
van Bloeimaand te Pasfau ,
I om , ware ’t moogelyk de zaak geheel
te voltooijen. A ls hierentusfchen de
‘ Bondgenooten de Stad Ulm te vergeefs
belegerd , het omleggende L an d verwoe
ft, den Bisfchop van Augsburg ver-
' dreeven , den Paltsgraaf O tto Hendrik
1 0 2 drik in des zelfs afgenoomene Landen
h e r fte ld , en in hun verbond ontfangen
hadden , heeft de Roomfchk oning
van hen een beftand , van den
zesentwintigften van Bloeimaand tot
den agtften van Weidemaand, verkreegen.
Naauwlyks was dit in gew illigd , en
de Roomfchkoning naar zynen Broed
e r , om den zelven verflag van den
handel te d o e n , vertrokken , o f Keurvorft
Maurits kreeg op den K e iz e r ,
d o o r ’ t haaftige verzaamelen van krygs benden,
een kwaad vermoeden; dierhalven
trok h y , op den raad van den
Franfchen G e z an t, ftraks de krygsmagt
der Verbondenen byeen , en met de
zelve naar ’ t Tiro lfche gebergte. H o e w
e l de Keurvorft, omtrent Fiesfen koomende,
door zyne verfpieders vernam,
dat de doorgangen der beigen alom
fterk bezet waren , echter trok hy met
g eweld door de en g c e , verlloeg de
Keizerlyke be ze ttin g , verdreef aldaar
de verzaamelde benden, en overweldig-
(OChroi. d e , den negentienden C t ) van Bloeimaand
, het fterke Slot Erenberg. Dus
met ongemeene vaardigheid voort naar
Infprug ftappende, en cot op twee mylen
aan die Stad genaderd z yn d e , bragt
hy den Keizer zulken fchrik op ’t ly f ,
Sienfce
MS.
tnskidi-dat dees ( 2 ) zich in der yl zonder orvjnChrift.
Comment,
z ie k t e , in den donkeren nacht door
’c gebergte op de vlugt b e g a f, en vol smtuRe-
vreeze gevolgd van den Roomfchko- R^ip^pgg.
ning en eenigen zyner Hovelingen naar 767-&
• r-n . r™ . . . y . . Slruvii V illach , eene btad in Kannte , week. Corpus
Kort te vooren hade h y , ziende waar
de zaaken heen liepen, den g e v a n g e n 'rpm.n.
r r r. 1 r 1 v* i fol. IC67. H ertog van baklen Jan h red enk vry-
gelaaten, opdat de vyanden zich des
zelfs verlosfing niet tot eer mogten rekenen;
de mec eenen draagzetel » mids zyne | heefr.
doch dees,geene ontilaaging begeerende
, volgde dierhalven den Keizer
agternaa. D e Krygsbenden der
Bondgenooten , meenende den Keizer
te verrasfen , te Infprug k oomende, en
zo o vetten vogel ontfnapt ziende, plon-
derden alles wat den Keizer , den Kardinaal
van Augsburg o f den Spanjaarden
behoorden ; maar lieten de goede-
1 ren van den Roomfchkoning en der Bürgeren
ongefchonden.
T o e n de Keizer zich uit hec grootfte
gevaar g e r e d , en te Villach in veiligheid
z a g , maakte h y , zo o door ’c fammelen
in de onderhandelingen, als door
’ t vergaderen van eene meenigte Krygsknegten
, zich eerlang zoo ontzaglyk ,
dat hy voor de aanvallen van den Keurvorft
van Sakfen nochKoning vanVrank-
ry k niet meer vreesde, en het is op deeze
merkwaardige behoudenis dat de nevensftaande
penning zyne beirekking
I-Iet mansbeeld , dat op het eerfte deel gefteld i s , en door een Zeegedrogt van de
eene, en door eenen Leeuw van de andere zyde aangevogten, maar t’evens door eene
hand uit de wolken gered wordt, verbeeidt den Keizer, wiens verlosfing uit het gevaar
opfchrift van het andere deel, dat uit twee verfchillende Harpzangen (3 ) faamen
XXII. gefteld is, dus nader verklaard wordc:
vers. 14.
Pfalm.
cxxxviii
I L O N T O V V E R T L E V R G V E V L E C O N T R E M O Y , E T
T A D E X T R E ME T I E N T F E RM E ,
z r HE B B EN HUNNEN MU I L T EGEN MT OPGE S F ERRE T ,
EN UWE REGT ERHAND B EHOÜ DT MT.
D d d d 2 Dc
- i i 'i
V"
■ Iftel- L