t*!Ì S'
' Itti,
I f 50 z igt over den Geeftlyken S ta a t , die in
de zelve Stad het H oofd is , in opzigte
van het Graaffchap van Vlaandre en
van Aalft , tot weike befcherming de
Prins k ortling, onder behoorlyken e ed ,
deezer Geweften op te draagen, en d a t i j y ,
de Nederlanders dus nevens den Kei- ~ ~ ■
zer een tweede anker hadden , o p ’t
weike de H u lk v a n ’t Vaderland en hunne
Hoope zeker reed Kortiing,onuer ucuouuyacu ---------- t, zyn b,y heteinbinnen
de Stad Kamerik was aangenoo-. digen van deeze aanmerkelyke plechtig-
tnen Vermids uit al deeze voorbe-1 heid de volgende penningen , zoo ter
reidfelen ’s Keizers oogmerk ligt te gedachtenisfe van de eene als andere
treffen w a s , naamenlyk om den nieuw- H o o p e , o f van den Vader o f den Zoon,
gehuldigden Prihs het ganfche Gebied gemaakt geworden.
Ii. Op de tweede, eene penningplaat, is het borililuk van den Prins in '’t harnas ge- 1^50
‘ fteld, binnen een fierlyk lyitwerk, op ’t welke weder deeze zyne tytels gemeld worden; " '
P H I L I P V S A V S T R I ze C A R O L I V. C A E S a r i s F i l i u s .
PHILIPS. FAN ÖOSTENRnC ZOON FAN KE IZ ER KAREL
DEN VTFDEN.
III. Diergelyke borftbeeld , cn het zelve randfchrift wordt op het eerfte deel van den
derden gevonden; en op het andere dee! zietmen den Prins, als een Romeinfch Veldheer,
met den Bevelfiaf in de hand, zittende afgebeeld ; voor hem ftaat de Overwinning, houdende
in de eene hand eenen Palmtak, en in de andere eenen Lauwrierkrans boven het
hoofd van den Prins , om dus de opgevatce Hoope der Nederlanderen, dat dees niet min
voorfpoedig dan zyn Vader regeeren mogt, uit te drukken ; een wenfch, die nader düor
dit omfclirift verklaard wordc;
P H I L I P V S S P E S A L T E R A P A TR IC E . lyyo.
PHILIPS DE ANDERE HOOPE DES VADERLANDS. i;y».
I. ’s Keizers borftbeeld, met de Giildevlies Ordere om den hals, ftaat op de Voorzyde
van den eerften, binnen dit randfchrift;
C A R O L V S V. R O M A n o r u m I M P e r a t o r S e m p e r A u g u s t u s ,
A N no D o m i N I M D L .
KAREL DE VTFDE KEIZE R DER ROMElNEN ALTTD
VERMEERDERAAR, IN T JAAR DES
HEEREN MDL.
De keerzyde draagt het borftbeeld van zynen Zoon met eene gepluimde muts op’t hoofd,
omzoomd door deeze letters ;
P H I L I P V S A V S T R i/ e C A R O L I V. C A E S a r i s F i l i u s .
PHI LI PS VAN OOSTENRTK ZOON VAN KEIZER KAREL
DEN VTFDEN.
IL Op
lU
D e K e ize r , op deeze w y z e zynen
Z o o n van de Opvolginge in Nederland
verzekerd hebbende, meende thans het I
Hervormen der Kerken te ftuiten, en
de zoogenaamde Kettery tot den wor-
tel uit te rooijen;en,onaangezien kort te
vooren die van Napels, Milanen en anderen
, met groote beroerte zich hier
tegen gefteld h ad d en, deedt zyn Majefteit
echter een nieuw plakkaat in N e derland
drukken , dat te Brusfel den
negentienden van Grasmaand getekend
w a s , en niet alleen alle voorgaande
plakkaaten beve ffigd e, maar ze lf veel
fcherper ging , om dus het Geloofson-
derzoek in Nederland in te v o e ren ,
beveelende onder anderen , dat alle
WBnnatRechters ( i ) en Amptenaars, op bc-
Ittfom' geerte van de Geloofsonderzoekeren en
i.ded ' gewoone Rechteren der Bisfehoppen
mHiMer [wanneer deezen faamen o f by mede-
S f c h e d e e lin g , voor zooveel als de Geeftlyke
Ooiiogcn misdaad van Ketterye betrof , tegen
»rei.teiiemand zouden dingen] henlieden alle
hulpe en onderftand doen en geeven
zouden tot het uitvoeren en volbrengen
van hunnen laft, alsmede in ’t vangen
, aantaften en bellaan van die genen
, welken zy befmet en verontreinigd
zouden vin d en , naavolgende het berigt
dat de gemelde Geloofsonderzoekers
I I I . Deel.
van den Keizer hadden. B eftuitend ei
datmen tegen de overtreeders met be-
llag van goederen , niettegenftaande
eenige voorrechten hier tegen waren ,
zoude dingen. H e t invoeren van deeze
Spaanfche Geloofsonderzoekinge ,
van welke Ferdinand Koning van Spanj
e , ’s Keizers Moederlyke Grootvader«
zich tegen de Mooren bediend h a d t ,
verwekte niet Vfeinige fchrik en vreeze
in de gemoederen der Ingezetenen;
w y l zoodaanige Vierfchaar van Domini-
kaaner Monniken, niet alleen de openbaare
o f welbeweezene ( i j e r g e rn i s -W ? ?
fen , met den allerfmaadelykilen en fmar- Ncder-
telykllen d o o d , nevens aanflag v a n ^ '^ f ,
have en goederen , vervolgde , maar '9- “ jade
doortrapfte fnoodheden byeen zogt
om lieden te beiaagen , gemoederen te
doorfnuffelen, en den gevangenen de
dieplle veiborgenheid hunner gewisfen,
zoo door yslyke en onverdraagelyke bedreigingen,
als door de allergevoelyklie
vonden van weedom en verfchrikkingen
uit te pynigen- O p twee getuigenisfen,
z e lf van verfchillende zaaken, konden-
ze iemand in den Kerker werpen, daar
hy byna van ongemakken verging.
Was ’t dat hy ’t opgetigte b e le e d t,
zyn G e lo o f a fiw oe r en naar onderwy-
zing beloofde te luifteren, dan moeft
Q q q hy