
Ï4 BESCHRYVING VAN DE
een Chriften te zyn; en hy 20a, om dathy zeer wel! iti de gron-
Difftlfsle- den van onze Leer onderwezents, en ’ c lezen en lchrijven te
vt-nswan- baat heeft, daar ligtelyk voor konnengaan , indien zynwer-
dcl.als rite-iien het tegendeel niet beruygcïen: want, lèboon hy wette-
dc T ' f ' ïyk in ingeland getrouwd is , zo heeft hy hier meer dan acht
fcheOpper-Wyven, met noch omtrent zo veel Byzitten. Dog dit moeten
hoofden, de E^^//H?^fiïctvoor'onchriftcIyk ot oncerlyk houdfen r ver-
mits de meeHe Opperhoofden deze bJlulat daar in dapper navol-
gen, en ik meendat twee van de tegenwoordige AgenterPtr een
lluk of zes tezamen hebben. ,
Nogcen Inde Aftekening van Cabocors ziet U E . als in t verfeniet»
Engctfcb op den Deenfchen Berg, alzo gewaamt, om- dat die net voor
FuitoPdendgMnhcbbenbezetCn, noch een Fort der Fngelfch, waarop
denkeen- -zy zo v eet roei» dragen, als wy op Bt»Jago-: doch tegemalte
fchen Berg, reden, vermits het voor vier raren-beter na een vervallen B<w-
ren-Huysgeleek, als na een F ortres, de gebreke Mmrm waren
rondom met Kley wedertoegefiopt, en hetHuysóaxxct iro
Hond, even als die der Negers, met Riet gedekt j by aldien
my de ftoffigheid' der Engelfche, altans eernger, mer bekend
was geweeH, ik had my moeten verwonderen- koe dal zy zoo
een Plaats van aangelegentheid haddenderven verwaarkdèn-v
want men moet weten, als de Vjw^dezenBtfzg in heefteen
’far niet meer dan zes Hukken Ka»«* op-plant, hy gevolglyk
b lansen ook meejler van Cabocors is f mits hy Fret zelve van boven pM y
tyd ver- en in korten tijd tot een P'nynh.oopksxt fchiéten; en ondertuf-
waarlooft, fchen heeft het den gebeden Oorfogdut-reddelbos gelegen ; ja
zo, dat men het ligtelyk met twaal'fw««had mogen overrompelen
& ’ t welk ons hiermenigmaaF, van verwonderingheeft
doen zeggen, dat zy Engelfche, op geen ding meerder agt Hoe-
gen, dan hoe zy hun ttewmen koftevan haarMre/?^be<pa-
melykmoeten vulTenl" ; ' IC ’
Dogeyndelykis ’er, geloof ik,, een welmeefiend Vtenaar
eew eeS, dewel'ke aan dte Efeeren Bewindhebbcrmm Bngdam
kennifle van den flegten Haat dezer Fortrefèheeft gegeven,
mits # in den jare 1699. nytdirukkclijken laft is gekomen,om
het ineen behoorlijke Haat van tegenweer te brengen,* van
welke tyd af zy dén Opbouw hebben begonnen, en het ©ode
ten eenemaal onder dé voet gewurpen. Beheer en Agenten
heb-
GUINESE GOUD-KUST, yy hebben my de eer gedaan van deAftekenwgiZoah bet gemaakt Do werd
zal warden, te laten zien, waar uyt, ren ook uyt het geene nu°byuyc-
reedsgewrogtis, heb ik kannen befpeuren dat het wel kleyn neement-
in zijn omtrek zal zi jndog daar neven zo fterk, d a t ’er geen heydfterk
een Fort op de Kstftby te gelijken zal zijn: wznthet fictfoenó-dt 8ctnaa *>
zy ’er aan geren, en denaruundijloe ftérkte randden Berg,wet»
kezy noch <8aar en boven 20 zeer afdolven, dat ’er maar cene
weg o mop te komen, ©verblyft, zal het zo Hork doen zijn,
dat het, van Vrik en verdere behoefte voorzien > niet zonder
grote moey te en kofteo zal zyn in te nemen; voorname ntiyk,
om dat de Fyand hier te Land, zo wegens de ongewo ne higt als
vrees voor de Inboorlingen <, het zelve bezw&arlyk zal koonen maargaar
belleren ; en ’er zig dieshaiven by verraffing mee Her van
moet maaken 1 waarom ik wel derf zeggen, dat de Engelfihe yootT'-
navakoymgziggeruHdyk op het zelve zullen mogen verlaten
: (Jogden Opbmrw gaat zo langfaam voort, dat de -Hemd
weet» wanneer het gedaan zal zyn: dog wy zullen haar voor
hetzelve lat en zorgen, en onsmirsdiem keeren tot de Befckry-
ving van het Bakoefe Lumdfchap , ’ c welk even zyn begin benee-
den dezen Berg neemt; en een groot half u u r beneeden M-mrée L e V1
eyndigd , zijn de alzo langs de Zet noch geen twee uuren laag, het zd»c '
en maar omtrent ecras zo breed j van den Deenfcben Berg tot Laad*
het Dorp Gong, is een kleyn half uurtje^an wel k Dorp in tweea
verdeeld en een iederop een Heuvd ftaande, hebben wy voor »t Dofp
deze neem fraay fleene Huys,, waar op onzevlagftond, gepland Cong.,
gehad, waarvan men noch ten huydigen dage de overblyf-
zels ziet, en wy voor onderHelien dat does P ’ïaxts ons ook tïog
ineygendomtoebehoord, dog met daar te bouwen kotmen
wy geen ander voordeel verkrijgen, alsdat wy er de vreemde,
te weteu Earopitmm, uyt zouden houden: Want die , daar
komende, zouden onzen Handel tot- Mmrée zeer benadee-
len.
HetSaboefe Lmdis ruymzo magtigalsdat van Gontmany, en cni
de B ewoonders ook ruym zo grote fchelmen, en wy mogen des. tigeV'aaft'
zelfs Kjoning nevens de pMgelfcfoe wel de rneefle fchukl geven,, dcrsabocrc.;
dat onsvoomemen tegensdie v^nCemmmy zo qualijk gelukt
is: vtmt dccsScéob/rfakonderfcfoyo van Middelaar tuHchcn
Gommmy^ mater* heeft, ons op verfchey de tijden om den tuyn
ge