
I
4 h ' i
i ' i: '/
If
II <
ii Ä ■I I
li :
i l l '
! * -H 'u
I, ft I ft
t • *
i,i
f f t r
" J h C :
doth door den mond , door de , pooten ¿
en doot het agterfte uitgelaaten wordt — •
Zie zou ik by het openen van het L ic haam
eener Rupze , : op het Wilgenhout
yoorkomende , zeggen : zie hier het I allerverwondetlykfte
.maakfel , naamelyk ,
twee Ifonderd. en .agtsntwintig Spieren in het
Hoofd zestienhonderd en : zeyenenveertig An
het , Lichaam , . .. e n „ íweíiMíze;!d . éénhonderd
en zeséntagtig , in ■ de, Ingewanden , loopen-
ris; dus/ Cna; ft aftrekken'van twintig , be*
hoorende. tot het een en ander deezer deelen
, en daarom tween aal geteld) het geheele
■: getal ■ o p ; vierduizend en éémnveertig
Spieren^^, allen „ waargcnomen door den
beroemden l y o n n e t — — En zeg my ,
is dan niet de Rups ,, zo gering in ons
o og , konstiger gemaakt, dan. g y ooit
voorheen hebt kunnen denken ? Dit kan
ik . U verzekeren , - dat toen ilc , ; vóór
eenige jaaren ,> d e Ademhaling deezer Diertjes
zullende , onderzoeken , en befchryyen ,
b y h e t ; ontleeden dm' eerfte, Rups:, izien-
de de menigte en de fraaie J ig g in g -van
z o yeele Luchtbuizen „en Spieren , vgefaeel
verrukt was , en qzo zal het ü dit on-
deraecmende,, ook . gaan. , Deeze, yerwön-
derlyke. Meesterftukken moeten h e t :: onaan-
doenlykfte hart verbaazen , ■ en den', magti-
,gea Formeerder doen . aanbidden.,,,
, V . Geen
V . Geen Mensch , dunkt ( my", hadt
zulke d in g en , vóór deeze zo fchoone als
moeilyke Waarneeming , in deeze . Djert-
' jes • ooit kunnen gisfen ! mäar zyn ' alle
Rupzen zo gevormd ? '
- A. Z o g y ft binnCngeftel van haar "Lichaam
bedoelt, dan kan ik ü dat niet verzekeren
, hoewel ' het waarfchynlyk : is.
T o t nu toe , zo veel ik weet , is .er
niet meer dan ééne Rups door den gemcJ-
den Vaderlander dus ontJeed en befchree-
v e n , waaraan een onvermoeide arbeid vän
verfcheiden’ jaaren befteed - is. Men moet
het vernuft , de oogen en de handen van
eenen E yonnet hebben , om - zulks - te on-
derneemen !
V . De Rupzen , dunkt my , verfchillen
. zeer in gedaante 7 ; '
A. G y fpreekt wél .' .Verwender ü n ie t ,
wanneer g y eenige gladden vindt mec een
teer fyn vel , fomtyds doorfchynende —__
anderen met wol o f veele hairen , ftaaa-
de o f aan het hoofd , o f aan de zyden ,
o f naar ’ t agterfte einde - ------ fommigea
ruw , met eene ongelyke huid , als fe-
grynleder — — anderen glad , doch met
kleine knobbeltjes , op ejken : i'ing van ,’ t
l y f verdeeld ------ eenigen met hoorns o f
fprieten op het , hoofd — —• anderen met
éénen hoora op haar agterfte , Wiens ge-
H a bruik
■ aI 1 .
y it: um:
ftfi.: .
r '■
1
rl
j i f f '
; , t;"'
•tM J ' I i I ffi I
hi" !'
ff;i