
m .
r ü c h t b o o m e n .
bloeiende Aalbezien kunnen beter dan Appelen
o f Peeren gemist worden — A dat
fommige Boomen ftandvastig hunne Huid
bßiouden , om tegens Wind en Weder
„tdekt te zyn ; doch dat fommigen hug-
q Schors afleggen , gelyk de Kersfeboo-
en en Wyngaarden , het geen buiten
p-’S Vaderland ook plaats heeft in den
van Wiens fteeds aanwasfenden
st w y . onze Kurken krygen. De nieu-
" Bast groeit onder den ouden aan ; en
; .;ot dien op zynen tyd a f , - welken w y
tot Kurken fn yd en , zeer nuttig om vogten
in fles fchen te bewaaren , en tevens zeer
aartig to e g e f t e ld , alzo men J n één fchyfje
van Kurk V ‘ de lengte van éénen düim hebbende
, duizend en tagtig Celletjes heeft
gezien ------ dat w y de Boomen aan den
B lo e s fem , Bladeren, en »aan hec Hout
kunnen onderfcheiden , om er oift niet in
te vergisfen — - dat de mééste Vruchten
in de ron d te ,, en aan het einde der takken ,
doch weinigen van binnen hängen , ’ t geen
niet flegts bekoorlyk voor het obg , maar
vooral ter uitzetting en rypmaaking hoogst-
noodig is ; waarom men , by voorbeeld ,
den fraaien Juinäppel ( zo geheeten , om
dat hy de gedaante van eenen Ajuin verto
o n t ) meest uitgezet , ronder , en" met
eenen fraaien - rooden gloed bedekt ziet
, . aan
aan die z yd e , daar hy de Zonneftraalen
heeft kunnen vangen ------ dat. de twee
Stormen in September veele Vruchten van
de Appel- en Peereboomen afwerpen , om
dat de Boomen die allen tot de volle ryp te
niet kunnen brengen , zonder zich te
veel uit te putten — dat die Boomen
zeer vruchtbaar zyn ; doch , om
niet op eenmaal alle kragten te gelyk te
verfpillen ; in, het ander jaar fterker draagen
------- dat de fraaie gedaante der Appeleii
(al zyn de onzen niec glasägtig , o f
doorfchynende , gelyk die van Siberie)
een teken van hunne gezonde en voedende
kragt is ; terwyl het oog • door de
fchoone blos deezer Vruchten bekoort
wordt. SALOMO kon des niet nalaaten te
zeggen-, dat een reden,, op zyn pas ge-
Jprooken , is , als gouden appelen in zilvere
gebeelde fchaalen. Spr. X X V . i i . De goud
en'ko leu r deezer "Vruchten fteekt by het
witte Zilver door de gaatjes van de door-
'geftagen’ zilypren Schaalen zo fraai a f , en
bekoort zodanig het oog ," als eene R e d e ,
ten juisten tyde gefprooken , het hart
ftreelt — ™ dat de Kinders , om der
■ 'gezondheids wille , zo fterk er op verzöt
zyn , en maar weinige volwasfenc Lieden
gevonden worden , die ze zeldzaam' o f niet
eeten 2-— - dat er , onder de geelen
Z 5 graaui
’ i