i
r ii
I r i ;
q; ;
¡ i f ¡1; lii-j
iri
. P I E T E R MJ R T T R EEi^ I T J L I A A N FAN F L O R E N Z E , GODG
E L E E R D E , HO O G L E E R A A R DER H E I L I G E L E T T E R E N
IN DE HOOGESCHOOLE F A N Z U R I C H , I S A L DA
AR GE S TO RF EN IN T J A A R ONZE S HEER
EN 1762. ZTNS OUDERDOMS (ij.
1^4? Ondertusfchen hieldt de K e iz e r , ge-
' " hoond door ’ c vervoeren der Kerkvergaderinge
, niet alleen by den P a u s ,
maar ook , door François Vargas en
Martyn Velascus, ( 1 } by de Vaders te
ment. de Boulonjc tot het verleggCD der Kerk-
vergaderinge aan, zeggende , datze geen
6c'&fe^' hadden om de zelve , buiten
kennisfe van den Befchermer der Kerk
e , naar eene andere plaats over te
brengen, en dat al het nadeel, ’t gene
hieruit zoude koomen, aan hen te wy-
ten vvaN als hierop de Vaders betuig-
den welgedaan te hebben, en datze
geen vvaereldlyke Overigheid onderdaanig
waren , wyl de Keizer wel een
Z o o n maar geen H eer en Meeiler der
Kerke w a s , datze hun doen dierhalven
aan niemand anders dan aan G o d
en den Paus zouden verantwoorden ,
heeft de Keizer door zynen Gezant te
R om e gerechtlyk voor den P au s , de
Kardinaalen en Gezanten der uitheemfche
Vo r ften , doen verklaaren, dat de
vergadering te Boulonje nietig en on-
beraamelyk w a s , en dat alles ’t gene
’er verhandeld wierdt van geene waarde
zoude zyn.
Niettegenftaande deeze beruiging van
den Keizer bleef de P a u s , waanende
2yne magt en eere door ’c veränderen
zyner voorgaande befluiten te krenken,
onverzettelyk, des de K e ize r , zich verftooken
ziende van ’t gene hy recht-
vaardig dacht te zyn , grootelyks mis-
n o e g d , al zyne zinnen fpitfte om een
middel tot het maaiigen der verdeeldheid
uit te d en k en , ’t welke beide de
partyen eeniger w y ze mogt voldoen ;
dierhalven vondt hy geen beter , dan
door drie Geleerden Julius Phlug, Mi-
chael H e ld ( z ) en Jan Agricola van
L- i^epn. Kîjjieben, fchikking over alle twis-
Maim- tingen in den Godsdienft te doen opfte
llen , en de zelven zoolang in ftand bourg
te houden , tot de Ke rk verg ad ering ,
wegens hec regtzinnige G e lo o f omtrenc
de verfchillende punten , een nader befluit
gemaakt zoude hebben ; en dewyl
zyne Majefteit altyd groote eerbied
voor den Paus betoonde , ftuurde
hy den zelven ook hec on tw e rp, zoodra
het zelve opgefteld was. Dit fchrift
wierdt flraks van zyne Heiligheid met
twee aanmerkingen terugge g e zon d en ;
de eene over het huuwelyk der Priefteren
, en de andere over ’c gebruik
van ’t Nachtmaal der L e e k en onder
beide de gedaanten, verklaarende, mils
die tegen de inftellingen en gewoonten
der Ke rke ftre ed en , en de Keizer tot
het veränderen van den ( i ) Godsdienft rslHift.dü
niet gevoegd was, zulks niet te können par l . ^
inwilligen.
Onaangezien deezen tegenftand, deedt Tom.n.
de Keizer het fchrift aan de Ryksve r-
gaderinge als een foort van een gebod
beitellen, voor het w e lk e , naa hec o-
penlyk geleezen w a s , de Keurvorft van
Ments zyne Majefteit uic den naam van
alle Stenden, zonder hunnen laft , geheel
ootmoedig bedankte : voorts beval
de K e iz e r , dat het zoo in ’t La tyn als
Hoogduits gedrukt en alom afgekondigd
zoude worden als een voorfchrift
des Gelo ofs, gemaakt ad interim, onder-
'wylen , toe aan de uitwvzing van de
Kerkvergaderinge ; omdatmen in hec
zelve v a ilile ld e , ’t gene men omtrenc
de p unten, welken tusfchen beide de
partyen betwill wierden »gelooven moeft.
Hierdoor was ’c den Priefteren geoor-
loft te moogen trouw en , en den Le ek en
den beker in de Gemeenfchap te gebruiken
, ftrydende tegen de oude inftellingen
, maar de andere L ed en kw amen
overeen met de Le e re der Roomfche
Kerke. D it verwekte niet uneinig
1J18 gemompels ( 1 ) onder de Roomfchge - der Kerke zouden blyven,en devervreem-
IT zinden, even o f de Keizer den Gods- | de Kerklyke en Kloofterlyke (i) Ht-is goederen
Hifl-vm dienft wilde veränderen ; doch zyne
Majefteit betoonde , dat zulks niet den
P’S ’®'' R oomfchg e zind en, aan welken hy de
oude gewoonte v r y lie t , maar alleenlyk
den Lutheraanen b e tro f, die hy door
dit middel weder in de fchoot der
Kerke poogde te brengen, willende dat
zulks in de inftellinge gevoegd wierdt,
dat de Roomfchgezinden in de eenigheid
wede r gegeeven zouden worden. D o o r
dit middel, 't gene noch den een noch
den ander behaagde, en niet dan met
geweld ingevoerd kon w ord en, raakten
niet alleen veele Geeften, met het befpot-
ten en hekelen van dit w e r k , maar ook
eenige Konftenaars gaande, van weike
laatften de twee volgende penningen op
deezen handel gemaaakt zyn.
1. Op de voorzyde van den eerilen deezer penningen, diemen meent dat te Maagden;
burg gemunt zyn , is Jefus I&iftiis nevens een dtiekoppig gedrogt afgebeeld , zinfpeelen-
de , zoo eenigen ( i ) willen, op de drievoudige bezoeking van onzen Zaligmaaker door den
Duivel. Anderen (3 ) oordeelen, dat de drie hoofden betrekkelyk zyn op de .drie Schryvers
van het mtirim Julius Piling, Michael Held, en Jan Agricola van Eisleben; of op de drie-
voiidige magt van den Pans, aangeblaazen door het hoofd van cen monfter , dat zich onder
aan het lyf vertoont: hoe het zy, men vindt tot verklaaring deeze woorden, ten deele
uit de Heilige bladeren (4 ) getrokken, in den rand;
P A C K E D i c u S A T H A N , D V IN T E R IM .
MA A K U WEG SA THAN, G T INT ERIM.
li it deeze verbeeldinge en letteren is ligtlyk op te maaken , welke finaak de Drntfen in
deezen handel vonden ; en uit de keerzyde , wien zy meenden te volgen; met het gemelde
wurim, maar den Zaligmaaker, die ’er op verbeeld ftaat, op welken, terwyl hy
van Johannes gedoopt wierdt, de Heilige Geeft in de gedaante van eene Dnive nederdaal-
(1) Ehren
Gedaclit-
iiis Luthe
li durch
Chr. Juncker
pag. 337-
(3) Muntz
bibel
darcliChr.
Schlegeln,
pag. 314.
(4JEuarigi
van Mat-
theus Cap.
IV. vet*.
(s)1!»ii,5. d e , met deeze ( y ) woorden, die uit de wolken voortkwamen , en Her m den rand ge-
XVII.
veis. 5
D I T IS MIN L E V E s S O N , D E N S o l t G I H O k e n .
DEES IS MTN L I E F E Z O O N , D I E N Z U L T GT HOOREN.
I l l Diet. C c c II'
r i i ::i' , .
S“ , ;
ri
1 ÌL . .,5,'
a .
i f