|l3 ..
tliâ'
Li “11*
if'
.«Ulti.
1« u lii
Ili; if" '"
11, Byna het zelve borftbeeld , maar met de andere wang voorgekeerd , en het zelve
omfchrift ftaat op de eerile helft van den tweeden , en hoewel de tytel van Koninginne
van Boheme by haar afbeeldfel gelleid i s , echter dunkt my dat de andere helft laater, en
naadat haar Gemaal Keizer geworden was , gemaaltt is ; wandt binnen eenen fierlyken
krans zietmen hier niet alleen de Boheemfche en 1 lungarifche , maar zelf de Keizerlyke
Kroon , e n , omdat dc deugdzaame Vorftin niet aan het aardfclie bleef hangen , maar haare
hoope op de Hemelfche Kroone geveftigd hadt , heeftmen wat -hooger zoodaanige Kroon
door verfcheidene Starren afgebeeld, ruftende op den Regenboog, het zienlyke teken van
-t Verbond, ’t gene God met den menfeh Ireeft opgeregt; dierhalven verklaard door deeze
Sprenk;
S O L A S P E S M E A .
A L L E E N M T N E H O O P E .
IJSl j
' (,) m
CoiBiCh
e e ten , heefc C aila ld u s , met dit inzigt
tot Claufenburg doorgedrongen
z y n d e , eindelyk de Koningin zooverre
geperft, dat zy de aanbieding van den
Roomfchkoning gedwongen was te ontfangen
: hierop de Kroon, Schepter en
andere tekens van de Koninglyke waardigheid
, die haar Egtgenoot Jan van
Zapoli van Hungarie bezeten had t, aan
( I ) Caftaldus, te gelyk met de aanfpraak
op dat R y k en de Heerfchap-
pye van Zevenbergen overgegeeven heb- fun. iui
bende, is zy geheel neerilagtig met h a a - g j 'g ;
ren Z o o n naar C as fo vie , en vervolgens Tiiuani
„ 2 0 . . t . Hift.Tom.
naar haaren Broeder Sigismund Augus-i.foi. 171:
tus , Koning van P o o ien , g ew e e k en ;
laatende den Veldheer Caftaldus Meefter
van Z e v enbergen, tot Wiens lo f de
volgende gedenkpenningen op deeze ver«
rigting gemaakt zyn.
In deeze ontfteltenlsfen van Europa
hadt de T urk fch e Keizer Soliman geen
gering d e e l, vergramd zynde op den
Keizer over hec neemen van de Stad
Afrik a , en op den Roomfchkoning
over het bemageigen van ganfch Z e venbergen
, van ’t welke ik de oor-
fprong hier kortlyk zal verhaalen. Naadat
de Wed uw van Jan van Zapoli
Ifabella, die den tytel van Koninginne
van Hungarie voerde, door den T u rk fchen
Keizer in ’c gebied van Z ev enbergen
gefteld w a s , hadt G eorg Mar-
tinufius,Bisfchop van Waradyn, die ook
d e Monnik genaamd w o r d t , byna al
’ t gezag aan zich g e tro k k e n , en 200
weinig onderhoud en vermögen aan de
( 0 Hift. Koninginne ( i ) overgelaaten ; dat zy
gedrongen wierdt hierover te klaagen
aan Soliman, welke den Bisfchop dreigde
byaldien de zelve niet beter met de
Vorftinne handelde , dat hy den zelven
van het Ampt ontblooten en ftraffen
zoude. De Myterdraager vreezende
voor de gevolgen van deeze bedreiging
e, wendde zich tot d enR o om fch koning
Ferdinand , beloovende dien
Meefter van ganfch Zevenbergen te
maaken, indien de zelve hem een magtig
L e g e r , om den T ü rk en hec hoofd te
können bieden , wilde te hulp zenden.
Maar de Koningin Ifabella de lugt
van deeze onderhandelinge krygende ,
verzogt den Basfa van Buda tot onderftand
, di'Jn te gelyk vermaanende om
zich van den Bisfchop Martinufius,
des Turcs
par Vancl
T om .I I .
pag. 483.
& fe q .
’c zy leevendig o f dood te verzekeren^
Als zulks tot kennis van den Kerkvoogd
k w am , week dees naar Mulenbach
, bragt vierduizend Bulgaaren op
de been, en verzogt fpoedig onderftand
van den Roomfchkoning.
Wanneer deeze opgeraapte benden
reeds eenige vyandlykheid over en w eder
gepleegd had den, en de Bisfchop
zich niet beftendig z a g , is h y , mids
de Koningin zich ook niet veel op de
T ürk en v ertrouw d e, ligtlyk met haar
verzoend geworden. Onaangezien die
v erdrag, hieldt de Bisfchop echter goed
verftand met den Roomfchk oning , die
eindelyk in die jaar een magtig Le g e r
naar Zevenbergen afvaardigde, onder
het Oppergebied van den Keizerlyken
( i ) Veldoverften Jan Batifta Caftaldus,fel
een wakker Krygsheld, welke met eeni- HirS
ge Spaanfche en Italiaanfche Benden ,
door den Keizer naar Hungarie gezon-fci-
den was om den R oom fchk on in g, die
zulks verzogt h a d t , te helpen. Dees
orde krygende om zieh met den Bisfchop
te beraaden, en , ware ’c moogely
k , de Koningin tedringen tot den afiland
niet alleen van ’r gemelde G e weft
, maar z e lf van haaren eifch op
Hungarie, ’t z y voor eene jaarlykfche in-
koomße van vyfentwintigduizend Kroonen
voor haaren Z o o n , en honderdduizend
voor haare huuwelyksgaave,
o f door een huuwelyk van zyne Dochter
Joanna met haaren eenigen Z o o n
Jan Sigismund, voorheen Stephanus ge-
hce-
I. Dees , een Napolitaan , Graaf van ( 2 ) Piaden a, en door den Keizer tot Markgraaf
van Casfano verheven, hade voorheen den Keizer in verfcheidene oorlogen in Italie en in
Nederland gediend: en thans het zwaard voor den Roomfchkoning en voor des zelts ^oon
Maximiliaan voerende, leeftmen dierhalven rondom zyn borftbeeld , dat op de voorzyde
van den eerilen i la a t , deeze tytels ;
I O a n n e s B A i t i s t a C A S t a l d u s C A R o l i V . C A E S a k i s , F E R Din
a n d i R O i.i a n o e d .1 R E G i s . E T B O E m i® R E g is
E X E R C I T udji D V X .
J A N BAP T I S T A CASTALDUS V E LDHE E R VAN K E I Z E R KA-
R E L DEN VT FDEN, VAN FERDINAND KONING DER
R O M E l N E N , E N VAN DEN KONING VAN
BOHEME .
Op de keerzyde zietmen, nevens den voornaamften Stroom, doorpven b e rg en loop?
en # U R U S C I U S , by de Duitfen M E R I S C H geheeten is , h f 8"“ * ?
fchap , in de gedaante eener Vrouwe, by een teken van Overwinninge bggen houdend
de Kroon in de eene, en moogelyk den Schepter, weike op den P“ “ "® L # ? “ ?
was , in de regterhand, om die den Roomfchkoning over te geeven , hebbende dit randfchrift
;
/ i / . Deel Z z z T R A N r i
te;r "