m
i m :
fcj
Î Î ' I
1549 I Het lettermerk der Landvoogdesfe Maria wordt, op de voorzyde van den eerften, door
eene hand die uit de Wolken voortkoomt, en niet duifterlyk ’s Keizers vermoogen te ken-
(,)E&ii nen geeft, gedekt, en dierhalven door deeze Bjbelfpreuk ( i ) omzoomd gevonden;
Cip .
X L IX .
M AN V S D OM IN I P R O T E G A T ME. *549,
DAT DE HAND DES HEEREN MT BESCHERUE. i« ? -
Het gekroonde Ruitwapen der Landvoogdesfe, dat op de keerzyde door den Keizerlyken
Arend befchermd wordt, heeft in het eerfte deel het wapen van haaren gefneuvelden Ge/
maalLodewyk, Koning van Hungarie en Boheme; in het andere deel dat van haaren Stam,
(«p&Im en in den rand deeze uit de Harpzangen (2 ) ontleende woorden;
XV II .
SV B VM B R A A L A R V M T V A R V M P R O T E G E ME.
SESCHERM MT ONDER DE SCHADUWE ÜWER
FLEUGELEN.
II Rondom den gekroonden tweekoppigen Arend, die alleenlyk op het voorftuk van den
tweeden geileld i s , “ leeftmen byna het zelve , doch op een meerder getal toegepafte om-
fchrift ;
SV B VM B R A A L A R V M T V A R V M P R O T E G E NOS.
EESCHERM ONS ONDER DE SCADUWE ÜWER
FLEUGELEN.
Op het ruggeftuk zietmen de wapens van Ooftenryk, Borgonje en Nederland in een
fchild vergaderd,en met de Aartshertoglyke Kroone gedekt, hebbende deezen letterzoom;
G E C T O IR S P O V R L E B V R E A V D E S F IN A N C E S . 4?.
REKENPENNINGEN FOOR DE KAMER DER CELD-
MIDDELEN. 49.
IJ49 De Keizer hadt die van Nimmegen,
-------' niet alleen door vriendlyke brieven ,
maar ze lf door zynen Geheimfchryver
(,)Chron. Kriftoffel Pyramius, ( i ) met groote be-
S S “ leefdheid aan zyne zyd e gek re e g en ,
• ''e rk laa rd e, dat die Stad eene
pig. I'l- der voornaamfte zyner Erfnederlanden
was ; des die van N immegen, door
Keizerlyke uitfpraak in hun oude ge-
Naauwlyks hadt de Keizer zyn oogmerk
in Holland b e r e ik t , o f hy tragtte
ook die van Gelderland cn Zutfeen,
welken de zaak langft fleepende hielden,
tot zyn voorneemen te beweegen,
hen onder anderen verzekerende , dat
Gelderland en Zutfeen voortaan, op geen
andere w y z e dan de Borgonfche K re its ,
met het R y k vereenigd zouden worden ,
(3)Siidi- en niet dan hun behooreIyk(3) deel inde
G°u Ge- fchattinge van Duitsland, dus in de honderdduizend
guldens niet meer dan drieduizend
Goudguldens, zouden opbrengen.
Des die van Gelder en Z utfeen, naa
lang beraad , eindelyk het verdrag met
Duitsland, in ’t begin van Weidemaand,
fchied.
fol. 48z.
( 4 ) bekrachtigden; het welke o o k , vol- (4) Q»
gens de beloften van den Keizer , door
vier der voornaamfte Geeftlyken, door
vier Edellieden en even zooveele Steden, nraae
in den naam van alle Nederlanderen, ter
verzekeringe der Duitfen gedaan wierdt;
gelyk ik onder de Brabandlche brieven
bevinde, dat de gemelde handel, den vyfden
( 5 ) dier maand, ondertekend, e n fj’ Chv
bezegeld is door de Bisfehoppen van U- j “ ? .
trecht, Doornik , en Atrecht
A b t van S*. Pieter te Gend
en denyi"»” - de m de
door de tweede
Graaven van E gmond, Reu lx en Hoogftraate,
en den Heer van R e i je ; midsgaders
door de Steden van L o v e n , Nimmegen,
G end en Dordrecht.
De
voelen , dat hunne Stad de oudfte en 1549
eerfte der Batavieren was , dat voor- “
heen de Koningen en Keizers hunnen
Z e te l aldaar geveftigd had den, en zy
voorheen ook Led en van het Keizet-
ryk geweeft waren, thans verfterkt,by
dit geval den nevensftaanden penning,
naar myne gedachten, tot roem hunner
Oudheid gemaakt hebben.
(fl Bèvan
Niiii*
KCgcn
door H.K.
Arldee
pag.iiSi
Het wapen der Stad, dat op het eerile deel gefteld i s , voert een goud Veld , beiaa.a
den met den zwanen Keizerlyken Arend, op wiens botll de Gelderfche Leeuw gezien
wordt; weiken Arend zy van Willem (2 ) Roomfchkoning en Graaf van Holland, toen hy
de Stad aan Otto den Tweeden Graaf van Gelder, omtrent het midden der deriiende
Eeuwe, verpand hadt, zouden verkreegen hebben ; draagende moogelyk ook om deeze reden
[3)Chrbn.
van Nim-
megen
door J.
Smetius
Fg-9.
, of omdatze altyd voor een Ryksftad erkend is , de Keizerlyke Kroon. Op het andere
deel is Keizer Karel de Groote , met zyne praalfteraaden op den Troon zittende, afgefchetft,
omdat dees zyn Hof te Nimmegen ftigtte; wandt naadat de Romeinen deeze Landen
verlaaten hadden , is Nimmegen (3 ) in het Verbond der Batavieren en Vranken gebleeven
, en federt den Koningen van ’t Oollvrankifche Ryk of Keizeren onderdaanig geweeft.
Keizer Karel de Groote heeft het Hof, cen oud werk der Batavieren, herbouwd,
en het zelve tot een gemeen Paleis des Ryks gehouden , en aldaar, gelyk ook veele Keizers
naa hem , de Rykszaaken verhandeld ; uit deeze oorzaake vmdtmen , dat de Duitfche
Keizers de verfchillen, in en om de Nederlanden voorgevallen, hiet dikwylen berecht heb/
ben: en vermids Keizer Karel den grondflag van dit werk gelegt hadt, en zy nu weder door
eenen anderen Keizer Karel onder ’t Duitfche Ryk gebragt, cn met zooveel eer gehandeld
waren , leeftmen in den eenen en anderen letterzoom deezen zin;
N O V IM A G üm B A T A V O R u u C A P V T , S E D E S (1ue R E G IA
E T P O S T E A FR AN C o k um REG um ,
N E C N O N R E G A L I S IM P E R I i S E D E S A C A R O L O MA-
G N O C O N S T IT V T A .
NIMMEGEN HET HOOFD DER BATAFIEREN, EN DE KQ-
NINGLTKE ZETEL , EN NAA DIEN TTD FAN DE FRAN-.
SCHE KONINGEN, ALS OOK FAN KAREL DEN GROOTEN
TOT DEN ZETEL DES KONINGLTKEN
GEBIEDS FASTGESTELD.
I i i 2 HISTO