
! ! . \! ‘ u i I
I
’ r ' i i i f
F
M M f f I
ßß i! ' . / 1
! ' Í ii' •■-
t
Si'
f I ' I r! i■!
zcnyen , als men biaiten ’s Lands haalt;,
c n o n s toevoert ? Hebben ■ w y aan twaalf
h onderd Planten niet genoeg voor Menseh
en Vee ?
A. W a t zal ik U zeggen ? Hadden de
bsnrbaarfche tyden , de droevige tyden der
' nweetendheid zo veele nutteJooze dingen
r.iet gemengd in de Weetenfchappen ; maar
S!' ; eenvoudig behandeld , den aart der
"iDien wél gade geflaagen , en de on-
d inding geraadpleegd , ,«■ gelyk de groo-
i., HIPPOCRATES in zjnen tyd deedt : men
zou met weinig geneesmiddelen groóte zaaken
doen. Dank z y dan den H em e l, dat ,
fmts de edele e o e r h a a v e n de Geneesheeren
op dit fpoor terug geleid heeft , men
■ den nutteloozen omllag begonnen heeft te
verbannen , en alles thans brengt tot eene
eenvoudige proefondervindelyke Geneeskunde
, die ons tevens leidt , om meer
te letten op de kragt der Vaderlandfche
Planten , welken wy , op verre na niet
volkomen kennen ! W y hebben , als men
eenige dingen - uitzondert , by voorbeeld ,
de Kina , het Kwikzilver , de Terra Ja-
ponica , en anderen , Planten genoeg tot ge-
neezing onzer Ziekten , mids men by, het
eenvoudige blyven wil. Hebben vreemde
Landen deeze noodzaakelyke geneesmiddelen ,
w y hebben wederoia anderen'i, dit dient ,
om
om onze Voortbrengfelen met elkander te
ruilen , en dus den band der Maatfchap
pye , gelyk ik U reeds heb doen opmer
ken , ook daardoor vaster toe te haalen
V . W y bezitten dan geenen ondankbaa
ren grond ter voortbrenginge van Genees
middelen , o f van verfcheiden foorten van
fpyzen.
A . Aanbidt den goeden Regeerder der
Waereld , die ons ook , vóór eenige jaaren
, de A A RD A P P E LEN uit Engeland deedt
toekomen : eene gift , in myne jeugd ,
van aanzieniyke Lieden met een verfmaa-
dend oog aangezien , .als een ilegte kost
op hunne tafels niet geduld , en niet ,
dan lang daarna , met een klein plaatsje
daarop verwaardigd ; toen de Kinders , die
ze , heimelyk, in de keuken by de Dienst-
boden geproefd hadden , zodanig daar op
ve rzot werden , dat 'ze telkens ora deeze
fpyze fchreeuwden , o f anders fteelswyze
aten. Toen de uitkomst leerde , dat die
Aardgewas één der gezondften en tevens
der fmaakelykften was , werdt het van
de Grooten zo hoog , als van ¿de minderen
, geacht , en nu in zo, groote menigte
aangekweekt, dat het gemeene Volk ,
vóór v y f jaaren , alleen door de Aardappelen
, tegens eenen hongersnood in ons
Vaderland is bewaard. gebleeven. Naauwlyks
Tf
1
,1
’1 , 1- f
■ ' I
r ‘ r
F i i
'■ ", ÍÍ ruii.Jf
I
1 '