4« H I S T O R I D E R
G E E F MT S T ERKT E TEGEN UWE FTANDEN . 1541. 154 1
il
m
! lililí
i üil
(z ) Spreu-
ken van
Salomon
Cap,
XXVIIJ.
vers. j .
IV , Op het eerile deel van den vierden is de Keizer in ’c harnas afgebeeld , bidden»
de denAllnagtigen, die iii de wölken met eenen Waereldkloot in de hand afgefchetft is ,
t»lm om voorfpoed, met deeze woorden uit de Koninglyke ( i ) Gezangen in den rand ge.
i. iteld;
E S T O M IH I IN D E VM P R O T E C T O R E m. 154t.
ZX MT TOT E ENEN BE SCHERMGOD. 1541.
De Leeuw, die op het andere deel in eenen Hollandfchen Tuin verbeeld is, heeft eenen
flandaard , op welken weder een Leeuw gefchetll is , in de poot, moogelyk omdat de Stam
van Juda de heerfchappy in Ilraël, en dusdaanig een zinnebeeld om zyne iierkte, voerde;
hier toegepafl op het vail venrouwen en ontzaglyke vermoogen van den Keizer, en dier*
halven met deeze woorden van den wyilen der Köningen ( 2 ) bedooten ;
I V S T V S Q .V A S I L E O C O N F ID E N S E R I T .
DE R E CHT F A A R D IG E Z A L K L O E KMO E D I G G E L TK E E N
L E E U W ZTN.
(a^PJovii
Hift. Lib.
xxxx. &
Cliron.
TanChriß.
Sterniee
op 'tjaar
(A) Befchryving
v anE nk -
huize
door G.
Brandt
Í 'íi Caroli
V . Imp.
Ezped. ad
Argieram
per Nie.
Villagag.
nonem
Eq. Rhodium.
Naauwlyks hadt de Keizer zyne
Zeemagt te Majorca verzaameld, o f hy
ftak met de zelve naar de Afrikaanfche
kuft o v e r , koomende den twintigften
v anWynmaand (3) voor Algiers vondt
h y , tot zyne groote v reugd e, Bernardyn
van M e n d o z a , met de Spaanfche en
Nederlandfche fch ep en , onder welken
die van Enkhuize (4) vier groote Kar-;
veelen voor hun deel gezonden hadden
, en veelen van de eerften des
Spaanfchen A d e l s , die hem op eige
beurs in deezen togt v o lg d e n , onder
deezen Ferdinand C o r te s , z o o bekend
in de ontdekkinge van P e ru , met twee
Z o o n e n , door tegenwinden derwaart
gedreeven. Straks wierden de Voet-
kneg ten, omtrent tweeentwintigduizend,
met kleine fchuiten , onder het fcher-
mutfelen der uitvallende Mooren , aan
land g e z e t , en in drie w y k e n , ieder
onder zynen landaard verdeeld : de
Spanjaards en vrywilligen f y ) floegen
zieh , onder het gebied van Ferdinand
A lv are sv an T o le d o , H e r to g van Alba,
in de hoogte aan ’t gebergte, de Duitfen
onder den Keizer wat la a g e r , en
de Italiaanen en Ridders van Rhodas ,
onder her bevel van Camillus Colonna ,
in de vlakte by den oever der Z e e ,
neder. T e rw y l men de wyken om*
g ra av en , de Ruitery , behalven ’s Keizers
Hofg ezin , omtrent drieduizend
f t e r k , en ’t gefchut en krygstuig uit
de fchepen op ’t land brengen z o u d e ,
en de benden door de meenigvuldige
fpringreizen der T ü rk en en Mooren in
geduurige onruft gehouden wierden, ontfton
d t, den vyfentwintigften dier maand,
zo o geweldige en langduurige ( 6 J re-fflHiir.
g en , verzeld van zulken hevigen ftorm, p Ä “
dat dees alles ter neder flo e g , en fche-T'i'’ " '
pen en Galeijen op ’t ftrand wierp en ° '
in ftukken fmeet.
In deezen toeftand vielen de M o o ren
op de Kriftenen, die half i n ’ t i l y k
begraaven , en door den regen van ’t
gebruik hunner busfen verftooken waren
, ftoutmoedig aan , en bragten in
deezen fchok een groot getal der zelven
om hals o f op de v lu g t , tot Ferdinand
G on zag a de lydenden te hulpe
k w am , de overwinnenden op het ly f
v ie l, en met groote flagtinge ftede-
waart jo e g , doch zieh in het aftrek-
ken weder v e r v o lg d , veelen der z y nen
, midsze geen fchietgeweer konden
gebruiken , deerlyk fneuvelen , en
het veld met dooden bezaaid z a g ; en
’t fcheen toen, als o f het al omgekoo-
men
2541 men zoude hebben , indien de Kei-
zer met de Duitfche benden in deezen
nood den aandrang der Barbaaren niet
geftuit hadt. B y dit ongeluk floeg her
v e id e r f der V lo o t e , w y l in dien zel-
(i)P.Jo'ii ven tyd vyftien ( i ) Galeijen en meer
XX.«.'’' dan honderd zwaare fchepen door de
g'"'.iL-dZee ing ezwo lgen, en op den oever o f
Atgwram tegen elkanderen te berften geilooten
fagagnu- Wierden ; een bitter uitzien , dat den
Krygsknegten alle hoope benam , over-
midsze zieh doorweekt van ’t nat, door
den arbeid , honger en koude afg em a t,
van den voorraad der leevensmiddelen,en
oorlogsgereedfchappen te g elyk verftooken
vonden ; des ieder als verbaasd dit
weergadelooze treurfpel b efchouwde , alzoo
her ftrand en de ganfche zee met
lighaamen van menfchen en paerden, en
met ftukken van fchepen bedekt lagen ,
ja niemand kon zyne Landgenooten o f
Spitsbroeders, die met den dood wor-
ftelden en om hulp r ie p en , eenigen
dienft bewyzen , wandt die den oever
genaakten wierden zonder medelyden
van de Barbaaren vermoord.
D e K e iz e r , ziende al deeze elende ,
diemen beter bedenken dan befchry-
v en k a n , verfmolt in droefheid , des
h y , zieh eerft met Andries Doria en
vervolgens met zyne Legerhoofden beraaden
hebbende, b efloot, door gebrek
van al de noodige middelen, dien oord
tot beter gelegenheid te verlaaten , en
zyn L e g e r op de nog overgebleevene
Galeijen en vaartuigen, aan den uithoek
g van Matafufe, in te fcheepen; en hoe-
( iiv it jíiw e l Ferdinand Cortes ( 2 ) verzekerde
S s ° lif. met de Spanjaarden en de helft der
tjiioa andere Volkeren de Stad te zullen Winnen,
echter w'ierdt het b e le g , naadat
men, om den honger des volks te boe-
ten, een groot deel der paerden geilagt
en omgedeeld h a d t , opgebrooken , het
L e g e r in goede o rd e , doch met g roote
moeite, naar den gemelden uithoek
geleid, en naa eenige regenftribbelingcn
in de vervalle Stad Tip a fe nedergeflaa-
gen ; ja men vindt aangetekend , dar
(j)Chron, her gebrek aan eetwaaren toen ( } ) z o o
vanChntr. “ , , . . .
Stttnfee groot Was, dat het paardevlees met
alleen een deftig eecen voor de gemee-
III. Deel.
ne Krygsknegten, maar ook voor de aan- t5 4 i
zienlyktte Legerhoofden , ftrekte , en
zelfs in ’s Keizers keuken bereid wierdr.
Z oodra de verftrooide V lo o t , onder
welke zes Hollandfche fchepen ( 4 ) by
meid , de woedende zee bedaard JÖSfBoj-
w a s , en de Keizer geen fchepen ge-
noeg voor alle menfchen bevondt, deedt *68.
hy f tra k s , tot groote droefheid der
Spaanfche E d e llied en , al de paerden,
tot de fchoonfte T e llen to e , in zee wer-
pen ; hierop heeft h y , ftaande op den
oever met her zwaard in de vuift, eerft
de Italiaanen , voorts de D u itfers , eindelyk
de Spanjaards aan boord gezonden
, en z e lf zyn v erblyf op de G aley van
Andries Doria genoomen.
Naauwlyks was de V lo o t van Land
gevaaren o f een nieuwe ( 5 ) f lo rm ,T c™ u
weinig minder dan de voorgaande , Eepcd. ad
verftrooide de fchepen her- en der-
waart , en b eg roef fommigen onder usagno-
de goiven ; maar de Keizer met de sip.jovii
meeften ontweek het gevaar in de xxkx?"
haven van B u g ia , van w'aar, toen ’t onweer
geftild w a s , eenigen naar Sic ilie,
anderen naar Genua v o e r e n , en zyne
Majefteit naar Spanje k e e rd e , koomend
e , naa zooveele ongevallen uitgeftaan,
veele duizenden van menfchen, en meer
dan honderdenvyftig z o o Galeijen als
andere fchepen verlooren te h eb ben,
in ’t laatfte van Slagtmaand, behouden
te Cartagena in Spanje, daar Karel
G raa f van Egmond , door de groote
ongemakken op deeze reize uitgeftaan ,
ftierf, en het Graaffchap, mids hy on-
getrouwd was, aan zynen Broeder L a -
moraal, (6 ) die hem op deezen togt (<s Boe-
v e r z e ld e , agterliet.
D e Keizer , herdenkende dat hy al
deeze fchaade zieh door eigezinnigheid, pig i6;.'
regen den Raad zyner getrouwfte en
ervaarenfte L e g e rh o o fd en , ja tegen den
Hemel en de Hoofdftoffen ze lfs , op den
hals gehaald h ad t, zo g t federt naar middelen
hoe zieh beft voor de verdiende
berispingen te d ek k en ; en d ewy l toen
de fchrandere en alom berugte A re tyn ,
om zyne fcherpe penne, van ieder ge-
vreesd w a s, zondt hy den z e lv e n , om
N den
kcnbergii