S 22 K L A P P E R S T E E N .
van denzelfden aart , hebbende den vorm
van cen flesje , gevuld met rosrood Zand :
ik zal het er uitgieten , om het Ü te
laaten zien. Deeze v y f ilukken , alle te
"F, geren op de Veluwe gevonden , ben
erfchuldigd aan de vriendelykheid van
i";* Elburgfchen Burgemeester rauwewhoff.
\ W a t noemt g y klappersteenEn ?
I Zulken , die ook den naam van Adcr
; teenen draagen, dus g eh e e ten , om
z y van binnen eenig gruis o f water in
h eb b en , d a t , gefchud z y n d e , het
geluid van klappen van zieh geeft , van
waar z y den gemelden naam fchynen gekreegen
te hebben. Men waande voorheen ,
dat de Arenden dezelven in hunnen nest
bragten tegen het verbroeien der Eie ren,
o f om ze den jongen , by het leeren vliegen
, in den bek te geeven. Die verteir
fel is van z o . veel waarde , als het b y g
e lo o f in de oude Mirakel-Eeuwen , wanr
neer men , in onze Nederlandfche Gerig-
ten , den aangeklaagden D i e f , die de
misdaad weigerde te erkennen ,, , een brok-
je broods' te eeten g a f , waarin men het
gruis deezer Steenen , fyn geilooten , ge;.
bakken hadt , van gevoelen zynde , dat ,
zo hy fchuldig aan het feit ware , eene
benaauwdheid in de keel hem zo zou prang
e n , dat hy de , misdaad erkennen zou,
Sints
K L A P P E R S T E E N . 223
Sints lang hebben onze verilandige Rigters
dat wangevoelen verworpen , en men weet
■thans zieh niet genoeg te verwondereii
over die oude bygeloovigheid —— Deez
e Steenen , waar van g y er hier honderden
vinden kunt , worden uit Oehr en
Zand dus geformeerd. Eerst zet zieh een
klomp van die iloifen te zamen , en groeit
by laagen aan. Het buitenfte droogt en
wordt hard ; het binnenfte , door hec
water vogtig gehouden , vale los van de
wanden , en fchudt , even gelyk de Per-
iikepitten , . in de ileenen gedroogd z y n d e ,
rammelen. G y ziet er hier verfcheiden’
foorten : in fommigen is de laag noch
vast , in anderen gaat z e los. Men vindt
ook wel in deeze Steenen ios klappend fyn
Zand , dat men gebruiken kan : want met
hetzelve , ook met het geen men van de
zagte binnenranden kan affchraapen , zyn
goede bruine Verwen te bereiden —
Laat ons nu voortgaan. Hier zie t gy ook
eene groote Verzameling van verileende
Zeeäppelen en Madreporen , te Wieringen
cn Vollenhove opgezameld , welken ik de
Heeren c a a r l en v a n d e r k e e s s e l heb dank
te weeten : eenigen zitten noch in Steenen
, waarin z y verfteend zyn geworden
daar ligt cen Steen , waarin een Worm
vast verfteend*“ z it , welkea ik te voore®
■ ( I D c d
If i