
i&4 BESCHRYVING VAN DE
T W A A L F D E B R I E F.
Behelft voor eerft de maniere van ’t Trouwen der Negers. Een
Dogter brengt niets mede ten Huwelijk, en een Jongman mede
zeer weynig. Onkoften zijn op de Trouwdag gering. Veel-
heyd van Wyven. Derfêlver arbeyd, en ’t Ledig-gaan der
Mannen. De Wyven AerKooplieden hebben het verre ’t beft.
Eenige dry ven handel met hun Wijven; en befondere arg-
lijligheyd van die Vrouwlieden. Boetens wegens ’t Bejlapen
van een andermans Wyf, en hoedanig het felve werd be-
pleyd ? De getrouwde hebben geen gemeenfchap van Goederen.
Erven niets Van den ander. Nog de 'Kinderen ook van hun
- Ouders. Hoe het tnetde Erfenis gaat ? Sware Straf Land-
waards in > over het plegen van Over [pel, zijnde een ieder
daar voor’t meerendeel zijneygen Regter. De Wyven en
vermogen hun Mannen niet te beftraffen, fchoon delelve
Overfpel bedrijven, ’t Byjlapen onder de Wyven, door de
Mans verdeeld.Bevrugte Vrouwen werden geëert en ontfien.
Belaggelijke Plegtigheyd, gebruykelijk als een jonge Vrouw
voor de eerfte maal werd bevrugt. Namen aan de Kinderen
gegeven. Wonderlijke afzonderinge van de Vrouwen in ’t
Antefe Land, wanneerle tien Kinderen ter wereld hebben ge-
bragt. MaanftendigeWrouwen onreyn. B efnydenis, en gedag-
ten van eenige van waar zy delèlvc hebben. Van Ongetrouwde
, vroege Trouw,en waarom AeVrouwlieden het langft ongetrouwd
bly ven ? Veelbeyd van Vrouwlieden. Gemeene en
openbare Hoeren werden tot dat Arnbagt ingewijd. Haar
geringe Loon} werden , alsfe gezond zyn , hoog geagt.
Ongetrouwde Wyven zyn wel geen Hoeren in naam, dog
met 'er daad. Befchry vinge van de algemene Hoeren in het
Ardrafe Land,
M Y N H E E R ,
Ynen laatften aan UE. is geweeft, op den . , . . t’ze-
derd heb ik geenfchryvens van UE. vernomen, niet
jegenftaande, dat ’er in die tuflehen tyd, al eenige
Scheepen op deze Kufi fijn aangeland} dies ik byna niet
en weet \ wat ik van U E . fal moeten oordeelen, ofhetdoor
Jloffigheid, te veel werk, of onpafelykheid, bykotnt? tL/aatfte
wil ilc niet hopen, en het twede kan men om aan een Vnend te
Ichnjven, niet voorwenden} mits het fëlve voor alle beefig-
heid diend te gaan. Dierhalven zal ik UE. aan het eerfte fchul-
dig houden, tot tyd en wyle, U E. fig met bondige redenen
komt te verantwoorden, en dele nalatigheid in ’t toekomende
met een van Stof-wel opgevulde Brief, verbeterd.
In mijnen vorigen heb ik onder anderen gefproken van Oorlogen,
en ’t Bloedvergieten van Menfchen, ’t welk de zelve doed
verminderen en vergaan; en nu lal ik lödanige iSVe/behandelen,
waar door’er weder andere in deflëlfs plaats werden ge-
fteld, ’t geen , lullende door een eerlijk middel gebeuren ,
noodlakelijk door den Band des Huwelijks moet gefchieden.
Hoe zulks onder de Negers toegaat, lal het eerfte van ons voorgenomen
werk in delen zijn , en daar 11a alle het gene dat naar
het zelve eenigfinds is gelykende.
- Het Trouwen der Negers gelchied met weynig Plegtigheyd;
want van bevorens een Huwelijkfe Voerwaarde te maken, daar
van hebbenle geen kennis, behoeven ook niet over het Huwe-
lyksGoed, nog de Bruyd-fchat, te verdragen ; en dierhalven
heeftiemand, die fijn oog op een jong Wyf, {Maagd derfik byna
niet leggen ) heeft laten vallen, niet anders te doen, als by
de Vader, Moeder, of eenige andere Vrienden haar hetnaaft
beftaande, te gaan, en dezelve van haar te eyfchen; dewelke
het ook feer felden komen te weygeren, indien het maar eenig-
fitids met de zinlykheid der Dogter over een komt.
Is ’t nü faak, dat de Dogter huwbaar is, en een Man kan
lijden, lo neemd hylè na zig ; dog anders lijnde, fo laat hyfe
nog eenige tyd by haar Ouders bly ven; ’t geen eenige egter niet
garen doen om redenen, die ik hier na fal leggen. De Dogter
brengt buyten haar Lighaam niets mede ten Huwelijk, en de
ffongman heeft mede niet veel van doen, als eenlijk maar de onkoften,
die op de Trouwdag vallen, op te brengen. Dele be-
ftaan in een weynig Goud, Wyn, Brandewyn, en een Schaap
voor de Vrienden, en nieuwe Klederen voor de Bruyd, ’t geen
meèftèndeels ha ’t vermogen van den Bruydegom is gerigt. Van
alles dat de zelve in dele gelegentheid, fo aan de Bruyd als haar
A a Vrien-
Van ‘t
Trouwen
der Negers.
Een Dogter
is heel hgc
te bekomen.
Brengt
niets mede
ten Huwe-
lyken den
longman
ook niet
veel en de
onkoften
dte op de
Trouwdag