
’lilÜ
Ä;: -I;
de warmte - van zo veel duizend bewoners
in den K o r f , de jongen dus uitgebroeid.
Uit de Eitjes komen , in twee o f drie -
j ;gen., Wormen voort , en de W e rk yen
weetende , (welk een vooruiczigt !)
■ aqneer het Eitje, gekipt ia , ■ gaan ' der-
„aards , en geeven den jongen Wormen
¡ me foort van byna fmaakeloos gelei voor
erzelvdr eerfte voedfel : doch ouder en
fterker werdende , krygen z y een ander ,
;'at den aart van Honig heeft. De Wor-
inen , door de , Byen dus naarstig „ opge-
past , tien o f twaalf dagen lang , cn nu
gereed ftaande om te veränderen in Popjes
, krygen dan, geen eeten.meer , fch y nen
te verftyven , en in eene flaap - ziektc
te vervallen : dan fluiten de eerften de
huisjes der rWormen mot wasch , " e n deezen
, hierin--. vy/tira dagen ' gebleeven; zyn de
, verbreeken eindelyk de k luis te rs, laa.-
ten het vel in het huisje „ hangen ,, en
vliegen als Byen nie. „jy
V . En wat: gebeurt er , als deeze Jongen
te veel in getal zyn , geworden ? „ „
A. Wanneer het getal door z o , veele
volwasfen’, Jongen voor ddnen K o r f ter
inwoouinge te groot geworden ds , en z y ,
•gelyk in Juny- gebeurt , den kost kunnen
winnen ; dan trekt dene o f meer Volk-
plantingen weg , om eene andere verblyf-
^ ' plaats
plaats te zoeken , cn het geftagt daar"
voort te zetten Elke Volkplahcing
noemt men een’ Z w e rm , beftaande uic
eenige duizend Byen , aan welker hoofd
eene Koningin zieh plaatst , die haare
geboorte verfchuldigd is aan de Kohingiff
, van den K o r f , uit welken z y is uicge.'
gaan.
V . En hoe dän verder ? : :, ■
A. D e jonge Vorftin , aan het hoofd
van een“ groot Vgik geplaatst, ’ t w e lk , uit-
vllegende mec een g r o ö f gebfom , eene
foort van vrolyk gejuich maakt ,■ het geen
den Landlieden ter waarfchouwing dient ft
valt hier o f daar aan eenen Boom neder ,.
waar z y de plaats opneemt ; terwyl de'
naauwlettende Landman , haar gadeflaandd ft
m,ec eenen K o r f komt , en den* Zwernf
fchept — Aanftonds' tygc daarop die
Volk tot rust gekomen , en de plaats
door de Koningin goed gekeurd zynde ft
aan ’c werk , en legt , binnen w V o f
vyf dagen , eenige duizend Eitjes agten
elkander — - Hebben z y eenen goeddft
K o r f äangetroffen , doch niet droog o f
niet winddigt , zo beftryken z y de opea
reet met eene lymagtige ftoffe ," en wee-
ren tevens daardoor het van haar gehaate
Ongedierte a f : komt er by toeval een"
Jnfedt in , • alles raakt in alarm. Dus-heeft
m . DBEE. K jjjen
J