worden
onder de
Viffers niet
• gevonden.
Slot van
-decs Brief.
7 z BESCHRYVING VAN DE
de magt hebben om Geweer te koopen, of dat het haar Heer
werd gegeven, en foo haaft den Oorlog is geeyndigd, keerd
cenjegelyk. weder tot zyn werk, 5t zy wat het zoude mogen
zyn. Dog zyn ’er eenige onruftige geeften , welke buyten
den K rijg niet konnen leven, dezelve zullen, fole geen gele-
gentheyd in haar eygen Land hebben, ter hulp van andere optrekken
» of wel ergens gaan ftropen, en dit zyn de geen die
men afgezonderde Soldaten, en welke zig door den Oorlog onderhouden
, zoude mogen noemen. Onder de Fijfchers vind
men egter wey nig Soldaten, want die op het Strand, en onder
onfe befeherming woonen , hebben niet ligt nood om door
haare Fyanden te zullen werden overvallen ; dies zy zig ook
niet eens van Wapenen voorfien.
T o t dus verre dan, Myn Heer, heb ik de geheele Goud-Kujl
afgelopen, ik zal U E.tyd laten om zig'm derfelver gelegent-
heyd te konnen verluftigen; zal UE.by mynen naaften, kond-
fchap werden gegeven van de Landen welke Landwaards in
gelegen zyn , en van werwaards het Goud op ’t Strand word
gebragt , altans voor zoo veel tot onfe kennis-gekomen is.
Middelerwijl verhoope dat ik U E. met het geene reeds is afgedaan
, eenige vergenoeging zal gegeven hebben , in welke
hoope, en verwagting j ik delen korte, en op nieuw de vry-
heyd neme van my loo wel in delen als altoos te noemen.
Eynde van den vijfden Brief.
SESDE
GUINESE GOUD.KUST. 73
S E S D E B R I E F .
Handelende van de Landfchappen daar het Goud gegraven of
gevonden word, fware Oorlogen en geheele omkeeringen van
eenige der zelven. Manieren van 't Goud zoeken door de
' Swarten. Gedaante van ’t Goud, het valfe hoe gemaakt, en
waar aan te kennen, ’t Goud-gewigt, en ey ndelylt een Aanmerking
övet ’t graven van ’t Goud, als dat het door de Eu-
rope'érs met meerder geluk en voordeel zou konnen gedaan
worden.
M Y N H E ,E R ,
Ö Ngevolge van mynen laatften, waarin U E .b e -
p j i looft heb", om van de Landfchappen van wer-
g | waards het Goud op *t Strand gebragt werd, te
M zullen fpreeken , zal ik defe laten dienen, en tot
jg|$ een toegift daar noch by voegen, hoedanighet Goud
werdgevonden of gegraven, de geftalte desfelven , en het Ge-
wigt van dien , als mede het vcilfche Goud , op dat U E. als
in een opflag alles wat ’er aan behoord, zult mogen befchou-
wen.
’t Eerfte Landfchap van waar wy ons Goud van daan krygen,
is genaamt Dinkira, en legt zoo diep Landwaards in , dat on
fe Dienaar s wanneer ic van d’Ehnina daar na toe trekken > gc- v« van on
’t Dinkira-
fc Land
fchap , hoe
en van Axim derwaarts, & Forten
gelegen. meenlyk vyf dagen onderwegen zyn
meer dan tien dagen *, niet dat het zoo verre van ’c Strand\egz,
maar om de kromte der wegen, waar doorfelomtydsdeweg
dubbeld moeten gaan: en dit willen , of konnen de Swarten
niet verhelpen Het Dinkirafe Landfchap is zedert vyftien a
feftieti jarert door deslelfs Folks dapperheyd , loodanigin magt,
en verrnog n;, aangegroeyd, dat zy , daar ie eerlt maar een
hand vol Folks war.n, en een k\e\ne Jlreek Lands befloegen ,
her zoo ver hebben weten te brengen, datfê van een jegelyk
wiërden geëerd en ontzien, als zy nde ten ichrik van al de om
K. heen