i
1559 ren. D e Vorftin antwoordde , datze
' deeze voorrechten by het Parlement
van M e ch e le , o f in den Geheimen Raad
des Keizers te Brusfel, zoude doen on-
derzoeken ; maar dat de Stad Gend ,
zo o ze haare gevangene Stedelingen ver-
losfen wilde , ondertusfchen betaalen
moeft.
D it bragt de muite lingen, welken
m o rd e n , dat het Nederlandfche geld
buiten ’t L an d aan den Keizer en
Roomfchkoning gezonden , en de
Krygsknegt niet betaald w ie r d t , aan 't
hollen , zulks z y door hunne Gezanten
die van Brngge , Y p e r e , en ’ t
V r y e , heimelyk tot onderlinge verbintenis
tegen d e gemelde fchatting aan-
z o g te n , en , hoewel niemand der zelven
zieh in deeze faamenfpanning dorft
w'ikkelen, echter volhardden de G end tenaars
in ’ t w ede rftre even, en vernee- 1
tuende dat de Ke izer geen acht flo eg ■
op hunne b ew y s red en , noch aanbie-
dingen van naar oude gewoonte eenige
Krygsknegten te onde rhouden, noch
op hunne klachten over de groote fchatten
, w e lk e hy federt den aanvang zyns
Gebieds uit Viaandre getrokken h a d t ,
betoopende omtrent negenenvyftighon-
*'^\VJ°^ detdduizend ( 1 ) guldens , geen an-
rdddoor der antwoord uit Spanje zondt , dan
Mcetbeek dat zyne Majefteit b e g e e rd e , datze de
fol. 117. Landvoogdesfe als zyn eigen perfoon
zouden gehoorzaamen, en by weige-
ring hen voor Wederfpannelingen zou-
(i) Dio de houden, liepen eindelyk de Gildens
Chton. den zeventienden ( i ) van Oegftmaand
7,“ faamen en tot de wapen en , dreeven
deB ed ien d en en Amptenaaren des Ke i- l y j j
z e r s , onder deezen ook de Hee ren " "
van Sempi en L i k e r k e , uit de Stad ;
anderen namenze gevangen , floegen
L e v yn P yn het hoofd a f , en maakten
zieh meefter van eenige Sloten en
Sterkten rondom de Stad ; ja z e zonden
aan den Koning ( 3 J van V ra n k - ( t) Mné-
r y k , als aan hünnen Oppervorft en ou-j^Fnicé
den Leenheer ; dien fmeekende om
hen van de harde dienftbaarheid des & Hat. a«
Ooftenrykfchen Huizen te verlosfen ; en
onder zyne befchermlng te n e em en ,
beloovende, om dit ftuk fm aaklyk erte psê-îp».
maaken, zo o de Koning hen wilde befchermen
, den zelven dan. van Viaandre
niet alleen, maar van alle Nederlanden
meefter te maaken. D o ch Koning
François verwierp d ee ze hem zo o
voordeelige aanbied ing, en g a f het byftere
voorneemen der oproerige geeflen
den Keizer te kennen, welke eindelyk
befloot , mids de reis ter Z e e te ge-
v a a r ly k , en over Duitsland te lang
w a s , den togt door V ra n k ry k te neemen
, om d us , aleer de verderflyke op-
ftand o o k andere Steden mogt befmet-
ten , in Nederland te zyn ; te m e e r ,
w y l de Landvoogdes en haare Raa-
den den Keizer tot de overkoomft ern-
ftelyk vermaanden, en dien alleen be-
kwaam achtten om , als een andere Sim-
fo n , den Gendfchen L e e uw te können
dwingen. W e lk e gedachten, myns oor-
d e e ls , doo r den volgenden rekenpen-
n in g, die in deeze verwagting door de
Nederlanders gemaakt is , beveftigd
wordt.
t j 3»>
(illl.ded yoorltuk, dat naar eenen voorheen befchreeven penning (4 ) gevolgd fchynt , ver-
lol. loj. toont Simfon, welke den Leeuw bedwingd , en dewyl den Gendtenaaren diergelyke ftraf-
fe van den Keizer boven ’t hoofd hing, zoo vindtmen, ter verbreidinge van des zelfs vermoogen
en bckwaamheid, dit Franfche rympje in den rand ;
S T E R K T E E N D J P P E R H E I D
K 0 0 M T V A N G R O O T E N A D E L .
• 53?
F O R S E I T P R O V E S s j E
V I E N T D E G R A N T N O B L E S s E.
De gekroonde pylaaren , ’s Keizers fpfeuk en het wapenfchild van Kal'tilic , die op
het agterftuk gefteld Zyn, worden door dit vervolg van ’t Voorgaande randfchrift belloos
ten ;
D E L ’E m P E R E V R C H A R L E S R O I D E C A S
T I L e E , 15357.
V A N D E N K E I Z E R K A R E L K O N l N G V A N KA-
S T I L I K , 1535.
D e Keizer, de Späanfche zaaken fchik-
k e n d e , benoemde den Kardinaal Jan
T a v e ra Bisfchop van T o le d o , en den
Grootbevelhebber C o v o s , om het R y k
in zyn afweezen te b eftieren , en gaf
ondertusfchen zynen voorgeUoomen togt
den Gezant Van Vran k ryk , en dees
wed e r den Koning te kennen; w e lk e ,
mids de K e iz e r , om den w e g te pla-
veijen , hem beloofd hadt omtrent het
(il Daniel verfchil wegens Milanen ( i ) voldoening
Frfnre' te g c c v cn , fttaks vryheid verleende ,
e n , t o t zekerheid,zoodaanige Gyzelaars
aanboodt als de Ke izer kon begeeren,
voorts dok zyne tw e e Z o o n en , den
D o lfyn en H e r to g van Orleans, met den
Coneftabel Montmorency , en een groot
g eta l Edellieden, om den Keizer te ontfangen
naar Bajonne afvaardigde. De ezen
, den Keizer in Wintermaand ter
beftemder plaatfe ontmoe tende; booden
i i c h ’s Koriings ttvee Zoonen a a n , om
zoolang in Spanje te blyven tot de
Keizer in de Nederlanden zoude zyn ;
doch de Keizer bedankte voor deeze
heu fch h e id , zegg ende geen meerdere
zekerheid dan ’t w ö o rd van zynen Broe-
der den Koning te begeeren; en ver-
volgd e zyne r e i s , met den H e e r van
Granvelle en klein g e v o lg , tot Chatel-
STERK -
raut, werwaart de Koning François otri
zyne ziekte langzaamlyk met de Konin-
ginne gekoomen was, ontfangende den
Keizer met de uitterfte v r ien d lykh e id ,
den zelven voorts geleidende naar
Amboife , alwaar zo o veele toortfen
en fakkelen op het K a fte e l, ’t gene
op eene hoogte lag , ontftooken w a ren
, dat het alom dag fcheen. Wanneer
de Keizer in den eerften toten
van het Kafteel gekoomen w a s,
is het geb ouw , ’t z y by ongeval o f
door kwäadaardighe id, in den lichten
brand f i ) g e ra a k t, en , mids de ta- (i) Mr-
pyten en andere wandiieraadcn door
de vlam aangetaft w ie rd en , ontftont ’er
ZO O geweldige r o o k , dat de Ke izer en
eenige anderen die hem verzelden, by-
na van den damp v e r ft ik k en d e , werks
genoeg vonden om dit gevaar te ont-
vlugten.
Van daar namenze faamen den w e g
over Blois en O r le an s , en koomende
te Parys wierdenze met ongemeene
deftigheid ingehaald , de Kerkers
geop end , en den gevangenen in den
naam zyner Ke izerlyk e Majefteit v ryheid
gegeeven ; ja de Koning g a f den
Keizer op een V o r ftlyk Gaftmaal de
waardigfte plaats aan de tafel. Niet-
E X te-
■ii
: il '